Gemeente Utrecht


2006 SCHRIFTELIJKE VRAGEN
49 Vragen van de heer P.F.C. Jansen
(vragen binnengekomen op 23 mei 2006
en antwoorden van het college verzonden op 20 juni 2006)


De SP-fractie is door bewoners van woningen in vlek 5 van Terwijde geïnformeerd over bezwaren die zij hebben tegen de uitwerking van een woonbootlocatie tussen vlek 5/6. Een aantal woningen in vlek 5 grenst direct aan het water (zonder tuin), heeft zelfs een uitkragend balkon en een uitkragende bovenverdieping boven het water. Ook een aantal andere woningen met tuin ligt relatief dicht bij het water. Bij de verkoop van vlek 5 door Bouwfonds Woningbouw hebben de kopers de verzekering gekregen dat er bij de uitwerking van de ligplaatsen voor woonboten rekening gehouden zou worden met de privacy van de overburen. Dat is onderbouwd met aan de kopers overhandigd kaartmateriaal.

Bij toeval ontdekten de kopers in augustus 2005 een ander type ontwerpen met andere aantallen en grotere afmetingen. De toekomstige bewoners van eiland 5 hebben vervolgens bezwaar gemaakt tegen deze wijzigingen kenbaar bij de gemeente Utrecht, Projectbureau Leidsche Rijn, wethouder Lenting, en Bouwfonds Fortis. Zij ontvingen daarop eind 2005 een brief waarin werd medegedeeld dat Bouwfonds Fortis de woonarken niet meer zou ontwikkelen.

Inmiddels blijkt echter de verkoop van de woonboten tegenover vlek 5 binnenkort toch te starten, waarbij de ligging afwijkt van eerdere afspraken met de kopers op vlek 5. Er zouden nu woonboten op 12 meter van het balkon van de dichtstbijzijnde woning komen te liggen.

De SP-fractie heeft geprobeerd om ambtelijk opheldering te krijgen over deze kwestie, dat is helaas niet gelukt. Om deze reden zijn wij genoodzaakt om hierover schriftelijke vargen te stellen.

1. Wat was de status van het bestemmingsplan Terwijde ten tijde van de verkoop van de woningen van vlek 5?


De verkoop van de woningen van vlek 5 is gestart in oktober 2004. Op dat moment vigeerde het (onherroepelijke) globale bestemmingsplan Leidsche Rijn. Voor het betreffende gebied in Terwijde is op 24 mei 2004 door het college van B&W een ontwerp-uitwerkingsplan vastgesteld.

2. Op welke wijze waren de geprojecteerde woonboten in het bestemmingsplan verankerd: exacte locatie, afmetingen, afstand tussen de woonboten.


In het Bestemmingsplan Leidsche Rijn passen woonboten in de globaal aangeduide bestemming Gemengde Doeleinden. In het ontwerp uitwerkingsplan is in de bestemming Water Een zone gemarkeerd (ten westen en zuid-westen van vlek 6) voor woonboten. Uit het renvooi blijkt dat daar maximaal 16 woonboten mogen komen. De exacte locatie van de woonboten, de afmetingen en afstand tussen de woonboten zijn derhalve niet opgenomen.

3. Indien de onder (2) aangegeven kerngegevens niet zijn vastgelegd in het bestemmingsplan, dan wel de bijbehorende planvoorschriften: waarom is het woonbotenplan niet beter planologisch ingekaderd?


In een groot ontwikkelingsgebied als Leidsche Rijn vindt planologisch-juridische inkadering gefaseerd plaats. Naarmate bouwplannen en de randvoorwaarden daarvoor meer in detail bekend zijn kan verdere (planologisch-juridische) precisering plaats vinden mede uit een oogpunt van beheer. Wel liggen de planologische en stedenbouwkundige hoofduitgangspunten vast in Stedenbouwkundige Programma's van Eisen en Stedenbouwkundige Plannen.

4. Kunt u een overzicht geven van het formele ontwikkelingstraject (stappen, data), alsmede aangeven of er tijdens dit traject wijzigingen zijn doorgevoerd met betrekking tot de inkadering van de woonboten?


In het Stedenbouwkundig programma van Eisen (SPvE) Terwijde van november 1999 zijn als programma 35 ligplaatsen voor woonboten benoemd; daarvan zijn er een 15-tal aan de westoever van scherf 6 geïndiceerd. Bij de vaststelling is een inspraakprocedure gevolgd.


In het Ontwerp-uitwerkingsplan zoals bovenstaand genoemd (24 mei 2004 vastgesteld door het college van B&W) zijn 16 woonboten opgenomen langs scherf 6. De wijziging ten opzichte van het SPVE is dat deze ligplaatsen nu minder geconcentreerd zijn; de zone is dus behalve aan de westoever van scherf 6, nu ook deels komen te liggen aan de zuidwestelijke oever van scherf 6. De zone waarin de betreffende woonboten komen is daarmee dus ook langgerekter geworden. Bij de vaststelling is een inspraakprocedure gevolgd.


In het Stedenbouwkundig plan Terwijde fase C van december 2004 (SP TC) is, langs scherf 6, ruimte gereserveerd voor 20 woonboten waarvan er aan de westzijde 12 zijn ingekleurd. Dit betekent dat, vergeleken met het ontwerp-uitwerkingsplan, er beleidsmatig rekening mee wordt gehouden dat in de toekomst een uitbreiding met vier extra plaatsen tot de mogelijkheden kan gaan behoren. Voor de goede orde wijzen we erop dat dat in juridische zin slechts mogelijk zal zijn ná voorafgaande aanpassing van het uitwerkingsplan.


Overigens is het onjuist dat binnenkort de verkoop van woonboten tegenover vlek 5 zou starten; de planontwikkeling is daar immers nog niet zover. Mogelijk is er sprake van verwarring met de aanstaande verkoop tegenover vlek 6.


5. Klopt het dat op grond van het bestemmingplan woonboten tot 12 meter uit belendende panden mogen liggen?


Het ontwerp-uitwerkingsplan kent niet een dergelijke regeling.

De woonboten van scherf 6 zijn nog in ontwikkeling. De afstand vanaf de gevel van de vrijstaande woningen van eiland 5 tot de gevel van een waterwoning (loodrecht gemeten) bedraagt minimaal ongeveer 17 m. Of de boot een gangboord krijgt en waar de drijvende terrassen komen is nog niet bekend.

6. Indien uit documentatie van bewoners zou blijken dat hen ten tijde van de verkoop misleidende informatie is verstrekt door de ontwikkelaar Bouwfonds: wat zijn uw mogelijkheden om stappen te ondernemen tegen Bouwfonds?


In dat vooralsnog theoretische geval zou dat een zaak zijn die zich primair afspeelt in de contractuele relatie tussen Bouwfonds en kopers. Formeel staat de gemeente daar dan dus buiten.


---- --