NOC*NSF


Reactie NOC*NSF op 'Samen voor Sport'

ARNHEM - Met het vandaag gepubliceerde programma Samen voor Sport laat het kabinet duidelijk zien dat het stimuleren van sport en bewegen in de samenleving veel prioriteit vergt. NOC*NSF ziet het programma als een krachtige opmaat naar de volgende kabinetsperiode, waarin deze inzet geborgd en verstevigd zal worden.

In het programma staat het lokale niveau en dan met name de sportvereniging centraal. In een flink aantal deelprogramma's, zoals Nieuwe Sportmogelijkheden, Meedoen allochtone jeugd, Masterplan Arbitrage, Talentontwikkeling en Coaches aan de Top, kiest het kabinet er dan ook ondubbelzinnig voor om via de georganiseerde sport te werken aan het realiseren van een sportieve samenleving. De nota besteedt echter onvoldoende aandacht aan de versterking van de sportinfrastructuur zelf. Te gemakkelijk wordt er vanuit gegaan dat sportverenigingen en bonden zonder ondersteuning belangrijke maatschappelijke taken op het terrein van gezondheid, integratie en normen en waarden, kunnen waarmaken. NOC*NSF is wel blij met de toezegging dat binnen deelprogramma's het versterken van het kader, middels professionalisering aandacht kan krijgen.

Opvallend is dat het kabinet zichtbaar worstelt met de eerder door het kabinetsbeleid op het gebied van de preventieve gezondheidszorg ingegeven beweegdoelstellingen. Hoewel uit eerder onderzoek blijkt dat sporten via de sportvereniging de beste effecten heeft, kiest het kabinet daar vaak niet als eerste voor. De school, de gemeente, het fitnesscentrum en andere nieuwe communities worden gezien als voornaamste aangrijpingspunten voor het beweegbeleid.

De sport ziet het als een uitdaging de komende jaren te laten zien dat het investeren in en vernieuwen van de bestaande sportketen (sporter - vereniging - landelijke sportorganisatie) meer rendement op zal leveren.

(7 juni 2006)