Ministerie van Buitenlandse Zaken

Beantwoording Kamervragen over de relaties tussen de NAVO en Georgië

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4
Den Haag | |
Directie Veiligheidsbeleid
Bezuidenhoutseweg 67
Postbus 20061
2500 EB Den Haag | |

|Datum |16 juni 2006                        |Behand|Eric Strating        |
|      |                                    |eld   |                     |
|Kenmer|DVB/VD-259/06                       |Telefo|070-3485241          |
|k     |                                    |on    |                     |
|Blad  |1/1                                 |Fax   |070-3485479          |
|Bijlag|1                                   |eric.strating@minbuza.nl     |
|e(n)  |                                    |                             |
|Betref|Beantwoording vragen van de leden   |                             |
|t     |Koenders, Van Baalen en Ormel over  |                             |
|      |de relaties tussen de NAVO en       |                             |
|      |Georgië                             |                             |
Graag bied ik u hierbij de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door de leden Koenders, Van Baalen en Ormel over de relaties tussen de NAVO en Georgië. Deze vragen werden ingezonden op 1 juni 2006 met kenmerk 2050614480.

De Minister van Buitenlandse Zaken,

Dr. B.R. Bot

Antwoord van de heer Bot, Minister van Buitenlandse Zaken, op vragen van de leden Koenders (PvdA), Van Baalen (VVD) en Ormel (CDA) over de relaties tussen de NAVO en Georgië.

Vraag 1
Hebt u kennisgenomen van de Resolutie die, mede op basis van een intensief bezoek aan Georgië, op 30 mei jl. per acclamatie door de Parlementaire Assemblee van de NAVO is aangenomen met betrekking tot de relaties tussen NAVO en Georgië? 1)

Vraag 2
Kunt u een beoordeling geven van de door ons gesteunde resolutie?

Vraag 3
Bent u bereid het plan van de OVSE met betrekking tot Zuid-Ossetië financieel te ondersteunen?

Vraag 4
Wilt u zich uitspreken voor het beginnen van een geïntensiveerde dialoog met Georgië op zo kort mogelijke termijn, zijnde niet later dan de zomer van 2006?

Antwoord
De betreffende resolutie van de Parlementaire Assemblee van de NAVO roept de bondgenoten en hun parlementen op tot een drietal zaken. Eén daarvan is het geven van technische assistentie aan Georgië waardoor het sneller kan integreren in de Euro-Atlantische samenwerkingsverbanden. Nederland brengt deze oproep reeds actief in de praktijk, bijvoorbeeld door de uitvoering van een bilateraal project gericht op verbetering van de budgettering en het financieel beheer binnen het Georgische ministerie van Defensie, een project waaraan zowel door Georgië als de NAVO grote waarde wordt gehecht.

Daarnaast wordt in de resolutie opgeroepen Georgië te ondersteunen bij het vinden van oplossingen voor de onopgeloste conflicten in de regio. Het OVSE-plan voor Zuid-Ossetië en omliggende regio's waarnaar wordt gevraagd, is mede tot stand gekomen door een financiële bijdrage in de formuleringsfase van de Nederlandse ambassade in Tbilisi. Bovendien heeft de Nederlandse regering op de speciaal hiervoor georganiseerde donorconferentie voor Zuid-Ossetië (14 juni 2006 te Brussel) voor de uitvoeringsfase van het project 500.000 Euro beschikbaar gesteld.

Ten slotte doet de resolutie een oproep zo spoedig mogelijk een positieve beslissing te nemen over het in NAVO-verband aanbieden van een Geïntensiveerde Dialoog aan Georgië, bij voorkeur niet later dan de zomer van 2006. Het aanbieden van een Geïntensiveerde Dialoog (voluit Intensified Dialogue on Membership Issues) is een belangrijke stap op weg naar verdere toenadering tot de NAVO. Over de vraag of Georgië nu al klaar is voor deze stap wordt binnen het bondgenootschap nog volop gediscussieerd. Een aantal bondgenoten is van mening dat de grote vooruitgang die Georgië de laatste jaren heeft gemaakt, moet worden erkend door het aanbieden van de Geïntensiveerde Dialoog. Andere landen wijzen vooralsnog op de vaak gebrekkige implementatie van aangekondigde hervormingen en op de nog onopgeloste conflicten binnen de Georgische grenzen. Ook de regionale invalshoek speelt een rol. Daarnaast is de NAVO bezig met een debat over haar toekomst, hetgeen prominent op de agenda van de NAVO-top in Riga later dit jaar is geplaatst.

De Nederlandse regering geeft er de voorkeur aan dat de beslissing over het aanbieden van de Geïntensiveerde Dialoog aan Georgië nader wordt besproken op het niveau van ministers van Buitenlandse Zaken en/of staatshoofden en regeringsleiders. Dat zal dus ook in Riga het geval zijn.


1) Declaration on Georgia's Relationship with NATO, presented to the NATO Parliamentary Assembly Plenary by the Standing Committee and adopted 30 May 2006 in Paris.


---- --