DNA veelbelovende voorspeller voor behandelsucces alcoholisten
27 juni 2006
Biologische en genetische kenmerken van alcoholverslaafden kunnen voorspellen welke medicijnen het verlangen om te drinken het beste weg zullen nemen. Dat concludeert Wendy Ooteman naar aanleiding van haar promotieonderzoek. Naltrexon en acamprosaat zijn middelen die het snakken naar drank moeten onderdrukken. Onderzocht is welke patiëntkenmerken voorspellen welk medicijn het beste werkt. Ooteman promoveert 7 juli aan de Universiteit van Amsterdam.
Alcoholverslaafden hebben een overweldigende drang om te drinken. Dat verlangen werkt niet alleen een alcoholverslaving in de hand, maar zorgt er ook voor dat het moeilijk is eraf te komen. Er zijn twee medicijnen die de hunkering naar alcohol kunnen onderdrukken: naltrexon werkt via het beloningssysteem in de hersenen en acamprosaat via het stresssysteem. Echter, ze werken niet bij iedereen. De vraag was of patiëntkenmerken kunnen voorspellen welk medicijn het beste werkt voor welke patiënt.
Verleiding
Honderdzesenvijftig alcoholisten waren bereid mee te doen aan Ootemans onderzoek. Bij de deelnemers werd het verlangen naar drank opgewekt door onder andere een glaasje met hun favoriete drank op tafel te zetten. Ondertussen werd naar hunkering gevraagd en werden lichamelijke reacties gemeten, zoals hartslag en zweetproductie. Ook werden genetische kenmerken bepaald. Na een maand behandeling met naltrexon, acamprosaat of een placebo werd er gekeken of klinische, fysiologische en genetische verschillen invloed hadden op het behandelsucces.
Genetische aanwijzingen
Klinische patiëntkenmerken bleken niet goed te voorspellen of iemand het beste reageerde op acamprosaat of op naltrexon. Biologische en genetische kenmerken bleken dit wel te voorspellen. Mensen die sterk gingen zweten tijdens het experiment, reageerden beter op acamprosaat. Terwijl minder zwetende mensen beter op naltrexon reageerden. En ook genen die coderen voor bepaalde receptoren in de hersenen voorspelden welk middel aansloeg bij een patiënt. Van deze genen bleek vooral het gen dat codeert voor de mu-opioïdreceptor, de dopamine D2 receptor en een gaba-receptor voorspellend te zijn. Mogelijk komt dit doordat deze genen nauw samenhangen met de oorzaken van verslaving.
Verder onderzoek
De vraag is of dezelfde resultaten ook gevonden worden als er naar terugval op de langere termijn gekeken wordt. Naar verwachting zullen vooral de veelbelovende genetische kenmerken gebruikt kunnen worden voor een effectievere toewijzing van alcoholverslaafden aan verschillende behandelingen.
..............................
Meer informatie bij:
* drs. Wendy Ooteman (Universiteit van Amsterdam, AIAR)
* t: + 31 (0)6 12548665 , w_ooteman@hotmail.com
* promotie 7 juli 2006
* promotoren prof. dr. Wim van den Brink en prof. dr. Roel Verheul
Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek