De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA Den Haag
ons kenmerk : Viss. 2006/2966
datum : 13-06-2006
onderwerp : Problematiek visserijsector
bijlagen :
Geachte Voorzitter,
Vrijdag 9 juni jl. bereikte mij het verzoek de Kamer voor dinsdag 13
juni een reactie te sturen op een notitie die de vaste Kamercommissie
voor LNV 8 juni jl. ontving van een delegatie vissers. De in deze
notitie geschetste problematische situatie waarin de
Noordzeekottervisserij zich momenteel bevindt, komt vergelijkbaar
terug in het Advies van de Task Force Duurzame Visserij. De vissers
die de Kamer gesproken heeft, hebben ook hun input geleverd voor het
advies.
Het advies van de Task Force is de Kamer eind april toegezonden (29675
nr. 15) met de eraan gekoppelde toezegging dat de Kamer uiterlijk op
Prinsjesdag mijn beleidsreactie tegemoet kan zien. Het is echter mijn
voornemen dit nog voor het zomerreces te doen.
Maar reeds nu wil ik de Kamer kenbaar maken de zorgen te delen die
zowel in genoemde notitie als het advies van de Task Force zijn
beschreven. Het advies schetst op indringende wijze de problemen
waarmee de Noordzeekottervloot sinds langere tijd kampt. Het rendement
van de bedrijven staat enorm onder druk. Tegelijk is de visserij met
de boomkor meer en meer onderwerp van maatschappelijke aandacht
geworden vanwege de effecten op de natuur. De sector ziet zich
geconfronteerd met vragen over de duurzaamheid van haar activiteiten.
In de beleidsreactie zal ik ingaan op deze onderwerpen die ook in de
vragen in bovengenoemde notitie worden opgeworpen. Dit betreft met
name de mogelijkheden die de overheid ziet om het door de Task Force
geschetste transitieproces voor de Noordzeekottervloot te
ondersteunen. Het gaat dan onder andere om het verminderen van
mogelijke belemmerende regelgeving, mogelijke aanpassingen in het
fiscale regime voor de zeevisserij, voorstellen voor een op te richten
Visserij Innovatie Platform en het neerleggen van een financieel kader
ter facilitering van het noodzakelijk veranderproces in de
Noordzeekottervloot. Hierbij gaat het onder andere om het benutten van
de mogelijkheden die het Europese Visserij Fonds vanaf 2007 biedt en
de instelling van een borg/ garantiestellingregeling. Over dit laatste
is echter nog overleg gaande met de minister van Financiën gelet op de
kanttekeningen die de Algemene Rekenkamer ten algemene plaatst bij de
inzet van een dergelijke regeling.
De Task Force schetst echter ook indringend dat het niet in eerste
instantie de maatregelen van de overheid zijn die het perspectief voor
de visserij zullen brengen, maar dat het uiteindelijk het
ondernemersschap in de visserij is dat daar garant voor moet staan.
Ondernemers die individueel en ook in samenwerking kiezen voor een
economisch renderende visserij die duurzaam is en daardoor ook de
steun van de maatschappelijke organisaties heeft.
Vooruitlopend op de beleidsreactie en in reactie op de gestelde vragen
kan ik de Kamer meedelen dat de mogelijkheden om tot een uitgebreid
financieel pakket voor de visserij te komen vooralsnog beperkt zijn.
Ik teken daarbij aan dat ik in de 2^e helft van 2005 een
saneringsregeling heb opengesteld en daar ruim 30 miljoen euro aan heb
besteed. Deze regeling kwam mede op aandrang van het
visserijbedrijfsleven tot stand. Op korte termijn zijn slechts mede
daarom beperkte middelen voorhanden. Deze middelen zullen maximaal
worden ingezet voor het ondersteunen van innovatie en veranderingen in
de Noordzeekottervloot. De initiatieven die lopen met de pulskor, maar
ook de vele ideeën voor een andere manier van vissen, met lichtere,
meer duurzame tuigen en netten zullen daarbij betrokken worden.
Dit loopt vooruit op de mogelijkheden die er zijn voor de langere
termijn en waarvoor het totstandkomen van het nieuwe
EU-visserijstructuurfonds van groot belang is. Ik verwacht dat de
Visserijraad hierover op de aanstaande Raad van 19 juni tot
besluitvorming komt.
Op dit moment overweeg ik geen nieuwe saneringsronde maar is mijn
inzet primair gericht op het steun geven aan innovaties die het
perspectief voor de visserij dichterbij brengen. In mijn binnenkort te
verschijnen beleidsreactie zal ik hier concreter op ingaan, inclusief
op de middelen die ik hiervoor beschikbaar wil maken.
Ik kan de Kamer meedelen dat ik in reactie op het advies en in
samenwerking met het visserijbedrijfsleven heb besloten op korte
termijn een aantal proefprojecten te starten. Hierin kunnen de ideeën
die in de sector leven om te komen tot kostenbesparing, duurzaamheid
en kwaliteitsverbetering - ideeën die ook in genoemde notitie worden
genoemd- snel tot uitvoering worden gebracht. Deze proefprojecten
zullen door groepen van vissers worden uitgevoerd en de ervaringen
zullen voor de sector als geheel beschikbaar komen.
De minister van Landbouw, Natuur
en Voedselkwaliteit,
dr. C.P. Veerman
Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit