Unicef
'Voortrekkersrol' Nederland tegen wapenhandel onder druk 22 juni 2006, Den Haag - Nederland moet actiever strijden voor een internationaal wapenhandelsverdrag, moet de doorvoer van kleine wapens via ons land beter controleren en moet de wetgeving aanpassen om vervolging van Nederlandse wapenhandelaars in den vreemde beter mogelijk te maken. Laat Nederland dat na, dan ondergraaft ons land zijn positie als mondiale 'voortrekker' in de strijd tegen de ongebreidelde handel in kleine wapens. Dat is de conclusie van het vandaag gepubliceerde rapport van Unicef Nederland 'Kinderen buiten schot; Nederland, kleine wapens en de gevolgen voor kinderen'. Het rapport verschijnt aan de vooravond van de VN-conferentie over kleine wapens in New York.
Kleine wapens - wapens die door één of meerdere personen kunnen worden gedragen en gebruikt - vormen een groot probleem, zo stelt het rapport. Per jaar worden meer dan acht miljoen kleine wapens geproduceerd. Het merendeel valt in de handen van burgers. De ongecontroleerde en relatief eenvoudige verspreiding van deze wapens werkt escalatie van conflicten in de hand, leidt tot meer slachtoffers en verlengt gewelddadige strijd. Juist kinderen zijn veelvuldig slachtoffer van gewapende conflicten. Alleen al in de jaren negentig kostten ze twee miljoen kinderen het leven en raakten zes miljoen kinderen gewond. Bovendien vergemakkelijkt de eenvoudige hanteerbaarheid van kleine wapens de inzet van kindsoldaten, waarvan er wereldwijd ongeveer 300.000 actief zijn.
Al jaren speelt Nederland op het mondiale podium een voortrekkersrol waar het gaat om beperken, reguleren en controleren van de handel in kleine wapens. Nederland liet zich eveneens horen in de toenemende internationale roep om een internationaal verdrag dat de ongebreidelde wapenhandel aan banden moet leggen. Met zorg constateert Unicef in 'Kinderen buiten schot' echter dat de Nederlandse regering voor de komende VN-conferentie over kleine wapens de ambitie van een juridisch bindend wapenhandelsverdrag lijkt te willen terugschroeven naar veel vrijblijvender politieke afspraken. Unicef roept de Nederlandse regering in het rapport op om een bindend verdrag als uitgangspunt te behouden en niet al bij aanvang een compromis-standpunt in te nemen.
Bij een voortrekkersrol behoort ook voorbeeldgedrag, zo stelt Unicef. Het rapport toont echter aan dat, ondanks aanscherping van de nationale wetgeving, Nederland onvoldoende zicht heeft op de export en doorvoer van kleine wapens. Zo kunnen 'bevriende landen' zonder enige belemmeringen via Nederlandse lucht- en zeehavens (onderdelen van) kleine wapens doorvoeren naar welk land dan ook. Een voorbeeld daarvan is een reeks van tientallen leveranties van Amerikaanse vizierkijkers in 2004 en 2005 aan onder andere Kazachstan, een land waartegen het Europees Parlement een resolutie aangenomen heeft vanwege mensenrechtenschendingen. Het rapport citeert de staatssecretaris van Economische Zaken die eerder dit jaar in antwoord op Kamervragen over de doorvoer van de vizierkijkers stelde dat "Nederland de toetsing die reeds door bondgenoten is verricht bij doorvoer niet nog eens over gaat doen". Op basis van haar bevindingen pleit Unicef in het rapport voor strengere regels, betere controle en meer transparantie rond de doorvoer van kleine wapens.
Het derde punt waarop Nederland zich, aldus het Unicef-rapport, fermer dient op te stellen betreft het aanpakken van Nederlandse wapenhandelaars in het buitenland. Het opsporen en vervolgen van Nederlandse onderdanen die in andere landen illegale handel in wapens drijven, stuit nu vaak op juridische obstakels. Dat terwijl er wel al wettelijke constructies bestaan ten aanzien van andere 'extraterritoriale' vergrijpen als sekstoerisme en meisjesbesnijdenis. Unicef pleit dan ook voor wijzigingen in het Wetboek van Strafrecht, maar ook voor meer Nederlands initiatief op het gebied van internationale informatie-uitwisseling en opsporingsbevelen, diplomatieke druk en blokkeren van financiële tegoeden.
'Kinderen buiten schot' valt binnen de inspanningen die Unicef in Nederland en wereldwijd onderneemt om de handel in kleine wapens terug te dringen. In Nederland maakt Unicef onderdeel uit van de 'Control Arms'-coalitie, die door Oxfam Novib, Amnesty International en Pax Christi is opgericht. In conflictgebieden wereldwijd is Unicef dagelijks actief om kinderen te beschermen tegen de vernietigende gevaren van kleine wapens en de slachtoffers op te vangen.
* * * *