Antwoorden op kamervragen van Smilde en Omtzigt over de regeling voor de
buitenlandse zorgverzekerden
Kamerstuk, 1-6-2006
De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG
DBO-K-U-2683608
1 juni 2006
Antwoorden van minister Hoogervorst op kamervragen van de Kamerleden
Smilde en Omtzigt over de regeling voor de buitenlandse
zorgverzekerden. (2050612970)
Vraag 1
Stemt de brief over de regeling voor buitenlandse zorgverzekerden, die
u vorig week vlak voor het algemeen overleg naar de Kamer stuurde,
overeen met de regeling die op 28 april jl. in de Staatscourant is
gepubliceerd?
Antwoord 1
Zowel de Kamer als de Staatsdrukkerij hebben op 27 april jl. de juiste
regeling ontvangen. Bij de op 2 mei 2006 herplaatste Regeling (Stcrt.
2006, 85) is door de SDU gemeld dat op 28 april 2006 abusievelijk een
concept-versie is geplaatst die als niet-geplaatst dient te worden
beschouwd.
Vraag 2
Hoe verklaart u het verschil tussen de berekeningen in het enige
voorbeeld in de toelichting op de regeling? Zijn de totale zorgkosten
in Nederland binnen een dag verdubbeld en in Spanje binnen een dag
bijna verdrievoudigd?
Vraag 3
Kunt u, nu er wellicht enige verwarring is ontstaan, de systematiek
van de conversiefactoren nogmaals uitleggen en daarbij ingaan op de
volgende elementen: hoe de zorgkosten in Nederland berekend worden
(bedragen die echt EUR 5500 per jaar?), hoe de zorgkosten in het
buitenland berekend worden, en hoe de conversiefactoren vervolgens
berekend worden?
Vraag 4
Wanneer zullen de conversiefactoren worden gepubliceerd?
Antwoord 2, 3 en 4
De systematiek van de berekening is als volgt. De gemiddelde
zorgkosten in een land worden bepaald door het totaalbedrag van
zorgkosten van de sociale verzekering in een land (voor Nederland de
AWBZ en de Zvw) te delen door het aantal rechthebbenden in dat land.
Op basis van beide bestandsdelen komt een vast bedrag aan kosten per
persoon tot stand. Uit de verhouding tussen deze kosten
(woonland/Nederland) is de woonlandfactor berekend. De
woonlandfactoren heb ik op 23 mei jl. vastgesteld. Deze worden
uiterlijk 31 mei gepubliceerd.
In de versie die abusievelijk is gepubliceerd is in het rekenvoorbeeld
gerekend met de gemiddelde kosten voor gepensioneerden. In de door u
ontvangen versie en de op 2 mei gepubliceerde versie is gerekend met
indicatieve bedragen voor gemiddelde kosten van de sociale
verzekering.
Bij het vaststellen van de woonlandfactoren is gerekend met de
gemiddelde kosten van alle rechthebbenden. Veel lidstaten maken
namelijk geen onderscheid tussen groepen verzekerden of ze doen het op
een andere manier dan Nederland. Daarom is het nauwelijks mogelijk om
voor verschillende groepen vergelijkbare cijfers met elkaar in
verhouding te brengen. Aangezien wel voor alle landen kan worden
bepaald hoeveel verzekerden er zijn en welke kosten daarvoor gemaakt
worden in de sociale verzekering, zijn deze cijfers bij de berekening
gebruikt.
In deze systematiek zal voor veel gepensioneerden het bedrag van de
bijdrage lager zijn dan het bedrag van de kosten van een
gepensioneerde in zijn woonland. Dat is echter ook in Nederland het
geval voor gepensioneerden. Immers, een gepensioneerde betaalt
doorgaans een lager bedrag aan premie voor zijn
ziektekostenverzekering dan wat hij kost, net zoals een werknemer meer
betaalt dan wat hij kost. Hierin komt de solidariteit tussen de
generaties tot uitdrukking.
Vraag 5
Kunt u garanderen dat mensen, die fors teveel hebben betaald, zoals
bepaalde remigranten, uiterlijk aan het eind van deze zomer het teveel
betaalde bedrag via saldering krijgen terugbetaald, en dat als er dan
nog een schuld is aan deze mensen zij dit bedrag krijgen teruggestort?
Antwoord 5
Ja. Het College voor zorgverzekeringen (CVZ) heeft met de Sociale
Verzekeringsbank (SVB), het Uitvoeringsinstituut
werknemersverzekeringen (UWV) en de pensioenfondsen inmiddels
afspraken gemaakt over de te volgen procedure.
De SVB kan met ingang van de maand juli de woonlandfactor hanteren bij
de inhouding op pensioenen en zal teveel ingehouden bedragen in die
maand of kort daarna terugbetalen.
Het UWV zal de huidige inhouding stopzetten op aangeven van het CVZ
zodra betrokkene de volgens de gewijzigde regeling verschuldigde
bijdrage over 2006 heeft voldaan. Eventueel teveel ingehouden bedragen
worden zo spoedig mogelijk daarna terugbetaald.
De pensioenfondsen zullen de huidige inhouding (die in april of mei
voor het eerst heeft plaatsgevonden) stopzetten op aangeven van het
CVZ zodra betrokkene de volgens de gewijzigde regeling verschuldigde
bijdrage over 2006 heeft voldaan.
Eventueel teveel ingehouden bijdrage zal uiterlijk in het eerste
kwartaal van 2007 door het CVZ worden gerestitueerd. Het gaat bij de
inhouding door pensioenfondsen -die veelal aanvullend pensioen
uitkeren- om relatief kleine bedragen.
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport