Nvmp
Discussie over verwijderingsbijdrage onterecht en riskant
De stelling dat consumenten de afgelopen jaren onnodig veel geld hebben betaald voor de
verwerking van afgedankte apparatuur is misleidend. Dat zegt de Stichting NVMP (Stichting
Nederlandse verwijdering Metalelektro Producenten) die namens de producenten en importeurs
de inzamelingen en recycling van elektr(on)ische apparatuur verzorgt. Directe afschaffing
van de verwijderingsbijdrage, zoals voorgesteld door de Raad Nederlandse Detailhandel, is
een typisch voorbeeld van korte termijn denken. Het brengt de financiering van 's wereld
meest succesvolle systeem in gevaar en zadelt toekomstige generaties op met een
aanzienlijke maatschappelijke milieuschade.
De NVMP reageert hiermee op recente berichtgeving in de media als zouden consumenten
teveel verwijderingsbijdrage betaald hebben. Zo berichtten de media eerder dat de NVMP
125 miljoen euro zou hebben opgepot. Tendentieus en misleidend, aldus Willem Canneman,
voorzitter van de NVMP. De productstichtingen voor wie wij afgedankte apparaten inzamelen
en recyclen hebben tezamen een voorziening van circa 155 miljoen euro, maar dat geld heeft
een duidelijke toekomstige bestemming. Er wordt nu geïnsinueerd dat deze gelden niet
nodig zijn en dat de verwijderingsbijdrage onterecht zou zijn. Dit is absoluut onjuist.
Van de gereserveerde voorzieningen nemen de Stichtingen Wit en Bruingoed tezamen zo'n 87%
voor hun rekening. De overige voorzieningen worden beheerd door de Stichtingen SVCV
(ventilatoren), SVEG (elektrische (tuin)gereedschappen), SMR (professionele elektrische
apparatuur w.o. meet en regelapparatuur) en de Stichting LightRec (gasontladingslampem en
armaturen). Binnen elke productstichting vormt een deel van de voorziening een verplichte
garantiereserve aan de overheid. De rest is werkkapitaal om toekomstige recycling te
kunnen bekostigen.
Volgens de NVMP dienen de huidige opgebouwde reserves van de Stichtingen Witgoed en
Bruingoed de komende jaren verder te groeien om het benodigde werkkapitaal bijeen te
brengen voor de periode 2011-2020. Onder de berekeningen liggen realistische aannames
betreffende verwachte retouraantallen apparaten en onzekere factoren als toekomstige
prijzen voor inzameling en recycling. De huidige berekeningen pleiten volgens de
stichting alleen al vanuit financieringsperspectief voor deze twee stichtingen voor
continuering van de verwijderingsbijdrage.
Perfect werkend systeem
De NVMP weet dat de groeiende weerstand tegen de verwijderingsbijdrage deels een
oneigenlijke achtergrond heeft. Canneman: Er is nog maar een kleine categorie producten
waarover de bijdrage wordt geheven. In de meeste gevallen vormt dat kleine bedrag geen
enkel probleem, gezien de hoogte van de aanschafprijs. Maar in een aantal gevallen, zoals
bij spaarlampen, wordt er gewerkt met uiterst smalle marges en is elk dubbeltje er
één. In de hoek van zelfimporterende detaillisten van spaarlampen is men de
verwijderingsbijdrage liever kwijt dan rijk. Maar dat is slechts een zeer klein deel van
de detaillisten. Het kan niet zo zijn dat hun verzet ten koste gaat van het gehele
inzameling- en recyclingsysteem.
Ook het feit dat de organisatiestructuurvan het collectieve inzamelingssysteem nogal
ingewikkeld is, maakt volgens de NVMP dat critici vaak appels met peren vergelijken.
Canneman: Het zijn de producenten en importeurs die individueel verantwoordelijk zijn
voor de inzameling en recycling van apparatuur die zij op de Nederlandse markt afzetten.
Zij hebben van meet af aan besloten die verantwoordelijkheid collectief op te pakken, en
zich daartoe verenigd in zes productstichtingen. Op het moment dat een producent of
importeur een apparaat op de Nederlandse markt afzet, draagt zij de verwijderingsbijdrage
via de NVMP af. Deze bijdragen komen als financiële voorziening bij de desbetreffende
productstichting terecht, die hiermee in staat wordt gesteld de huidige en toekomstige
verwijderingkosten te betalen. De NVMP is vervolgens ook weer de uitvoeringsorganisatie
die voor deze stichtingen de feitelijke inzamelingen en recycling van apparatuur
verzorgt. Het is een perfect werkend systeem, maar voor een buitenstaander is kennelijk
niet altijd duidelijk hoe de financiële stromen lopen en waar wat wordt gereserveerd
met welk doel.
Aanloopverliezen
Canneman benadrukt dat zowel de Stichting NVMP als de productstichtingen
non-profitorganisaties zijn en onder toezicht staan van het Ministerie van VROM. Het idee
dat er onnodig geld wordt opgepot mist alleen al daarom elke grond, want stichtingen mogen
geen winst maken. Het is eerder andersom, aldus Canneman. Toen we in 1999 met dit systeem
van start gingen kregen we direct te maken met grote aanloopverliezen, omdat we
onmiddellijk zijn begonnen met het verwerken van oude apparatuur waarvoor nooit een cent
verwijderingsbijdrage was betaald. Nu vindt er een compensatie plaats. Graag wil ik er
ook op wijzen dat er oorspronkelijk op alle categorieën apparaten een
verwijderingsbijdrage zat, en dat we dat inmiddels hebben teruggebracht naar nog slechts
vier categorieën: klein huishoudelijk, koelvries, witgoed en bruingoed (TVs, dvd's).
Als we geld hadden willen maken, dan hadden we in het verleden wel anders geacteerd.
Pensioenvoorziening voor apparaten
Morrelen aan de financiering van het huidige inzamelingssysteem is volgens de NVMP vooral
ook riskant. In de maatschappij is een stuwmeer aan apparaten aanwezig die in het
verleden zijn verkocht en de komende decennia veilig en milieubewust verwerkt moeten
worden. Deels is daarvoor nooit een bijdrage geheven, terwijl er na 2013 volgens de wet
ook geen bijdrage meer voor geheven mag worden. Canneman: De productstichtingen bouwen
ieder afzonderlijk een financiële voorziening op om de apparatuur waarvoor zij
verantwoordelijk zijn en die op de markt is gebracht in de toekomst te kunnen inzamelen
en recyclen. Je moet het zien als een pensioenvoorziening voor apparaten. Stel, de
maximum levensduur van een bepaald model koelkast wordt vastgesteld op 15 jaar. Als die
op 1 januari 2005 is verkocht, dan wordt die uiterlijk 2020 afgedankt. Met de inkomsten
uit de verwijderingsbijdrage wordt gewaarborgd dat er voldoende geld gealloceerd en
beschikbaar is om de inzameling en recycling van alle koelkasten die worden afgedankt
tussen 2005 en 2020, te kunnen financieren. We hebben in Nederland een buitengewoon
succesvol systeem ontwikkeld met het oogmerk om het milieu te ontlasten. Als je de bodem
onder dit systeem wegslaat, dan voorspel ik dat de afgedankte koelkast over twee
generaties weer een vertrouwd beeld in het Nederlands landschap zal zijn.
Jaarlijks wordt totaal ongeveer 72.500 ton elektr(on)ische apparatuur door de NVMP
ingezameld en gerecycled. Onder andere 550.000 koekkasten, 300.000 wasmachines e.d.,
500.000 tvs en 3.900.000 overige apparaten. De kosten hiervan bedragen plusminus
25.903.291 euro. Dat komt neer op 4,3 kg. per hoofd van de bevolking (1999: 2,2 kg.).
Daarmee voldoet de NVMP ruimschoots aan de wettelijke normen en is Nederland in Europees
verband koploper. Mede dankzij een succesvolle campagne werden de afgelopen jaar ook meer
kleine huishoudelijke apparaten ingezameld: ruim 16.000 ton (1999: 2.500 ton).
Noot aan de redactie:
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met:
Stichting NVMP
Carla Bakker woordvoerder
cba@fme.nl
Tel. 079 3531347
Fax 079 3531365
www.nvmp.nl
Creative Venue communicatieadvies en PR
Frank Witte woordvoerder
f.witte@creativevenue.nl
Tel. 020 4525225
Fax 020 4528650
www.creativevenue.nl (zie persruimte NVMP)
Over NVMP
De Nederlandse vereniging Verwijdering Metalektro Producten (NVMP) is opgericht op
initiatief van de Vereniging FME-CWM (de werkgeversorganisatie voor de metalektrosector).
De Stichting NVMP is in opdracht van diverse stichtingen verantwoordelijk voor de
uitvoering van de collectieve mededelingen die door deze stichtingen naar aanleiding van
het Besluit Beheer elektrische en elektronische apparatuur bij VROM zijn ingediend en
door VROM zijn goedgekeurd.
De Stichting NVMP verzorgt:
De landelijke inzameling van afgedankte huishoudelijke
elektrische apparaten
De milieuvriendelijke recycling van deze afgedankte producten
De financiering van het totale project
De monitoring en rapportage naar het ministerie van VROM
De communicatie met producenten, importeurs, detailhandel en consumenten
Over de verwijderingsbijdrage
Het systeem van inzameling en milieuvriendelijke verwerking (recycling) wordt in Nederland
gefinancierd door middel van een losse 'heffing' op de aanschaf van (bepaalde) nieuwe
apparatuur. De detailhandel brengt de consument een verwijderingsbijdrage in rekening, en
sluist dit bedrag door naar een stichting (de NVMP). Die draagt vervolgens zorg voor de
inzameling en verwerking van alle afgedankte apparatuur (dus ook de apparatuur waarvoor
geen verwijderingsbijdrage hoeft te worden betaald of die al op de markt was voordat het
systeem in werking trad).
Dit systeem heeft drie grote voordelen:
1. Het doet recht aan het beginsel 'de vervuiler betaalt'. Hoewel wettelijk de
producent/importeur verantwoordelijk is voor het inzamelen van afgedankte apparaten, is
het uiteindelijk altijd de consument die voor de kosten daarvan opdraait.
2. Het werkt niet verstorend op de winkelprijzen. Een bijdrage die is 'versleuteld' in de
winkelprijzen zal automatisch een onderdeel worden van een concurrerende prijsstelling.
De verwijderingsbijdrage is 'neutraal' en voor iedere detaillist een vast gegeven.
3. Het bevordert het bewustzijn bij de consument. Een kapot apparaat kan worden gerecycled
en moet op een verstandige manier worden afgedankt.