21 juni 2006
COLLECTIE NATUURHISTORIE GEMEENTEMUSEUM WEERT NAAR NATURALIS EN BELGIË
De gemeente Weert is in het bezit van een uitgebreide collectie natuurhistorische objecten, opgezette vogels en zoogdieren, vlinders en insecten, schelpen etc. Deze collectie is voor het gemeentemuseum grotendeels bijeengebracht door Jacques de Haan.
Het college van burgemeester en wethouders van Weert heeft in principe besloten deze collectie aan een ander instituut over te dragen. De voor Nederland wetenschappelijk belangrijke stukken worden aan de Rijkscollectie van Naturalis in Leiden toegevoegd en zullen tot in lengte van jaren voor wetenschappelijk onderzoek beschikbaar zijn en onder optimale condities bewaard worden. De Belgische exemplaren zullen door Naturalis worden overgedragen aan het Nationaal Natuurhistorisch Museum in Brussel. Eventueel worden andere exemplaren die niet van nationaal maar meer van provinciaal belang zijn doorgegeven aan het Natuurhistorisch museum te Maastricht.
Het afstoten van de collectie voldoet aan de voorwaarden uit de leidraad voor het afstoten van museale objecten. Daarmee is het gemeentemuseum Weert in Limburg een van de eerste musea die op een dergelijke schaal "ontzamelt".
Jacques de Haan (1902-1985) was jarenlang lid van de Weerter museumcommissie en had vooral interesse in de natuurhistorische collectie die hij zelf ook verzorgde. Daarom wordt deze collectie, die al vanaf 1955 in het bezit van de gemeente Weert was, "collectie De Haan" genoemd. In 1985, na het overlijden van de laatste van de drie broers De Haan (geen van hen had kinderen) heeft de gemeente Weert van de erven een grote hoeveelheid historisch materiaal geschonken gekregen. Het betrof historisch foto- en filmmateriaal, onder andere uit de Tweede Wereldoorlog, boeken, een collectie exotische schelpen en een collectie opgezette vlinders. De twee laatste collecties waren afkomstig van Joseph de Haan, het overige materiaal was verzameld door Jacques de Haan.
Wetenschappelijk belang
Binnen de grote collectie opgezette vogels kunnen diverse deelcollecties worden onderscheiden: twee collecties uit België die beiden door Jacques de Haan bijvoorbeeld op veilingen in België zijn aangekocht, de collectie van de zusters Ursulinen uit Weert (16 %) en de collectie van De Haan (5%). Vooral de collectie van Jacques de Haan en de beide Belgische collecties blijken goed gedocumenteerd te zijn en vele exemplaren van groot wetenschappelijk belang te bevatten. De beide Belgische collecties zijn voor België van nationaal belang en werden daar als verloren beschouwd. Het feit dat deze collecties ten dele in Weert worden bewaard heeft in België al voor veel interesse gezorgd. Het siert Jacques de Haan dat hij het belang van deze collecties heeft ingezien en door aankoop voor een openbare Nederlandse collectie het behoud ervan heeft zeker gesteld.
Expositie
Decennia lang waren delen van deze collectie in Weert te zien. Eerst in het museum in de Maasstraat en later in de Tiendschuur. Bij de bouw van het Milieucentrum aan de IJzeren Man in Weert is de gehele collectie, op verzoek van het toenmalige bestuur van de Stichting, in 1992 in bruikleen aan dit centrum overgedragen. In de loop van de tijd is de opvatting van het bestuur van het milieucentrum t.a.v. de collectie echter veranderd. Men wilde af van de als statisch ervaren museale functie en een voor het publiek meer toegankelijke opstelling met opgezette dieren maken die sneller kon wisselen. Daartoe leende de waardevolle collectie van de gemeente Weert zich niet. De gehele collectie is daarom in 2002 weer aan de gemeente Weert overgedragen. Het Museum heeft de collectie in het eigen depot opgeslagen in afwachting van volledige controle en inventarisatie.
Geen kerncollectie
Hoewel het museum de waarde van de collectie, vooral vanuit wetenschappelijk oogpunt altijd heeft erkend, staat zij op het standpunt dat een volwaardige expositie en permanente opslag van de collectie de huidige mogelijkheden van het museum te boven gaan. Dit zou grote investeringen vragen. Ook is het zo dat de collectie tamelijk divers is en slechts op kleine onderdelen een band heeft met de regio Weert. Verder stelt het beheer van een natuurhistorische collectie van deze omvang ook eisen aan vakinhoudelijke kennis van de museumstaf en vraagt voldoende manuren om de collectie wat conservering betreft op peil te houden. Deze ontbreken. Daarom is er in de museumnota 2004-2010 voor gekozen de collectie Natuurhistorie niet aan te merken als kerncollectie voor het gemeentemuseum Weert.
Daarmee komt de collectie in aanmerking voor een plaatsing in een ander instituut waar zij gezien het wetenschappelijke belang veel beter op haar plaats is.
Ontdekkingen
Dhr. Justin Jansen, ornitholoog en kenner van de Limburgse avifauna, heeft het museum enige tijd geleden benaderd om een en ander over de collectie te weten te komen voor de uitgave van een nieuwe Avifauna voor Limburg. Hij ontdekte al snel dat in de collectie vele exemplaren van groot wetenschappelijk belang aanwezig waren die in de vakwereld bekend waren uit publicaties. Hij ontdekte ook de twee genoemde en als verloren beschouwde belangrijke Belgische collecties. Hij heeft daarop de gehele collectie bestudeerd en geprobeerd via literatuurstudie verbanden te leggen tussen publicaties en de aangetroffen collecties. Dat is hem goed gelukt.
Gesteld mag worden dat in de collectie vele bijzondere en natuurhistorisch belangrijke exemplaren zitten: soorten die zeldzame en/of eerste waarnemingen voor Limburg en/of Nederland of België zijn geweest. Deze zijn ook veelal gepubliceerd.
Naar Naturalis
Het Museum Naturalis heeft naar aanleiding van de verkregen informatie van dhr. Justin Jansen het college van B&W verzocht de collectie aan dat Museum in volledig eigendom af te staan. Nadat de verzameling in Weert is gecontroleerd zal ze door medewerkers van Naturalis worden opgehaald. De collectie wordt uitgezocht op deelcollecties. De voor Nederland wetenschappelijk belangrijke stukken worden aan de Rijkscollectie van Naturalis toegevoegd. De Belgische exemplaren worden door Naturalis in volledig eigendom overgedragen aan het Nationaal Natuurhistorisch Museum in Brussel. Eventueel andere exemplaren die niet van nationaal maar meer van provinciaal belang zijn worden doorgegeven aan het Natuurhistorisch museum te Maastricht. De restcollectie, die naar verwachting relatief klein zal zijn, wordt gebruikt voor educatieve doeleinden of, als de slechte toestand van de exemplaren daartoe aanleiding geeft, vernietigd.
Het gemeentebestuur heeft in principe besloten de gehele collectie aan museum Naturalis af te staan. Er wordt nog onderzocht op welke manier dit het beste kan gebeuren: schenking of bruikleen.
Eer voor Jacques de Haan
Degenen die dhr. Jacques de Haan bij leven hebben gekend hebben het gemeentemuseum Weert verzekerd dat een dergelijke handelswijze geheel in de lijn van de collectioneur / beheerder zou zijn geweest. Het was uiteindelijk ook zijn doel om wetenschappelijk interessante gegevens en dieren onder optimale omstandigheden voor de toekomst te behouden. En waar kan dat beter dan in een nationaal wetenschappelijk instituut, zowel in Nederland als in België. Dhr. De Haan komt de eer toe met een goed oog voor natuurhistorisch onderzoek dieren en gegevens verzameld te hebben die hun waarde voor de wetenschappelijke wereld na al die jaren hebben behouden.
2006.113 FS
---- --
Gemeente Weert