Gemeente Heiloo


Archeologie in Heiloo op nog hoger niveau

Op maandag 19 juni a.s. ondertekenen de heer L.W. van Ruijven (hoofd bedrijfsvoering van de Faculteit der Geesteswetenschappen van de Universiteit van Amsterdam) namens het Amsterdams Archeologisch Centrum en burgemeester Hans Romeyn namens de gemeente Heiloo een samenwerkingsovereenkomst. Door de samenwerking met het AAC wordt er efficiënter en gerichter archeologisch onderzoek te doen, waarbij de onderzoeksresultaten aan elkaar worden gekoppeld en het onderzoek zo steeds beter kan worden ingeperkt.

Omdat de gemeente Heiloo, -vergeleken met andere gemeenten-, ver is in het archeologisch beleid, heeft het AAC de gemeente Heiloo als eerste benaderd om tot een samenwerking te komen. Om die reden werd na fiattering door het college in mei 2005 een intentieovereenkomst met het AAC afgesloten. Er is een jaar op deze manier gewerkt. In februari jl. heeft een evaluatie plaatsgevonden, waarbij is aangegeven dat de samenwerking van beide kanten als zeer plezierig en constructief wordt ervaren en dat omzetting van de Intentieovereenkomst naar een Samenwerkingsovereenkomst een goede zaak is.

Nota Cultuurhistorische Waarden

Sinds een aantal jaren wordt, -vooruitlopend op de wettelijke regelgeving die dit jaar in gaat-, bij bodemingrepen in de gemeente Heiloo archeologisch onderzoek verricht. Dit beleid is gestart als uitvoering van de Nota Cultuurhistorische Waarden, die werd vastgesteld in juni 2001.

Wet Malta

Al jaren is een wijziging van de Monumentenwet 1988 in voorbereiding. Naar alle waarschijnlijkheid wordt deze nog dit jaar van kracht. De wet is begin april door de Tweede Kamer gefiatteerd, maar moet nog in de Eerste Kamer worden behandeld.

Het belangrijkste uitgangspunt van deze wet Malta is dat alle Europese landen hebben verklaard zorg te dragen voor het archeologisch erfgoed; daarbij uitgaand van het principe van de verstoorder betaalt.

Door nieuwe regelgeving krijgt de gemeente de taak van bevoegd gezag. Tot haar taak gaan dan de volgende zaken behoren:


1. besluiten wanneer archeologisch onderzoek nodig is


2. selectiebesluiten nemen; dit betekent dat de gemeente per te volgen stap in het archeologisch onderzoek, moet besluiten of een diepergaand archeologisch onderzoek noodzakelijk is. Is dat niet zo, dan neemt de gemeente een negatief selectiebesluit, wat inhoudt dat het gebied verder wordt vrijgegeven voor verdere graafactiviteiten.


3. van de gemeente wordt gevraagd om tijdens opgravingen directievoering te plegen en


4. te beoordelen of de uitgevoerde activiteiten beantwoorden aan de vastgestelde Programmas van Eisen (PVE).

Met de huidige mankracht en deskundigheid is de gemeente niet berekend op deze taken en verantwoordelijkheden.

Het AAC

De Minister van OCW heeft de Universiteit van Amsterdam aangewezen als universiteit, die als onderzoeksterrein het strandwallengebied van Noord-Kennemerland heeft toegewezen gekregen. Bij deze universiteit is dan ook een grote kennis over het strandwallengebied en Oer-IJ gebied aanwezig. Het aan de universiteit verbonden onderzoeksbureau is het Amsterdams Archeologisch Centrum (AAC). Het AAC verricht archeologisch onderzoek voor particulieren door het gehele land.

Toekomstig beleid

Het is de bedoeling dat de aanpak op het gebied van de archeologie nog dit jaar uitgewerkt gaat worden in een Nota Archeologie, eventueel onder te plaatsen in een aangepaste Nota Cultuurhistorische Waarden.