WOB-verzoeken
De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA Den Haag
ons kenmerk : TRCJZ/2006/1582
datum : 29-05-2006
onderwerp : Informatie aangaande contouren handhavingsdocument
visserijregelgeving
bijlagen :
Geachte voorzitter,
Naar aanleiding van het verzoek van de vaste commissie voor LNV van 27
april 2006 informeer ik u hierbij over de contouren waarbinnen het
handhavingsdocument voor visserijregelgeving zal worden opgesteld. In
deze brief wordt op hoofdlijnen de inzet van de verschillende
handhavingsinstrumenten weergegeven. Bij het opstellen van het
handhavingsdocument zullen deze hoofdlijnen verder ingevuld worden.
Door artikel 54b van het aanhangige voorstel tot wijziging van de
Visserijwet 1963 wordt het handhavingsinstrumentarium uitgebreid met
de instrumenten last onder bestuursdwang en last onder dwangsom. Mede
daarom acht ik het van belang dat in een overzichtelijk
handhavingsdocument voor de kernbepalingen van de visserijregelgeving
de precieze hoofdlijnen van de wijze van handhaving worden vastgelegd.
In het handhavingsdocument wordt tevens ingegaan op de achtergronden
en het belang van het betreffende wetgevingsterrein en de
kernbepalingen. Onder kernbepalingen wordt verstaan de belangrijkste
bepalingen van het visserijterrein gelet op de belangen die de
Visserijwet 1963 wil beschermen. De nadruk in het document ligt op de
keuze tussen de beschikbare strafrechtelijke, bestuursrechtelijke en
privaatrechtelijke instrumenten en niet op de zwaarte van de sanctie
per individuele overtreding. De strafmaat in individuele gevallen is
door het Openbaar Ministerie neergelegd in de Richtlijn voor
strafvordering regelgeving ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en
Visserij.
Het initiatief voor het handhavingsdocument voor visserijregelgeving
ligt bij het ministerie van LNV, maar het document komt tot stand
onder verantwoordelijkheid van zowel de minister van LNV als het
Openbaar Ministerie. Het document zal dan ook door beide worden
vastgesteld. Aldus is de bedoeling dat dit document bijdraagt aan de
goede samenwerking van en de afstemming tussen het ministerie van LNV
en het Openbaar Ministerie.
Het ministerie van LNV is immers eerstverantwoordelijk voor de
bestuursrechtelijke handhaving en het Openbaar Ministerie is
eerstverantwoordelijk voor de strafrechtelijke handhaving. In het
document wordt overigens niet ingegaan op de prioriteiten in de
handhaving en de intensiteit van de in te zetten middelen. Deze
elementen komen naar voren in de jaarplannen van de AID. Deze
elementen zullen immers elk jaar worden geactualiseerd en toegespitst
op het in de controlepraktijk geconstateerde niveau van naleving.
Ten algemene wordt er in de visserijregelgeving gebruik gemaakt van
strafrechtelijke, bestuursrechtelijke en privaatrechtelijke
handhavingsinstrumenten. Het strafrecht is in feite het algemeen
toepasbare handhavingsinstrumentarium. Alle overtredingen van regels
gesteld bij of krachtens de Visserijwet 1963 zijn strafbaar op grond
van artikel 56 van de Visserijwet dan wel de Wet op de economische
delicten. De mogelijke strafrechtelijke sancties zijn
vrijheidsstraffen, boetes en aanvullende maatregelen als inbeslagname
van de vangst. Het strafrecht is een proportioneel inzetbaar
instrument, waarmee ook ingeval van kleine of administratieve
overtredingen effectief kan worden opgetreden. Daarnaast zal onder
meer bij ernstige recidive of fraude ook altijd strafrechtelijk worden
opgetreden, zoals bijvoorbeeld bij ontduiking van de quota.
In voorkomende gevallen kunnen na inwerkingtreding van het aanhangige
voorstel tot wijziging van de Visserijwet 1963, al dan niet in
aanvulling op de strafrechtelijke maatregelen, de volgende
bestuursrechtelijke maatregelen worden toegepast: last onder dwangsom,
last onder bestuursdwang en het intrekken van een vergunning. De last
onder dwangsom is de aanzegging aan de overtreder dat bij de volgende
overtreding een dwangsom wordt verbeurd. Dit instrument leent zich
niet voor alle type overtredingen. Doorgaans is dit instrument
aangewezen voor overtredingen die snel en eenvoudig kunnen worden
geconstateerd, bijvoorbeeld door middel van een zichtcontrole. Te
denken valt dan aan de verplichtingen ten aanzien van de
satellietvolgapparatuur. Zie ook bladzijde 8 van de memorie van
toelichting van het aanhangige voorstel tot wijziging van de
Visserijwet 1963. Met het opleggen van een last onder bestuursdwang
kan de overheid de overtreding feitelijk ongedaan maken op kosten van
de overtreder. Ook dit instrument leent zich niet voor alle typen
overtredingen, aangezien het feitelijk ongedaan maken van de
overtreding niet altijd mogelijk is. Toepassing van bestuursdwang is
op het visserijterrein bijvoorbeeld mogelijk ten aanzien van het
verwijderen van illegaal uitgezaaide schelpdieren. Voorts zijn in de
visserijregelgeving een aantal vergunningen voorgeschreven, zoals
bijvoorbeeld de visvergunning, zonder welke een specifieke
visserijactiviteit of de visserij in het geheel niet kan worden
uitgeoefend. Deze vergunningen kunnen bij wijze van punitieve sanctie
of herstelsanctie tijdelijk of definitief worden ingetrokken. Zo
bestaat bijvoorbeeld nu reeds de mogelijkheid de visvergunning
tijdelijk in te trekken bij een overtreding van de regels ten aanzien
van de hoedanigheid van de netten, al dan niet in combinatie met een
strafrechtelijke sanctie.
In een aantal gevallen heeft de sector zelf een handhavingstelsel
inclusief private sancties in het leven geroepen, wat ook de sociale
controle bevordert. Deze systemen bestaan naast en ondersteunen de
publieke handhaving.
In het handhavingsdocument zal per kernbepaling in beeld worden
gebracht welke instrumenten ingezet kunnen worden bij overtreding van
die bepaling en welk instrument in beginsel als eerste zal worden
toegepast. Hierbij zullen de relevante communautaire verplichtingen
ten aanzien van handhaving en in te zetten instrumenten in acht worden
genomen.
De kernbepalingen van de visserijregelgeving hebben met name
betrekking op de volgende onderwerpen:
* Ten aanzien van de zeevisserij
de bepalingen omtrent contingentering, visserijinspanning,
logboek, administraties van aangevoerde vis, de visvergunning,
ondermaatse vis, lettertekens en nummers, netvoorzieningen,
motorvermogen en satellietvolgapparatuur.
* Ten aanzien van de kustvisserij
de bepalingen omtrent het gebruik van vistuig, het uitzetten en
uitzaaien van schelpdieren en het verbod om te vissen zonder
toestemming van de rechthebbende.
* Ten aanzien van de binnenvisserij
de bepalingen omtrent de minimummaten, gesloten tijden, gebruik
van vistuigen, visstroperij, de administratie van aangevoerde vis
en het verbod om te vissen zonder toestemming van de
visrechthebbende.
Met het vervallen van de sportvisakte in artikel 10 van het aanhangige
voorstel tot wijziging van de Visserijwet 1963, ligt wat betreft het
verbod om te vissen zonder toestemming van de rechthebbende bij de
sportvisserij de nadruk op de privaatrechtelijke handhaving door de
visrechthebbende zelf. De schriftelijke toestemming op grond van
artikel 21 blijft immers een kernelement van de wet. De
visrechthebbende, veelal een hengelsportvereniging, kan voorwaarden
stellen bij de schriftelijke toestemming. Onderdeel van die
voorwaarden kan onder meer zijn de plicht tot medewerking aan controle
en handhaving en de aanvaarding van private sancties. De Vereniging
Sportvisserij Nederland zal door middel van statuten en reglementen er
voor zorgdragen dat de hengelsportverenigingen een eenduidig stelsel
van private regels ten behoeve van de naleving toepassen. De
publiekrechtelijke handhaving fungeert op dit onderdeel als vangnet.
Als in de praktijk de privaatrechtelijke instrumenten niet toegepast
kunnen worden of niet toereikend zullen blijken te zijn, kan in
voorkomend geval gebruik worden gemaakt van de publieke
handhavingsinstrumenten. Over de aansluiting tussen de private en de
publiekrechtelijke handhaving zal met de betrokken partijen overleg
worden gevoerd. Zie ook bladzijde 6 van de memorie van toelichting en
bladzijde 4 van de nota naar aanleiding van het verslag van het
aanhangige voorstel tot wijziging van de Visserijwet 1963.
Het handhavingsdocument zal langs de bovenstaande lijnen worden
opgesteld, waarbij dus per kernbepaling de meest geëigende
handhavingsinstrumenten zijn genoemd. Aldus ontstaat een
overzichtelijk document dat de hoofdlijnen van de handhaving van de
visserijregelgeving bevat. Het ministerie werkt hiertoe samen met het
Openbaar Ministerie en, met name ten aanzien van het verbod om te
vissen zonder toestemming van de visrechthebbende, de sector.
Het is overigens de bedoeling om in de toekomstige
handhavingsstrategie het concept programmatisch handhaven te
verwerken. Wat dit betreft, verwijs ik u naar Kamerstukken II
2004-2005, 29800 VI, nr. 111.
Het handhavingsdocument zal voor de inwerkingtreding van het
wetsvoorstel worden afgerond. Na afronding zal het ter kennisname aan
uw Kamer worden gestuurd.
De minister van Landbouw, Natuur
en Voedselkwaliteit,
dr. C.P. Veerman
Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit