Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Motie van Azough en Arib over smaaklessen

Kamerstuk, 26-6-2006

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG

VGP/VV 2694823

26 juni 2006

Tijdens het VAO preventiebeleid voor de volksgezondheid, d.d. 21 juni 2006 is een motie ingediend van Azough (GL) en Arib (PvdA) over smaaklessen. In de motie wordt VWS verzocht voor de begroting in 2007 een fonds te regelen opdat alle scholen in Nederland smaaklessen kunnen bieden. Daarnaast wordt de regering verzocht om voedingsonderwijs een structurele plek te geven in de kerndoelen van het onderwijs.

Onderstaand geef ik, zoals toegezegd tijdens het VAO, mijn schriftelijk oordeel ten aanzien van bovengenoemde motie. Onderstaand schrijven is mede namens de minister van LNV en de minister van OCW.

Ik richt me in mijn preventiebeleid specifiek op de jongeren, aangezien het aanleren van onder andere goede voedingsgewoonten op jonge leeftijd van belang is voor de gezondheid en preventie van chronische ziekten op latere leeftijd. De setting school is hiertoe uitermate geschikt. Om onderwijs en jeugd via één afzender te benaderen ondersteun ik de Gezonde School aanpak. Daarnaast lopen er verschillende projecten, zoals smaaklessen, schoolgruiten en gezonde schoolkantines, om een gezonde leefstijl bij leerlingen te stimuleren. Een aantal van deze projecten zijn opgenomen in het actieplan van het Convenant Overgewicht.

Ik wil ten aanzien van de motie niet alleen ingaan op het project smaaklessen, maar ook op het project schoolgruiten. Beide projecten laten kinderen via de school kennismaken met voedingsmiddelen.

Het project smaaklessen is geïnitieerd door de minister van LNV. Smaaklessen hebben ten doel de jeugd te interesseren voor voedsel (productiewijze/gezondheid) via het aspect smaak. Leerlingen van de (basis)scholen worden via een zogenaamd smaaklespakket bewust gemaakt van de smaak, productiewijze en gezondheidsaspecten van voedingsmiddelen. Ten aanzien van de smaaklessen heeft het ministerie van LNV voldoende begroot om in schooljaar 2006/2007 te starten met smaaklessen en de verdere ontwikkeling ervan op te pakken. Vanaf schooljaar 2007/2008 kan het aanbod van smaaklessen verder worden verbreed. Hierbij zal worden ingezet op bredere financiering. Ik zie op dit moment echter geen noodzaak een speciaal fonds in het leven te roepen.

Het project schoolgruiten is, naar aanleiding van de motie Atsma, geïnitieerd door mijn ministerie. Schoolgruiten heeft ten doel om de consumptie van groente en fruit te bevorderen bij de jeugd. Twee keer per week wordt er een portie groente of fruit verstrekt bij kinderen op de basisschool. Daarnaast wordt er les gegeven over gezonde voeding, waaronder groente en fruit. Kinderen maken verder kennis met verschillende soorten groenten en fruit en leren zo ook gevarieerd te eten binnen deze productgroep.
Van 2003-2005 heeft een proefproject schoolgruiten plaatsgevonden. Ik ben nu actief op zoek naar een manier om scholen en gemeenten te stimuleren zelf de financiering van schoolgruiten te organiseren zodat de continuïteit gewaarborgd blijft. In 2007 kan ik via de VWS begroting voorzien in de ondersteuning van het project schoolgruiten.

Momenteel bekijk ik met de minister van LNV de opties voor synergie betreffende de projecten smaaklessen en schoolgruiten. We streven naar een koppeling van beide projecten na het schooljaar 2006/2007. Hierbij zullen de mogelijkheden worden onderzocht om bovengenoemde projecten smaaklessen en schoolgruiten als keuzeprojecten onder te brengen in hetzelfde lesmateriaal voor scholen, opdat scholen niet met verschillende initiatieven vanuit verschillende ministeries worden benaderd.
Ik wil onder meer het Convenant Overgewicht benutten om te bezien hoe in samenwerking met ministeries en veldpartijen verdere ontwikkelingen mogelijk zijn.

Ik acht het relevant dat voeding aandacht krijgt in het onderwijs. De kerndoelen van het (primair) onderwijs zijn recentelijk herzien, door de Tweede Kamer goedgekeurd en zijn sinds maart van dit jaar van kracht. Het kerndoel dat leerlingen leren zorg te dragen voor de lichamelijke en psychische gezondheid van henzelf en anderen biedt scholen de ruimte om voeding in het onderwijsprogramma op te nemen. Ik zal met de minister van LNV en OCW overleggen hoe scholen duidelijk kan worden gemaakt dat met onder andere de projecten smaaklessen en schoolgruiten hieraan invulling kan worden gegeven.

Op de wijze zoals boven beschreven zal ik invulling geven aan de motie die ik zie als ondersteuning van het beleid.

De Minister van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport,

H. Hoogervorst