Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

De Voorzitter van de Tweede Kamer Postbus 90801 der Staten-Generaal 2509 LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4 Binnenhof 1 A Telefoon (070) 333 44 44 2513 AA S GRAVENHAGE Fax (070) 333 40 33 www.szw.nl 2513AA22XA

Contactpersoon Uw brief 2 juni 2006, nr. Doorkiesnummer 2050614550 Ons kenmerk W&B/SFI/2006/49487 Onderwerp Kamervragen van het lid Koser Kaya Datum 15 juni 2006

Hierbij zend ik u de antwoorden op de Kamervragen van het lid Koer Kaya (D66) over het voorstel van de voorzitter van Divosa om de helft van de bijstandsgerechtigden vrij te stellen van de sollicitatieplicht.

De Staatssecretaris van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid,

(H.A.L. van Hoof)

Ons kenmerk W&B/SFI/2006/4948749487

2050614550

Vragen van het lid Koer Kaya (D66) aan de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over het voorstel van de voorzitter van Divosa om de helft van de bijstandsgerechtigden vrij te stellen van de sollicitatieplicht. (Ingezonden 2 juni 2006)


1
Bent u op de hoogte van het voorstel 1) van de voorzitter van de Vereniging van directeuren van sociale diensten (Divosa) om bijna de helft van de bijstandsgerechtigden definitief vrij te stellen van de sollicitatieplicht?

Antwoord 1
Ja.


2
Acht u het wenselijk dat de directeuren van sociale diensten meer dan 160.000 mensen willen afschrijven voor maatschappelijke participatie door arbeidsdeelname?

Antwoord 2
Zoals ik op 1 juni heb aangegeven acht ik het niet wenselijk om mensen af te schrijven voor maatschappelijke participatie door arbeidsdeelname. Naar mijn mening zijn de mogelijkheden om deze mensen te laten participeren nog lang niet uitgeput en zit er nog zeker beweging in deze groep. Uit de rapportage "WWB in cijfers I" die ik op 26 april aan Uw Kamer zond blijkt uit de uitstroomcijfers (p. 6, p. 13) dat ook bij personen die wat langer in de bijstand zitten de uitstroom is toegenomen van 2003 op 2004. Voorts blijkt een groot deel van het W-budget onderbenut. Via middelen uit dit budget kan deze groep verder geholpen worden. Uit een expertmeeting met gemeenten die onlangs door mijn ministerie is georganiseerd over deze groep kwam naar voren dat intensieve begeleiding door gemeenten of reïntegratiebedrijf soms verrassende uitstroomresultaten kan opleveren voor deze groep. Ook mijn wetsvoorstel over de terugkeerbanen is bedoeld om deze groep perspectief te bieden.


3
Kunt u een wetenschappelijk verantwoorde onderverdeling maken van groepen bijstandsgerechtigden naar kans op arbeidsdeelname?

Antwoord 3
Een dergelijke onderverdeling bestaat niet op landelijk niveau. Het is vooral zaak voor gemeenten om hun bestand goed in kaart te brengen en op basis daarvan maatwerk te kunnen leveren aan hun klanten. Dit wordt ook door Divosa onderkend in haar monitor (p. 7). Het bovengenoemde getal van 160.000 is een inschatting van managers van sociale diensten. Door
---

Ons kenmerk W&B/SFI/2006/4948749487

beter het bestand in kaart te brengen kan de inschatting van de managers uit de monitor vertaald worden in concrete cijfers.


4
Hoeveel bijstandsgerechtigden zijn volledig en duurzaam arbeidsongeschikt en hoe worden deze thans in de Wet Werk en Bijstand (WWB) behandeld?

Antwoord 4
Zoals aangegeven in antwoord 3 bestaat hierover geen landelijk beeld. Wel is er in de eerder genoemde rapportage "WWB in cijfers I" (p. 18) een cijfer opgenomen over het percentage ontheffingen op basis van het Verslag over de Uitvoering (VODU) 2004. Dit bedraagt 38%. In de Divosamonitor komen de managers voor 2006 op een inschatting van 41% van het bestand (p. 42). Het aantal ontheffingen zegt echter niet veel over de duurzaamheid van de eraan ten grondslag liggende redenen. In dezelfde monitor worden die redenen van ontheffing aangegeven. Daar vallen ook zorgtaken onder, die niet structureel hoeven te zijn. Ook de overige belemmeringen (fysiek, sociaal, psychisch) hoeven dit niet noodzakelijkerwijs te zijn. In geval deze mensen toch nog niet aan regulier werk toe zijn, zijn er naar mijn mening alle mogelijkheden binnen de huidige WWB om hen een ontheffing te verlenen, individueel en tijdelijk. Hiervoor is bewust door de (mede-)wetgever gekozen bij de invoering van de WWB. Ook sociale activering kan deze mensen uit hun isolement halen en een eerste opstap betekenen naar werk.


5
Welk effect heeft het wegdefiniëren van 160.000 werkzoekenden op de werking van de arbeidsmarkt in het algemeen en op het arbeidsaanbod in het bijzonder?

Antwoord 5
Zoals ik reeds bij antwoord 2 heb aangegeven ben ik niet bereid mensen definitief af te schrijven. Dat is niet in hun eigen belang en niet in het belang van de samenleving als geheel. In het zicht van de aantrekkende economie en de toenemende vergrijzing hebben we deze werkzoekenden hard nodig.


1) Zie o.a. het NOS Journaal en De Telegraaf online d.d. 1 juni 2006


---