OPROEP VNG: ZET NAAST WORK FIRST PARTICIPATIE CENTRAAL
Gemeenten slagen er steeds beter in om méér mensen mee te laten doen.
En dat terwijl in de afgelopen periode de werkloosheid toenam. De Wet
Werk en Bijstand (WWB) is daarom ook in het tweede uitvoeringsjaar een
succes, zo oordelen de gemeenten. Dat is de uitkomst van de
WWB-monitor over het jaar 2005.
In 2004, het eerste uitvoeringsjaar, lag het accent op het beter
bewaken van de toegang tot de bijstand en het laten uitstromen van
mensen die nog maar kort in de bijstand zaten. In 2005 blijkt dat ook
de aandacht voor minder kansrijke groepen is toegenomen. Participatie
voor iedereen staat hoog op de gemeentelijke agendas.
Een belangrijk deel van de huidige bijstandspopulatie is niet in staat
om zonder enige ondersteuning regulier werk te verrichten. De
verwachting van de gemeenten op dit punt is niet sterk veranderd: van
53 % in 2004 naar 49 % in 2005. Daarom pleiten gemeenten ook voor de
invoering van de participatiebanen. De VNG rekent er op dat
staatssecretaris Van Hoof en de Tweede Kamer zich laten stimuleren
door de uitkomst van de monitor om van de participatiebanen nu werk te
gaan maken. Het voorstel wacht al te lang op besluitvorming.
Niet voor alle langdurige bijstandsgerechtigden zal de
participatiebaan een oplossing vormen. Velen van hen hebben medische
en sociaal medische beperkingen: zij zijn eigenlijk arbeidsongeschikt.
Zij zijn gebaat bij sociale activering, de mogelijkheid om zich nuttig
te kunnen maken, al is het maar voor een paar uur per week. De
financiële prikkel in de WWB beloont dergelijk beleid van gemeenten
niet. Want deze mensen blijven van hun uitkering afhankelijk. Dat
vraagt om erkenning door de wetgever.
De VNG wil dat Van Hoof ofwel de prikkel voor deze groep uit de WWB
haalt, ofwel een andere oplossing biedt, zoals bijvoorbeeld het
verruimen van de Wet sociale werkvoorziening om zinvolle en
maatschappelijk nuttige activiteiten te kunnen bieden.
Een dergelijke verruiming van de mogelijkheden in de WWB zal, in
combinatie met het loslaten van de uitbestedingplicht, het gemeenten
mogelijk maken om het werkdeel, het reïntegratiebudget meer als
participatiebudget in te zetten. Het ligt voor de hand om middelen
voor volwasseneneducatie, inburgering en scholing hieraan toe te
voegen, zodat een participatiefonds ontstaat. Hierdoor neemt ook de
huidige terughoudendheid van de gemeenten in de besteding van het
werkdeel af.
De implementatie van de wet en de afbouw van ID banen hebben van
gemeenten een grote omslag in beleid en uitvoering gevraagd. Ook dat
is overigens een reden dat de besteding van het werkdeel bij de
begroting is achtergebleven.
Het is verheugend te constateren dat steeds meer gemeenten
vraaggericht in plaats van aanbodsgericht werken. Ze maken plannen
gericht op een goed functionerende arbeidsmarkt. Het is de uitdaging
voor de nieuwe gemeenteraden en colleges om ervoor te zorgen dat
bedrijven met de gemeente gaan samenwerken om te voorzien in hun
groeiende personeelsbehoefte. Gemeenten zullen daartoe meer investeren
in scholing en in trajecten die werken en leren combineren. Om dat
goed te kunnen organiseren moeten gemeenten kosten maken en investeren
in de samenwerking met bedrijven, scholingsinstituten en de SUWI
keten. De VNG pleit dan ook voor de mogelijkheid het werkdeel hier
voor in te zetten.
Den Haag, 1 juni 2006
Vereniging Nederlandse Gemeenten