Ministerie van Verkeer en Waterstaat
Persbericht ministerraad
16 juni 2006
KABINET WIL MEER RENDEMENT UIT LOGISTIEK
Het kabinet vindt dat het (logistieke) bedrijfsleven het maatschappelijk
rendement van het goederenvervoer dient te verhogen. De sector kan dit doen
door naast transportfaciliteiten nieuwe aanvullende diensten rond het
vervoer te ontwikkelen: supply chain management (SCM). De overheid wil dit
ondersteunen door de fysiek sterke positie in transport en distributie van
Nederland te behouden, door innovatie te bevorderen, door samenwerking
tussen de betrokken partijen te faciliteren, door de bureaucratisering
terug te dringen en door ervoor te zorgen dat milieu, veiligheid en ruimte
niet in het gedrang komen. De ministerraad heeft op voorstel van minister
Peijs van Verkeer en Waterstaat ingestemd met toezending aan de Tweede
Kamer van een brief over dit onderwerp.
De geformuleerde ambitie sluit rechtstreeks aan bij de inzet van het
kabinet voor een sterke economie en de ambitie om de concurrentiekracht van
Nederland te herstellen. Op grond van deze benadering zijn 17 acties
geformuleerd die samen met het bedrijfsleven worden uitgewerkt. Voorbeelden
van acties zijn het actief agenderen van logistiek en SCM aan de hand van
rondetafelsessies en het inrichten van een rijksbreed SCM-interventieteam.
De Nederlandse logistiek heeft nog een sterke positie ten opzichte van de
internationale concurrentie. Dat komt onder meer door de gunstige ligging
van ons land, de twee mainports (luchthaven Schiphol en de Rotterdamse
haven) en de goede achterlandverbindingen. De bijdrage van de logistieke
sector aan de werkgelegenheid in Nederland wordt geschat op 8 tot 9
procent. De logistieke concurrentiekracht wordt steeds meer bepaald door
het aanbod van kwalitatief hoogwaardige diensten. Door in te zetten op SCM
kan de logistieke sector haar diensten uitbreiden zonder dat de
leefomgeving extra wordt belast. Dit biedt de sector een perspectief om de
steeds sterkere concurrentie uit het buitenland het hoofd te bieden. De
werkgelegenheid, wordt hoogwaardiger en heeft dus meer toegevoegde waarde
voor de Nederlandse economie. Daarnaast wordt het Nederlandse
vestigingsklimaat aantrekkelijker. Wel blijft het noodzakelijk om de
kwaliteit van het infrastructuurnetwerk in stand te houden.
De brief is een uitwerking van de Nota Mobiliteit en is opgesteld samen met
de ministeries van Economische Zaken, Volkshuisvestiging, Ruimtelijke
Ordening en Milieu, Financiën, Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en
Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit.
RVD, 16.06.2006
Ministerie van Algemene Zaken