Bijlage 1
Ontwikkeling arbeidsmarktpositie jongeren
Definities "jongeren"
1. De doelgroep jongeren van de PDTFJ betreft jongeren van 15 t/m 22 jaar buiten het
volledig dagonderwijs. Arbeidsmarktcijfers over deze groep worden jaarlijks gepubliceerd
door het CBS. Beschikbaar zijn de jaarcijfers 2001 t/m 2005 (betreft jaargemiddelden).
2. Over alle jongeren 15 t/m 24 jaar (inclusief scholieren/studenten) publiceert het CBS
maandelijks voortschrijdende kwartaalgemiddelden. Beschikbaar zijn maandcijfers t/m
het kwartaalgemiddelde februari-april 2006. (Kwartaalgemiddelde maart-mei 2006 wordt
15 juni 2006 gepubliceerd.)
3. Over alle jongeren 15 t/m 22 jaar (inclusief scholieren/studenten) publiceert het CWI
maandelijks ultimo-cijfers over het aantal niet-werkende werkzoekenden ingeschreven bij
het CWI. Beschikbaar zijn maandcijfers t/m (eind) april 2006. (Cijfers per eind mei 2006
worden 15 juni 2006 gepubliceerd.)
De CWI-cijfers zijn minder geschikt voor het monitoren van de arbeidsmarktpositie van
jongeren omdat de definitie van `niet-werkende werkzoekenden' niet aansluit op de CBS-
definitie van de beroepsbevolking, o.a. omdat er geen ondergrens geldt voor de omvang van
de gezochte baan van 12 uur per week en veel werkloze jongeren zich niet inschrijven bij het
CWI omdat zij geen recht hebben op een uitkering. In verband met de overgang in 2005 op
een nieuw automatiseringssysteem zijn de CWI-cijfers over 2005 bovendien minder
betrouwbaar. Deze notitie baseert zich daarom op de CBS-cijfers om de ontwikkeling in de
arbeidsmarktpositie van jongeren te beschrijven.
Ontwikkeling jeugdwerkloosheid volgens CBS-cijfers
In tabel 1a zijn werkloosheidspercentages opgenomen voor de jaren 2001-2005 voor het totaal
15-64 jarigen, jongeren 15-24 jaar en de doelgroep jongeren van 15-22 jaar, uitgesplitst naar
opleidingsniveau.
Het jaargemiddelde van de totale werkloosheid was in 2005 gelijk aan 2004, nl. 6,5 procent.
Voor jongeren 15-24 jaar was reeds sprake van een lichte daling in 2005 naar 13,1 procent.
De werkloosheid onder de doelgroep jongeren 15-22 jaar steeg echter nog licht in 2005 naar
15,0 procent.
Tabel 1a. Werkloosheidspercentage naar opleidingsniveau, 2001-2005
Totaal Met startkwalificatie Zonder startkwalificatie
Inclusief Exclusief Inclusief Exclusief Inclusief Exclusief
scholieren scholieren scholieren scholieren scholieren scholieren
Totaal 15-24 15-24 Doel- Totaal 15-24 15-24 Doel- Totaal 15-24 15-24 Doel-
(15-64 jaar jaar groep (15-64 jaar jaar groep (15-64 jaar jaar groep
jaar) 15-22 jaar) 15-22 jaar) 15-22
jaar jaar jaar
2001 3,5 7,4 6,0 7,5 2,6 5,6 3,5 4,5 5,5 9,8 10,2 10,8
2002 4,1 8,6 7,1 8,7 3,3 6,7 4,9 5,8 6,3 11,4 10,9 12,1
2003 5,4 10,6 9,9 12,2 4,4 8,6 7,4 8,9 8,2 13,6 14,3 16,2
2004 6,5 13,5 12,6 14,5 5,5 11,0 9,8 10,7 9,2 17,2 17,5 18,9
2005 6,5 13,1 12,2 15,0 5,4 9,9 8,4 10,9 9,8 17,9 19,0 20,2
Bron: CBS (Enquête beroepsbevolking)
De werkloosheid onder jongeren zonder startkwalificatie is bijna twee maal zo hoog als onder
jongeren met startkwalificatie, in 2005 20 procent tegenover 11 procent.
---
De daling van de werkloosheid onder 15-24 jarigen deed zich met name voor bij autochtonen,
de werkloosheid onder niet-westerse allochtonen in deze leeftijdsgroep steeg met 3
procentpunt naar 26 procent, zie tabel 1b.
Ook bij de doelgroep 15-22 jarigen is voor autochtonen sprake van een (lichte) daling. De
stijging van de werkloosheid binnen de doelgroep 15-22 jarigen is dan ook geheel toe te
schrijven aan een stijging van de werkloosheid onder niet-westerse allochtonen, nl. van 25
naar 31 procent, de stijging voor niet-westers allochtone jongeren zonder startkwalificatie
bedroeg zelfs 8 procentpunten en kwam daarmee op een kleine 40 procent in 2005!
Tabel 1b. Werkloosheidspercentage autochtonen en niet-westerse allochtonen naar
opleidingsniveau, 2001-2005
Totaal Met startkwalificatie Zonder startkwalificatie
Inclusief Exclusief Inclusief Exclusief Inclusief Exclusief
scholieren scholieren scholieren scholieren scholieren scholieren
Totaal 15-24 15-24 Doel- Totaal 15-24 15-24 Doel- Totaal 15-24 15-24 Doel-
(15-64 jaar jaar groep (15-64 jaar jaar groep (15-64 jaar jaar groep
jaar) 15-22 jaar) 15-22 jaar) 15-22
jaar jaar jaar
Autochtonen
2001 2,9 6,3 4,8 6,2 2,3 4,8 2,7 3,6 4,4 8,6 8,7 9,3
2002 3,4 7,7 6,3 7,6 2,9 6,8 4,9 5,8 4,9 9,3 9,0 10,1
2003 4,3 9,0 8,3 10,6 3,6 7,6 6,6 8,2 6,5 11,4 11,8 13,7
2004 5,3 11,7 10,9 12,8 4,5 9,9 8,6 9,5 7,6 14,5 15,0 16,7
2005 5,2 10,8 10,1 12,5 4,4 8,6 7,2 9,2 7,7 14,5 15,9 16,9
Niet-westerse allochtonen
2001 8,9 14,1 14,1 15,8 6,6 11,5 . . 11,6 16,4 16,2 .
2002 10,4 15,5 14,0 17,0 8,5 . . . 12,8 22,0 20,3 22,7
2003 14,6 20,6 19,3 20,5 12,4 16,3 . . 17,3 24,3 24,0 27,4
2004 16,1 22,6 23,0 24,8 14,0 18,0 16,9 19,4 19,5 27,5 30,5 30,1
2005 16,4 25,9 25,9 31,2 14,3 19,3 17,4 21,7 21,4 31,8 34,2 38,5
Bron: CBS (Enquête beroepsbevolking)
De minder gunstige werkloosheidsontwikkeling voor de doelgroep jongeren wordt dus vooral
bepaald door de jongeren met niet-westerse achtergrond.
Totaal 15-24 jr verschil
Figuur 1. Werkloosheidspercentage* totaal en 15-24 jaar, vanaf nov 2004 (%)
2004 11 6,7 14,6 7,9 15
12 6,6 13,3 6,7
2005 1 6,6 13,5 6,9 14
2 6,7 13,3 6,6 13
3 6,7 13,5 6,8
4 6,6 13,3 6,7 12
5 6,6 13,2 6,6 11
6 6,6 13,1 6,5
7 6,6 13,3 6,7 10 15-24 jr
8 6,6 13,8 7,2 Totaal
9
9 6,5 12,9 6,4
10 6,4 12,6 6,2 8
11 6,3 12,4 6,1 7
12 6,1 12,2 6,1
2006 1 6,0 11,9 5,9 6
2 5,8 11,6 5,8 5
3 5,7 10,9 5,2 11 12 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 1 2 3
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid