Media deze week

Op de pagina 'Uitspraken in hoofdzaken' treft u een actueel en volledig overzicht van zaaknummers in hoofdzaken (bodemprocedures) aan, waarin de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op de woensdag uitspraak doet. De lijst met zaaknummers is lang. Gemiddeld wordt wekelijks in 60 zaken uitspraak gedaan. De persvoorlichters van de Raad van State maken op maandag een selectie van de uitspraken die mediagevoelig kunnen zijn. Deze lijst treft u op deze pagina aan. Deze selectie is uiteraard arbitrair, omdat mediagevoeligheid, vooral regionaal, niet altijd goed is in te schatten.

Voor meer informatie over de uitspraken en/of procedures kunt u contact opnemen met de persvoorlichters van de Raad van State:

mr. Pieter-Bas Beekman 070 - 426 47 73 / 06 - 52 07 70 04

mr. Frederik Kunst 070 - 426 45 20 / 06 - 52 07 70 00

De mediagevoelige zaken van deze week zijn: Raad van State

(Deze lijst wordt iedere maandag om 14.00 uur geactualiseerd)

Op woensdag kunt u vanaf 10.15 uur op het onderstreepte zaaknummer klikken voor de volledige tekst van de uitspraak.
* 200504850/1
("Tarieven verloskundige handelingen")
Uitspraak over het besluit van de minister van VWS om goedkeuring te onthouden aan de gelijkschakeling van de particuliere en ziekenfondstarieven voor verloskundigen en verloskundig actieve huisartsen. De Landelijke Huisartsenvereniging (LHV) heeft het College tarieven gezondheidszorg verzocht een einde te maken aan het verschil in tarieven voor verloskundigen en verloskundig actieve huisartsen. De LHV heeft in dit kader aangevoerd dat huisartsen dezelfde werkzaamheden verrichten in de pré-, peri- en postnatale fase bij een zwangerschap. Het CTG heeft als gevolg van dit verzoek beleidsregels vastgesteld en aangegeven dat het gelijktrekken van de tarieven en het aanpassen daarvan aan de tariefstructuur past binnen het beleid van de minister voor functioneel omschreven zorg. De minister heeft echter goedkeuring onthouden aan de beleidsregels van CTG, omdat gelijkschakeling van tarieven voor verloskundigen en verloskundig actieve huisartsen volgens hem een verhoging van het tarief voor de huisartsen betekent en leidt tot macromeerkosten.


* 200505000/1
(Bleiswijk, bestemmingsplan "Nieuwe Hoefweg N209") Uitspraak op het beroep dat Maastede Vastgoed Ontwikkeling en Maasstede Bleiswijk en een inwoner van Zevenhuizen hebben ingesteld met betrekking tot het bestemmingsplan "Nieuwe Hoefweg (N209)" van de gemeente Bleiswijk. Het bestemmingsplan maakt een reconstructie van de provinciale weg N209 mogelijk. Het tracé van de weg zal worden gewijzigd en de weg zal worden verbreed. In beroep wordt gesteld dat er geen noodzaak is voor verplaatsing van de N209 en dat sommige percelen ten onrechte niet meer kunnen worden gebruikt als bedrijventerrein. Er zou onvoldoende rekening zijn gehouden met de belangen van omwonenden. Het college van gedeputeerde staten van Zuid-Holland heeft grotendeels goedkeuring verleend aan het bestemmingsplan omdat verbreding en verplaatsing van de N209 noodzakelijk zou zijn om de capaciteit te vergroten, knelpunten op te heffen en de bedrijventerreinen Hoefweg-Noord en Hoefweg-Zuid te ontsluiten.


* 200505439/1
("Afbouwregeling subsidie Stichting S.U.L. Utrecht") Uitspraak over de subsidie die het college van burgemeester en wethouders van Utrecht heeft verleend aan Stichting S.U.L. voor het aanbieden van technische activiteiten en over de aankondiging dat de subsidie met ingang van 2005 zal worden afgebouwd. Het gemeentebestuur heeft dit besloten, omdat niet door middel van exact meetbare gegevens zou zijn aangetoond dat de activiteiten van de stichting een bijdrage leveren aan de doelstellingen van het welzijnsbeleid. Deze doelstellingen zijn de bevordering van de zelfredzaamheid van de cursisten/gebruikers dan wel de vergroting van de leefbaarheid en veiligheid in de buurten en wijken van de gemeente Utrecht. De stichting biedt technische activiteiten aan, al dan niet gericht op doelloze en werkloze jongeren. De rechtbank in Utrecht heeft in mei 2005 een eerder beroep tegen de beslissing van het gemeentebestuur gegrond verklaard. Naar het oordeel van de rechtbank heeft het gemeentebestuur geen duidelijkheid verschaft over de invulling van de afbouwperiode van de subsidieverlening. De stichting komt toch in hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank, omdat de rechtbank ook heeft geoordeeld dat zij niet door middel van exact meetbare gegevens heeft kunnen aantonen dat haar activiteiten een bijdrage leveren aan het verwezenlijken van de doelstellingen van het welzijnsbeleid. Naar aanleiding van de uitspraak van de rechtbank heeft het college van burgemeester en wethouders van Utrecht een nieuwe beslissing moeten nemen. Het heeft een subsidiebedrag van 64.000 en een afbouwperiode van drie jaar vastgesteld, waarbij achtereenvolgens bedragen van ongeveer 62.000, 39.000 en 18.000 worden verstrekt. Ook dit laatste besluit wordt in de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State van 7 juni 2006 beoordeeld.


* 200505623/1
("Dijkversterkingsplan Nederlek")
Uitspraak op de beroepen die 21 verschillende burgers en bedrijven, voornamelijk uit Nederlek, hebben ingediend tegen het dijkversterkingsplan "Nederlek". Het dijkversterkingsplan is vastgesteld door het Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard, door het college van gedeputeerde staten van Zuid-Holland, het college van burgemeester en wethouders van Nederlek, en de ministers van LNV en V&W. Het plan heeft betrekking op het noordelijke deel van de Lekdijk en heeft als doel om te voldoen aan de in de Wet op de Waterkering vastgelegde veiligheidsnorm. Daarbij dient zo veel mogelijk rekening te worden gehouden met de aanwezige landschappelijke, natuur- en cultuurhistorische waarden. In beroep wordt betoogd dat de procedure van vaststelling van het plan niet op de juiste wijze is doorlopen, dat er schade ontstaat die onvoldoende wordt vergoed, dat onteigeningen te ver gaan, dat te veel bomen worden gekapt en er onvoldoende compensatie is voor terreinen die bij het plan worden betrokken.


* 200506181/1
("Varkensstal Swalmdal")
Uitspraak over de bouwvergunning die het college van burgemeester en wethouders van Swalmen heeft verleend voor het bouwen van een varkensstal aan de Wieler in Swalmen. De varkensstal is gesitueerd op een afstand van ongeveer 50 meter van het gebied Het Haestert, dat onderdeel is van het Swalmdal. Het Swalmdal staat vermeld op de lijst van (Europees beschermde) Habitatgebieden. De rechtbank in Roermond heeft in juni 2005 geoordeeld dat onzeker is of het bouwplan schadelijke gevolgen heeft voor het beschermde Swalmendal. Naar het oordeel van de rechtbank had het gemeentebestuur dan ook niet met gebruikmaking van de zogenoemde verklaring van geen bezwaar van de provincie een bouwvergunning mogen verlenen. De aanvrager van de bouwvergunning is tegen de uitspraak van de rechtbank in hoger beroep gekomen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.


* 200506391/1
("Bevel om gebruik panden Oude Hoogstraat Amsterdam als hotel te staken")
Uitspraak over het bevel van het dagelijks bestuur van het stadsdeel Amsterdam-Centrum om het gebruik van de panden Oude Hoogstraat 3, 5 en 7 als hotel te staken, alle bedden en voorzieningen ten behoeve van dit gebruik op de eerste, tweede en derde etage te verwijderen en de kamers af te sluiten. Het stadsdeel is van mening dat het gebruik als hotel in strijd is met het bestemmingsplan. Het stadsdeel wil ook geen vrijstelling verlenen van het bestemmingsplan, omdat het gemeentelijk beleid in dit gebied geen uitbreiding van het aantal hotels toelaat. De exploitant vindt dat het stadsdeel deze vrijstelling wel had moeten verlenen.


* 200506720/1
("Mortuarium Kerkrade")
Uitspraak over de weigering door het college van burgemeester en wethouders van Kerkrade om vrijstelling te verlenen aan Uitvaartverzorging Pancratius Heerlen voor het vestigen van een mortuarium aan de Locht in Kerkrade. Het bedrijf bestrijdt dat de vestiging van het mortuarium in strijd is met het bestemmingsplan. Het gemeentebestuur is van mening dat het gebruik als kantoor en showroom voor kisten en urnen voor de uitvaartonderneming past in het bestemmingsplan, maar dat geldt volgens het gemeentebestuur niet voor het exploiteren van twee ruimtes voor het bewijzen van de laatste eer en het in werking hebben van een koelruimte. De rechtbank in Maastricht heeft in juni 2005 een eerder beroep van de uitvaartonderneming ongegrond verklaard. De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State doet deze week uitspraak in hoger beroep.


* 200506856/1
("Aanwijzing suikerfabriek Gorinchem als monument") Uitspraak over het besluit van de staatssecretaris van Cultuur om de voormalige suikerfabriek met bijbehorend ketelhuis aan de Arkelsedijk in Gorinchem aan te wijzen als beschermd monument. Het bedrijf Purac Biochem vindt dat de aanwijzing van de suikerfabriek als monument op onvoldoende inhoudelijke adviezen berust en dat de procedure die tot de aanwijzing heeft geleid, onzorgvuldig is geweest. Bovendien is het bedrijf van mening dat de suikerfabriek onvoldoende cultuur- en architectuurhistorische waarde bezit. De rechtbank in Dordrecht heeft in juni 2005 een eerder beroep van het bedrijf ongegrond verklaard. Het bedrijf heeft hoger beroep ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, die op 7 juni 2006 definitief uitspraak doet in deze zaak.


* 200506895/1
("Schadevergoeding vuurwerkramp Enschede")
Uitspraak over de tegemoetkoming die het bestuur van de Stichting financiële hulpverlening vuurwerkramp heeft verleend aan een inwoner van Enschede naar aanleiding van de vuurwerkramp op 13 mei 2000. De stichting heeft een tegemoetkoming van ruim 55.000 vastgesteld, maar de inwoner stelt dat de schade aan zijn inboedel bijna 600.000 bedraagt. Hij heeft de stichting verzocht om bij de vaststelling van de schade een door hem gemaakte videoband met relevante gegevens te betrekken. De stichting heeft dat niet gedaan. De rechtbank in Almelo heeft in juni 2005 een eerder beroep van de inwoner gegrond verklaard, omdat de stichting naar het oordeel van de rechtbank de overgelegde videoband niet zonder nadere motivering terzijde had mogen schuiven. De stichting is het niet eens met de uitspraak van de rechtbank en heeft hoger beroep ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.


* 200508050/1
("Horeca en skateverhuur De Vondeltuin Amsterdam") Uitspraak op het beroep dat "De Vondeltuin" heeft ingesteld met betrekking tot het bestemmingsplan "Vondelpark" van het stadsdeel Oud Zuid van de gemeente Amsterdam. De Vondeltuin exploiteert een horecagelegenheid met skateverhuur op het perceel Vondeltuin 7 in het Vondelpark. De Vondeltuin is van mening dat in het bestemmingsplan ten onrechte het bouwvlak van het perceel is verkleind van 120 m2 naar twee bouwvlakken van 16 en 21 m2 en er geen kelder onder het gebouw is toegestaan. Vanwege de verkleinde oppervlaktes zou De Vondeltuin de horecavergunning niet kunnen behouden. De twee bouwvlakken geven de plaats aan waar na een aantal branden nog twee gebouwen resteren. Het stadsdeel stelt zich op het standpunt dat 120 m2 te ruimhartig is en in strijd is met de uitgangspunten van het bestemmingsplan dat conserverend van aard is.


* 200508421/1
("Weigering milieuvergunning cosmetica opslag Kerkrade") Uitspraak op het beroep dat Coscentra BV uit Kerkrade heeft ingesteld tegen de weigering door het college van burgemeester en wethouders van Kerkrade om een milieuvergunning te verlenen voor de opslag van cosmetica en drogisterijartikelen aan de Wenckebachstraat in Kerkrade. Op grond van de Wet milieubeheer is een vergunning nodig voor de opslag van gevaarlijke en/of brandbare stoffen. Dat geldt niet voor transport- en overslagbedrijven waar minder dan 30.000 kilo aan gevaarlijke stoffen wordt opgeslagen. Volgens het college slaat Coscentra meer dan 30.000 kilo op, waaronder parfum dat volgens het college een gevaarlijke stof is.


* 200509726/1
("Kernenergievergunning Urenco")
Uitspraak op de beroepen die Greenpeace Nederland en de Stichting ROM uit Hengelo hebben ingediend tegen de vergunning die de staatssecretarissen van VROM en SZW en de minister van EZ hebben verleend aan Urenco Nederland BV voor een fabriek aan de Planthofweg in Almelo. De vergunning is verleend op grond van de Kernenergiewet in verband met een wijziging van het productieproces. Greenpeace en de stichting ROM betogen dat het milieueffectrapport te beperkt van opzet is, dat de kennisgeving over het rapport onjuist zou zijn, dat rampenplannen ontbreken, de vergunning export van uranium naar Rusland mogelijk maakt en de milieurisico's te groot zouden zijn. Ook stellen zij dat er onvoldoende onderzoek is gedaan naar het omgevingsgeluid.


* 200510315/1
("Dwangsom opslag RDF door Essent")
Uitspraak op de beroep dat Essent Milieu Wijster uit Midden-Drenthe heeft ingesteld tegen de dwangsom die het college van gedeputeerde staten van Drenthe aan haar heeft opgelegd wegens het zonder vergunning buiten opslaan van zogenaamde refuse derived fuel (RDF) voor de verwerking en hergebruik van huishoudelijke afvalstoffen aan de Vamweg in Wijster. Volgens Essent is er geen reden om de dwangsom op te leggen omdat er wel degelijk een vergunning is verleend voor de opslag.