RAAD VAN
DE EUROPESE UNIE
NL
P/06/90
Brussel, 23 juni 2006
10881/1/06 REV 1 (Presse 194)
P 90R. en)
Verklaring van het voorzitterschap namens de Europese Unie naar
aanleiding van de Internationale dag voor slachtoffers van foltering
Naar aanleiding van de negende Internationale dag van de Verenigde
Naties voor slachtoffers van foltering (26 juni) onderstreept de
Europese Unie hoezeer zij belang hecht aan het uitbannen van foltering
en andere wrede, onmenselijke of onterende wijzen van behandeling of
bestraffing overal ter wereld en aan volledige rehabilitatie van de
slachtoffers.
Foltering is niet alleen een tragedie voor de slachtoffers - de
directe en de indirecte slachtoffers. Foltering is ook onterend en
schadelijk voor de geest van degenen die anderen folteren en
onderwerpen aan een wrede, onmenselijke of onterende behandeling of
bestraffing, en voor samenlevingen die dergelijke wandaden tolereren.
Een cultuur van straffeloosheid is onaanvaardbaar.
De EU herinnert er met klem aan dat de toepassing van foltering en
andere vormen van wrede, onmenselijke of onterende behandeling of
bestraffing absoluut verboden is en dat alle landen moeten waken voor
iedere toepassing van dergelijke barbaarse praktijken. Onder
verwijzing naar Resolutie 60/148 die de Algemene Vergadering van de VN
op 16 december 2005 heeft aangenomen, herhaalt de EU haar principiële
veroordeling van maatregelen of pogingen van staten of ambtenaren om
foltering en andere wrede, onmenselijke of onterende behandeling of
bestraffing onder om het even welke omstandigheden, ook omwille van de
nationale veiligheid, te legaliseren, toe te staan of te aanvaarden.
De EU roept alle staten die zulks nog niet hebben gedaan dringend op
ten spoedigste tot het Internationale verdrag tegen foltering en
andere wrede, onmenselijke of onterende behandeling of bestraffing toe
te treden en hun medewerking te verlenen aan de desbetreffende
internationale mechanismen. Het stemt de EU tot tevredenheid dat
Madagaskar en Nicaragua vorig jaar het VN-Verdrag tegen foltering
hebben bekrachtigd.
Een open en onderzoekende ingesteldheid is van essentieel belang bij
het bestrijden van moeilijk traceerbare praktijken als foltering en
andere wrede, onmenselijke of onterende behandeling of bestraffing;
daarom is de EU zeer verheugd over de inwerkingtreding op 22 juni 2006
van het facultatieve protocol bij het Verdrag tegen foltering als een
belangrijke mijlpaal op de weg naar de totstandbrenging van een
universeel doeltreffend en innoverend mechanisme ter voorkoming van
foltering. In dat verband is de EU zeer gelukkig met de rol die door
de Vereniging ter voorkoming van foltering (APT) en andere actoren van
het maatschappelijk middenveld wordt gespeeld bij het pleiten voor
bekrachtiging van het facultatief protocol bij dit Verdrag. De EU
spoort tevens alle staten met klem aan te overwegen het facultatief
protocol bij het Verdrag tegen foltering te ondertekenen en te
bekrachtigen.
De EU is van oordeel dat bij het bestrijden van foltering en bij het
helpen van slachtoffers een doorslaggevende rol gespeeld moet worden
door de Verenigde Naties; zij betuigt dan ook opnieuw haar steun aan
de speciale rapporteur van de Verenigde Naties inzake het
folterprobleem, aan het fonds van de Verenigde Naties voor de
slachtoffers van foltering, aan het Hoge Commissariaat van de
Verenigde Naties voor de mensenrechten, aan het Comité van de
Verenigde Naties tegen foltering, aan het Europees Comité inzake de
voorkoming van folteringen, alsmede aan de andere mechanismen die op
dit gebied waardevolle bijdragen leveren. De EU blijft in het kader
van de in 2001 door de Raad aangenomen richtsnoeren van de EU
betreffende foltering politieke, diplomatieke en financiële
initiatieven nemen ter bestrijding van foltering. Tijdens de 60ste
zitting van de algemene vergadering van de Verenigde Naties waren alle
lidstaten van de EU mede-indieners, en actieve pleitbezorgers van het
opstellen en aannemen, van een resolutie over foltering. Voorts heeft
de EU op 27 juni 2005 een verordening aangenomen tot verbod op de in-
en uitvoer van goederen waarvan de enige praktische toepassing bestaat
in het uitvoeren van de doodstraf of van foltering. De uitvoer van
goederen die voor dergelijke doelen kunnen worden gebruikt is eveneens
onderworpen aan de goedkeuring van de autoriteiten van de lidstaten
van de EU. Dankzij dit bemoedigende initiatief kan de strijd tegen
foltering in alle regio's van de wereld nog worden opgevoerd. De EU
hoopt dat andere staten soortgelijke wetgeving zullen invoeren.
Het voorkomen van foltering en het rehabiliteren van de slachtoffers
vormen absolute prioriteiten voor de financiering uit hoofde van het
Europees initiatief voor de democratie en de mensenrechten (EIDHR). In
2005 en 2006 werd 22 miljoen euro toegekend voor preventie- en
rehabilitatieprojecten, terwijl foltering ook in de komende jaren een
prioriteit blijft in het kader van het vervolgprogramma voor het
IEDDH.
De EU wenst van deze gelegenheid gebruik te maken om de niet aflatende
inspanningen te prijzen van de vele NGO's en individuen die zich
onvermoeibaar inzetten om foltering tegen te gaan en het lijden van de
slachtoffers te verzachten, alsook om, ter gelegenheid van deze
belangrijke dag op de kalender van de Verenigde Naties, de publieke
opinie te mobiliseren. De EU is vastbesloten zich nog intensiever in
te zetten om de wereld van deze gesel te verlossen.
De toetredende landen Bulgarije en Roemenië, de kandidaat-lidstaten
Turkije, Kroatië* en de Voormalige Joegoslavische Republiek
Macedonië*, de landen van het stabilisatie- en associatieproces en
mogelijke kandidaat-lidstaten Albanië, Bosnië en Herzegovina, Servië,
en de EVA-landen IJsland, Liechtenstein en Noorwegen, die lid zijn van
de Europese Economische Ruimte, alsmede Oekraïne en de Republiek
Moldavië, sluiten zich bij deze verklaring aan.
*Kroatië en de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië blijven
deelnemen aan het stabilisatie- en associatieproces
European Union