MINISTER-PRESIDENT BALKENENDE NA AFLOOP VAN DE WEKELIJKSE MINISTERRAAD OVER
DE MISSIE NAAR AFGHANISTAN EN HET WK VOETBAL
Uit:
09-06-2006, NOS, Met het oog op morgen, Radio 1, 23.07 uur
- MISSIE AFGHANISTAN -
WALLAART:
Meneer Balkenende, heeft u nog vertrouwen in de missie naar Afghanistan?
BALKENENDE:
Jazeker. U doelt natuurlijk op de risico's die bestaan, geweld van de kant
van de Taliban. Dat is allemaal waar, maar ik zie de missie wel degelijk
zitten, want we zijn daar juist om stabiliteit te brengen, om bij te dragen
aan betere omstandigheden voor de bevolking en voor het bestuur. En dat
doet Nederland niet alleen. We zijn er met meer dan 30 landen. De
internationale gemeenschap is vertegenwoordigd in Afghanistan juist om de
mensen daar te ondersteunen.
WALLAART:
Er is momenteel een verkenningsmissie om voorbereidingen te treffen voor
die grote Nederlandse missie. Hoe vaak zijn die mensen eigenlijk al
beschoten?
BALKENENDE:
Laten we nu geen aantallen geven. Het is wel zo dat er een aantal
conflictjes zijn geweest.
WALLAART:
Conflictjes? Waar hebben we het dan over?
BALKENENDE:
Dan praten we over pogingen van de Taliban om twijfel te zaaien.
WALLAART:
Dat is een beetje een eufemisme voor ze worden beschoten, toch?
BALKENENDE:
Ik heb er vandaag bij de persconferentie iets over gezegd. Het meest
recente incident heeft niet geleid - gelukkig maar - tot verwondingen aan
Nederlandse zijde. Maar dat geeft ook aan dat je dus alert moet zijn. In de
tweede plaats moet je ook robuust optreden als het nodig is. En dat doen de
Nederlandse militairen.
WALLAART:
Ik las dat er gisterennacht een incident was waarbij zelfs de
internationale gemeenschap luchtsteun heeft verleend. Dan denk ik: dat is
meer dan een enkele granaat die is afgevuurd. Dan is het toch echt een
zwaar incident.
BALKENENDE:
Ja, maar dat geeft dus ook tegelijkertijd aan - en ik vind dat ook het
beste signaal richting Taliban en anderen - dat we daar niet komen om te
vechten, maar om mensen te helpen. Om stabiliteit te brengen. En als je dat
wil verzieken, dan weet je wat de reactie zal zijn. En dat is precies het
beste signaal dat juist nu de Nederlanders in dat gebied komen nu we bezig
zijn met de voorbereidingen voor al die dingen die er moeten gebeuren dat
er gewoon duidelijke antwoorden komen.
WALLAART:
Onze troepen schieten dus terug. Zijn er al Taliban-strijders omgekomen bij
de gevechten?
BALKENENDE:
Die informatie heb ik zelf niet. Maar dat hangt ook een beetje samen met
het feit dat wanneer er robuust opgetreden moet worden, dan gebeuren er
dingen waarvan je nog niet alle informatie hebt. We zullen het verder in de
gaten moeten houden. We proberen wel steeds informatie te krijgen. Maar
goed, zoals gezegd, dat is een beetje afhankelijk als je daar wat langer
zit dan zul je ook wat meer informatie krijgen.
WALLAART:
Een van de dingen die altijd gezegd werd ten faveure van deze missie was
dat de Nederlandse troepen het op een andere manier doen dan de Amerikanen.
Die treden vertrouwenwekkend op, met een open vizier. Je vraagt je af als
er zoveel geweld gebruikt moet worden of we dat dan wel hoog kunnen houden.
BALKENENDE:
Wat zich nu feitelijk aftekent, dat geweld is er natuurlijk niet alleen
voor de bescherming van Nederlandse militairen, het geweld wordt ook
ingezet, juist om de bevolking van Uruzgan duidelijk het gevoel te geven:
de buitenlandse troepen zijn hier om ons te ondersteunen. Wat we natuurlijk
wel zien dat ook de bevolking daar zucht onder het juk van de Taliban. Ik
heb vandaag ook weer verhalen te horen gekregen wat er op het ogenblik
gebeurt aan bedreigingen aan de kant van Taliban-strijders. Hoe ze soms
mensen, gemeenschappen echt in hun greep hebben. Het doel is nu juist om te
zorgen dat de mensen daar weer tot hun recht kunnen komen. Dat ze zich
kunnen ontwikkelen.
WALLAART:
Maakt u zich zorgen over de politieke steun hier in Nederland voor de
missie? We zagen van de week minister Pechtold op televisie die toch weer
iets van twijfel liet bestaan. Hij liet eigenlijk doorschemeren dat hij
niet zou dralen om de discussie weer te openen als de situatie nog verder
verslechtert.
BALKENENDE:
We moeten oppassen dat we de woorden van de heer Pechtold niet in een
verkeerd perspectief plaatsen. Ik heb zelf uiteraard met de heer Pechtold
gesproken. Hij heeft mij gebeld en ik heb naderhand nog weer met hem
contact gehad. En toen was een ding helemaal duidelijk: geen heroverweging
van het besluit.
WALLAART:
Maar hij heeft het toch maar weer even gezegd.
BALKENENDE:
Ja, maar het tweede punt was dat hij ook wel heeft gezegd: het denken staat
niet stil. Hij bedoelde daarmee dat we op het ogenblik van de kant van de
Taliban een duidelijke extra activisme. Dat betekent dat je je ogen niet
mag sluiten voor wat daar gebeurt. Dat is ook de reden waarom we elke week
in het kabinet daarbij stil staan. En wat ik jammer zou vinden is dat we nu
voortdurend woorden op een bepaalde manier gaan interpreteren. Dan twijfelt
Nederland. Nederland mag niet twijfelen. En wat betreft de steun in de
politiek. Ik ben zelf erg blij met een brede steun in het Nederlandse
parlement. Die is heel groot en volgens mij ook onverminderd aanwezig. Het
is wel zo dat je alle ontwikkelingen steeds heel goed moet volgen. En dat
gebeurt ook.
WALLAART:
Nog een keer die Pechtold. Zou het niet beter zijn als hij helemaal zijn
mond zou houden over deze missie en over deze situatie?
BALKENENDE:
Heb enig respect, meneer Wallaart, voor die Pechtold. Die Pechtold, dat kan
toch niet?
WALLAART:
Groot respect voor deze excellentie. Maar het is natuurlijk wel een punt.
Hij zou natuurlijk ook kunnen zeggen: ik zeg er helemaal niets over, dan
ben ik sowieso safe.
BALKENENDE:
Hij heeft van alles toegelicht. Dat hij bijvoorbeeld ook over Irak volledig
het kabinetsstandpunt nog eens heeft aangegeven op deze bijeenkomst.
WALLAART:
Maar hij heeft niet beloofd: ik zal nooit meer iets zeggen over Uruzgan.
BALKENENDE:
Mensen moet je niet met een slot op de mond horen praten. Dat kan helemaal
niet. Het is alleen wel zo dat wanneer je twijfel zou gaan zaaien, wanneer
je zou zeggen: ik torn aan het besluit dat het kabinet heeft genomen, dan
heb je problemen en daarvan is geen sprake.
- WK VOETBAL -
WALLAART:
Nog 1 onderwerp waarover iedereen mee moet praten, het WK voetbal. Heeft u
al een gokje gewaagd in een WK-poultje?
BALKENENDE:
Nee, ik heb nog niet aan poules deelgenomen. Ben met iets anders bezig.
WALLAART:
Mag ook niet eigenlijk.
BALKENENDE:
Nee, maar goed ik ben ook niet gewend om het te doen. Ik ben ook niet de
grootste specialist.
WALLAART:
U gaat wel kijken zondag?
BALKENENDE:
Ik vind voetbal toch wel geweldig. Want het Nederlandse team, fantastische
spelers, Marco van Basten is een geweldige trainer. En je hebt bovendien te
maken met die hele Oranjesfeer in Nederland. Dat is natuurlijk fantastisch.
Ik ga zelf naar de eerste wedstrijd van Oranje tegen Servië-Montenegro.
WALLAART:
Heeft u daar dan niet dubbele gevoelens bij? Want er zijn heel veel
oranjesupporters, echte supporters, met alle respect voor u, die klagen dat
er zo weinig kaartjes zijn. Ze moeten soms 400 euro op de zwarte markt
betalen. En u wordt daar min of meer gefêteerd?
BALKENENDE:
Ik zou het woord fêteren toch niet willen gebruiken. Ik ben er gewoon graag
bij. Maar het hangt ook samen met het feit dat je ook als Nederlands
minister-president er graag bij aanwezig wil zijn niet om je te laten
fêteren, maar gewoon om te zeggen: ik vind het ontzettend mooi wat hier
gebeurt. Ik ben blij dat Nederland mee doet met het WK voetbal. En dat doe
ik regelmatig. Bij het EK voetbal ben ik ook bij verschillende wedstrijden
geweest. Dan ben ik weer bij het schaatsen. Sport is eigenlijk fantastisch
in de samenleving. En dan is het ook heel goed dat je dan als MP zegt, ik
kan ook gewoon thuis blijven, nee je bent ook daar natuurlijk om de mensen
toe te juichen en om met elkaar het Oranjegevoel te delen.
WALLAART:
Geen dubbele gevoelens dus. Maar wel een uitdossing in gedachte? Zo'n
jagershoedje of zo?
BALKENENDE:
Ik geloof dat er zelfs peilingen over plaatsvinden wat ik het beste aan zou
kunnen doen. Kijkt u zondag maar naar de tv.
(Letterlijke tekst, ongecorrigeerd, MT)
Ministerie van Algemene Zaken