Ingezonden persbericht


Woningbouw bedreigt bedrijventerreinen regio Rotterdam

Dertig procent van de bedrijventerreinen in de regio Rotterdam wordt binnen nu en 10 jaar door woningbouw bedreigd of getransformeerd tot woningbouwlocatie. Dit blijkt uit een recent onderzoek, uitgevoerd door bureau Ecorys in opdracht van de Kamer van Koophandel Rotterdam.

Steeds meer bedrijventerreinen krijgen te maken met zogenaamde ´oprukkende woningbouw´. Oude bedrijventerreinen worden door gemeenten getransformeerd tot nieuwe woningbouwlocaties. In totaal komen in het kamergebied Rotterdam circa 15.000 woningen in plaats van 36 bedrijventerreinen (bijna 270 hectare) in de periode 1995-2015. Ook hebben veel bedrijventerreinen last van woningen die te dichtbij worden gebouwd. De geringe afstand tussen bedrijven en deze oprukkende woningbouw leidt tot meer overschrijding van geluids- en milieunormen, wat onzekerheid veroorzaakt bij ondernemers en hun investeringsbereidheid afremt. Van het totale aantal bedrijventerreinen in het kamergebied Rotterdam wordt 22 procent door deze manier van woningbouw bedreigd.

Compensatie noodzakelijk
De verandering van bedrijventerrein in woningbouwlocaties en de bedreiging van oprukkende woningbouw voor zittende bedrijven, zet zich de komende tien jaar door en neemt zelfs toe in vergelijking met de afgelopen tien jaar. Tot en met 2015 verdwijnt bijna 160 hectare bedrijventerrein voor nieuwe woningen. In de periode 1995-2005 zijn vooral in de gemeenten Capelle aan den IJssel en Rotterdam veel bedrijventerreinen getransformeerd tot woningbouwlocaties. In de periode van nu tot en met 2015 gebeurt dit vooral in de gemeenten Spijkenisse, Oud-Beijerland en Dordrecht. De Kamer van Koophandel Rotterdam luidt dan ook de noodklok en vindt dat gemeenten veel meer moeten kijken naar bestaande rechten van het zittende bedrijfsleven op de bedrijventerreinen. Uit het onderzoek blijkt namelijk dat vrijwel geen enkele gemeente in het kamergebied Rotterdam een specifiek geschikte alternatieve locatie biedt als bedrijven gedwongen worden te vertrekken. Dit geldt zeker voor bedrijven in de hogere milieucategorieën. Die categorie wordt bepaald door de mate van hinder die een bedrijf voor de omgeving oplevert. De Rotterdamse Kamer van Koophandel pleit dan ook voor een compensatiebeginsel waar bij verandering van bedrijventerreinen in woningbouwlocaties rekening wordt gehouden met zowel een kwantitatieve compensatie in hectares bedrijventerrein, als met een kwalitatieve compensatie in milieucategorieën. Een beginsel dat door de Provincie Zuid Holland reeds wordt toegepast bij natuurcompensatie en compensatie voor agrarische bedrijven.

NOOT VOOR DE REDACTIE,