Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Persbericht ministerraad
2 juni 2006
KABINET STREEFT NAAR MEER HOOG OPGELEIDEN IN NEDERLAND
In 2020 moet de helft van het aantal werkenden in Nederland een hoger
onderwijsdiploma hebben. Deze nieuwe ambitie staat in de kabinetsreactie op
het advies van de Onderwijsraad 'De helft van Nederland hoog opgeleid.' De
ministerraad heeft op voorstel van staatssecretaris Rutte van Onderwijs,
Cultuur en Wetenschap ingestemd met toezending aan de Tweede Kamer van de
kabinetsreactie. Om deze ambitie te realiseren is het nodig dat er
voldoende studenten blijven instromen in het hoger onderwijs en dat het
aantal afgestudeerden binnen het hoger onderwijs toeneemt.
Het kabinet heeft reeds een aantal maatregelen genomen die tot een stijging
van het aantal hoger opgeleiden kunnen leiden. Voorbeelden daarvan zijn de
experimenten met korte programma's, selectie van studenten,
collegegelddifferentiatie, met publieke gelden private opleidingen
financieren (open bestel), een flexibelere toelating van studenten zonder
vooropleiding tot het hoger onderwijs, meer studenten en kenniswerkers uit
het buitenland naar Nederland halen en het aanpakken van het hardnekkige
probleem van het aantal voortijdig schoolverlaters in het beroepsonderwijs.
Als de huidige ontwikkeling van stijgende deelname aan hoger onderwijs zich
doorzet, realiseert Nederland in 2010 of 2011 een deelname van 50 procent
aan het hoger onderwijs. Het kabinet heeft deze ambitie, die geïnspireerd
is op de zogenaamde Lissabon-doelstellingen, in 2004 opgenomen in het Hoger
Onderwijs en Onderzoek Plan (HOOP). Deelname aan hoger onderwijs zegt
echter nog niet alles over de beschikbaarheid van hogere opgeleiden op de
arbeidsmarkt. Mede gelet op de eisen van de kenniseconomie en de aanstaande
tekorten aan hogere opgeleiden - waarvoor eerder aandacht is gevraagd door
de Raad voor Werk en Inkomen en de HBO-raad - heeft het kabinet de volgende
ambitie: in 2020 is 50 procent van de Nederlandse beroepsbevolking hoger
opgeleid.
Dit streefbeeld mag niet ten koste gaan van de kwaliteit van het hoger
onderwijs. Het kabinet pleit daarom voor meer differentiatie in het
onderwijs en blijft werken aan maatregelen ter bevordering van excellentie.
Nederlandse universiteiten en hogescholen doen nog steeds niet mee in de
top van internationale vergelijkingen. Als dit zo blijft, kunnen zij op den
duur de slag om talentvolle studenten uit het buitenland verliezen.
RVD, 02.06.2006
Ministerie van Algemene Zaken