Rotterdams Conservatorium / Dansacademie
Erica de Wijs. Foto Wijnand Schouten.
Afscheid Erica de Wijs
Begonnen als student aan het Rotterdams Conservatorium en sindsdien
niet meer weggeweest. Erica de Wijs, onmiskenbaar verbonden met
Codarts, nam na meer dan 40 jaar op zaterdag 24 juni jl. afscheid. Een
kort portret. `Achter ieder regeltje zit een student.'
Nadat ze de MMS had afgerond, werd Erica de Wijs in 1962 toegelaten op
het Rotterdams Conservatorium (RC), hoofdvak hobo. Twee jaar later
voegde ze daar het hoofdvak solfège/algemene muziekleer aan toe waarin
ze, mede door aanmoediging van Kees Stolwijk, toenmalig hoofdvakdocent
solfège en later directeur van het RC, als eerste in Nederland
afstudeerde. Bij wijze van betaalde stage begon ze tijdens haar studie
met lesgeven. In 1968 kreeg ze een vaste aanstelling. Vanaf die tijd
groeide ze mee met het conservatorium. Met de komst van nieuwe
studierichtingen, waaronder Lichte muziek, Flamenco en Indiase muziek,
veranderden ook haar werkzaamheden. Bovenop het lesgeven kreeg ze
steeds meer coördinerende taken binnen de diverse opleidingen en hield
ze zich jarenlang bezig met het organiseren van toelatingsexamens, het
coördineren van de vooropleidingen, de Havo voor Muziek en Dans en het
jeugdorkest.
In 1990 benaderde toenmalig directeur John Floore haar voor de functie
van studentendecaan. Het verschijnsel bestond al, alleen nog niet op
het RC. En, zoals De Wijs zelf zegt: `Ik had toch niets te doen.' De
functie was haar op het lijf geschreven. Naast het geven van advies
over studiegerelateerde zaken zoals studiefinanciering, het gebruik
maken van fondsen/beurzen, is een decaan er ook voor privé-zaken en
basisbehoeften. Vooral door de toename van het aantal buitenlandse
studenten aan zowel het RC als de Rotterdamse Dansacademie kreeg ze er
nieuwe verantwoordelijkheden bij. Want, zegt ze, `ze komen hier niet
alleen studeren, maar ook leven. En dus moeten we goed voor ze
zorgen'. Inmiddels is Erica specialist in buitenlandse wet- en
regelgeving. Het is droge kost, maar `achter ieder regeltje zit een
student en dat maakt het leuk'. Ook weet ze alles over het aanvragen
van gas, water en elektra, de dekking van studentenverzekeringen,
mobiele telefonie, belastingen en studiefinanciering. `Veel van de
officiële instanties communiceren niet in het Engels, soms weigeren ze
het zelfs. Dat maakt het voor buitenlandse studenten wel erg lastig.'
`I love problems'
Vanwege haar kennis van de wetten en regels wordt De Wijs landelijk
gevraagd zitting te nemen in diverse commissies en organen. Zo zit ze,
vanuit het HBO, in de Kommissie Buitenlandse Studenten van de
Universiteitsdecanen, is ze bestuurslid van het Landelijk Overleg
Studentendecanen HBO en voorzitter van de Commissie Rechtspositie, en
werkt ze samen met het Nuffic (de Nederlandse organisatie voor
internationale samenwerking in het
hoger onderwijs) ten aanzien van Mobiliteitsobstakels, zaken waar
buitenlandse studenten tegenaan lopen in Nederland.
Op haar lange loopbaan kijkt De Wijs met veel plezier terug. Waarom ze
zo lang is gebleven? `Ik heb nooit een reden gehad om weg te gaan.'
Vanwege de leeftijd is die er nu wel. En ze is er ook klaar voor. Toch
laat ze niet alles met een gerust hart achter. `Ik maak me zorgen over
de nieuwe ontwikkelingen ten aanzien van de bekostiging.' Per 1
september 2007 valt de bekostiging door het Rijk voor buitenlandse
studenten weg. Als compensatie krijgen hogescholen dan kennisbeurzen.
`Maar dat is geen geoormerkt geld. Het is aan de instellingen om dat
geld te besteden. En dat kunnen ook andere zaken zijn dan de
buitenlandse studenten.' Ook de nieuwe wet van Staatsecretaris Rutte
ten aanzien van de leerrechten stemmen haar op dit moment niet echt
hoopvol. `Het zou kunnen betekenen dat studenten die recht hebben op
vier jaar studie, na bijvoorbeeld een verandering van studie, buiten
de boot vallen en buitensporig hoge collegegelden moeten gaan
betalen.'
Over het decanaat zegt ze: `Het is de mooiste baan in de wereld. Ik
verveel me geen seconde; iedere dag is weer een verrassing.'Tegen
studenten die bij haar langskomen met `I have a problem', zei en zegt
ze steevast: `I love problems; without them I wouldn't have a job.'