De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA Den Haag
ons kenmerk : TRCJZ/2006/1412
datum : 28-04-2006
onderwerp : LNV-vergunningen
bijlagen : 1
Geachte Voorzitter,
In het kabinetsstandpunt van 9 september 2005 omtrent het advies 'Eenvoudig Vergunnen' van de Taskforce Vereenvoudiging Vergunningen (Kamerstukken II 2004-2005, 29 515, nr 93) heeft het kabinet uitgesproken dat advies op hoofdlijnen over te nemen en daartoe een kabinetsbreed Project Vereenvoudiging Vergunningen uit te voeren. In het kader van dat project wordt een tiental acties uitgevoerd.
Over dat rijksbrede project bent u door de Staatssecretaris van Economische Zaken separaat geïnformeerd.
Met de onderhavige brief informeer ik u specifiek omtrent de maatregelen en voorstellen die ik op de beleidsterreinen van mijn departement heb getroffen of voornemens ben te treffen.
Daarbij gaat het om de resultaten van de herbeoordeling van alle onder mijn verantwoordelijkheid vallende vergunningstelsels en omtrent de uitkomsten van het deelproject 'Verlaging kosten verkrijgen habitatvergunningen'.
Herbeoordeling LNV-vergunningen
a. Algemeen
De onderhavige actie met betrekking tot vergunningen moet geplaatst worden binnen het kabinetsstreven te komen tot een andere verantwoordelijkheidsverdeling met de maatschappij, minder en betere regels, een verlaging van de lasten voor bedrijven en burgers en een publieksvriendelijker overheidsoptreden. Efficiency en professionaliteit zijn bij dit laatste uitgangspunt. De verschillende in gang gezette programma's als Andere Overheid en Bruikbare Rechtsorde dragen hieraan bij. Met de binnen mijn departement uitgevoerde trajecten van de beleidsnota Vitaal en Samen (van zorgen voor naar zorgen dat) en het Meerjarenprogramma Grote Vereenvoudiging van Regelgeving worden belangrijke impulsen gegeven aan de trajecten tot verandering en verbetering.
In dit verband werk ik ook aan nieuwe wetgevingsstelsels waarbij transparantie, samenhang en doelgroepen centraal staan. De door mij in de nota 'Kiezen voor landbouw' aangekondigde Wet dieren en dierlijke producten is hier een voorbeeld van. Mij staat voor ogen deze lijn door te trekken en op deze wijze in de toekomst ook te komen tot een samenhangend stelsel op plantaardig gebied (Wet planten en plantaardige producten) en op het gebied van de natuurlijke omgeving en de landinrichting waarin bijvoorbeeld de Natuurbeschermingswet 1998, de Boswet, de Flora- en faunawet en de inrichtingswetgeving is geïntegreerd.
Met de Grote Vereenvoudiging van Regelgeving gaat het niet alleen om beleidsinhoudelijke moderniseringen of het gebruik van nieuwe wetgevingsconcepten. Er is daarbij sprake van ordening en gelijke uitgangspunten door de verschillende wetgevingsdomeinen heen en uiteraard ook in de uitvoering daarvan. Aspecten als gegevensinwinning en uitvoering van taken als de vergunningverlening spelen hierbij een belangrijke rol. Een verdere efficiencyslag en een professioneel en publieksvriendelijk optreden zijn daarbij mede oogmerk.
Voor de uitvoering van de herbeoordeling van de LNV-vergunningstelsels heb ik voorzien in het Project Vereenvoudiging LNV-Vergunningen. Daarbij zijn als eerste activiteit alle binnen de LNV-regelgeving aanwezige vergunningstelsels geïnventariseerd.
Al deze stelsels zijn vervolgens beoordeeld op nut en noodzaak en op mogelijkheden tot verbetering van het proces van aanvraag en verlening. Bij deze herbeoordeling zijn naast de betrokken beleidsdirecties en uitvoerende alsmede handhavende diensten, tevens in de meeste gevallen vertegenwoordigers van de telkens relevante partijen uit het bedrijfsleven betrokken. De officiële start van de LNV-herbeoordelingsactiviteiten is gemarkeerd door een brede bijeenkomst op 17 januari jl. waarbij ook tal van vertegenwoordigers van het bedrijfsleven aanwezig waren.
Als uitgangspunt bij de herbeoordeling van alle vergunningen heb ik genomen slechts die vergunningstelsels te willen handhaven die ook echt nodig zijn. Dat wil dus zeggen dat ik slechts die vergunningen handhaaf waarvan ik tot het oordeel ben gekomen dat het vergunningvereiste - en dus een toetsing vooraf - een doeltreffend en evenredig middel is.
Bij de herbeoordeling is het door de Taskforce Vereenvoudiging Vergunningen ontwikkelde toetsingskader gehanteerd. Op grond daarvan heb ik conclusies getrokken over het al dan niet moeten blijven voortbestaan van een vergunningstelsel of gedeeltelijk voortbestaan daarvan en zo ja in welke vorm. Naast afschaffing, zijn alternatieven onder meer de omzetting van een stelsel in algemeen geldende regels, al dan niet met een meldingsplicht. Ik heb voorts gezocht naar mogelijkheden tot bijvoorbeeld samenvoeging van afzonderlijke maar wel samenhangende stelsels of tot verlenging van de geldigheidsduur van vergunningen. Daarnaast heb ik kritisch gekeken naar het proces van vergunningverlening en daarvoor in een aantal gevallen verbetervoorstellen geformuleerd. Deze betreffen met name de informatievoorziening en de mogelijkheden voor digitale aanvraag en verlening.
Het toetsingskader van de Taskforce Vereenvoudiging Vergunningen wordt sinds de introductie daarvan binnen mijn ministerie stelselmatig bij de ontwikkeling van nieuw beleid en regelgeving toegepast.
b. Het begrip vergunning
Binnen het rijksbrede Project Vereenvoudiging Vergunningen wordt onder vergunning verstaan: De beschikking op een aanvraag, die toestaat voorgenomen activiteiten te verrichten die in de wet- of regelgeving verboden zijn. Het begrip 'vergunning' is een verzamelnaam. Daaronder vallen ook: erkenning, toestemming, registratie, toelating, licentie, ontheffing, aanwijzing, certificaat, goedkeuring, concessie, inschrijving, aantekening, machtiging, melding, vrijstelling en verklaring.
Het gaat derhalve om alle 'vergunningen' die op basis van in wet- en regelgeving neergelegde regels vereist worden in individuele gevallen. Onder dit brede begrip vergunningen valt binnen LNV een scala aan 'vergunningen': naast bijvoorbeeld de vergunning ingevolge de Natuurbeschermingswet 1998, moet ook gedacht worden aan het veterinaire of fytosanitaire invoercertificaat, de sportvisakte, de registratie van diergeneesmiddelen en de ontheffingsmogelijkheid in geval van bijzondere omstandigheden of calamiteiten die in een aantal wetten is opgenomen.
c. Speelveld en resultaten
Op de beleidsvelden van mijn ministerie speelt de Europese regelgeving een belangrijke rol. Deze Europese regelgeving stelt in een groot aantal gevallen de hantering van het instrument van de vergunning verplicht. Zo zijn 144 van de LNV-vergunningstelsels vanuit Europa dwingend voorgeschreven. Hieromtrent kan nationaal niet tot afschaffing worden besloten. Wel heb ik deze stelsels op het aspect van de uitvoering bezien. Daarnaast zal ik uiteraard ook bij de voorbereiding en besluitvorming in Europees kader aandacht vragen voor een kritische blik op de hantering van het instrument van de vergunning. In de verschillende programma's die binnen de EU lopen om de regelgeving te bezien op lasten en verbetermogelijkheden zal dit punt eveneens aandacht krijgen.
De in de nationale LNV-regelgeving opgenomen 14 ontheffingsmogelijkheden in geval van bijzondere omstandigheden en calamiteiten zijn onontbeerlijk in bepaalde situaties. Dergelijke vergunningstelsels zijn dus evenmin af te schaffen. Het gaat daarbij overigens om stelsels die slechts incidenteel gebruikt behoeven te worden.
De kritische toetsing op nut en noodzaak is uitgevoerd op de 111 resterende nationale LNV-vergunningen. Voor afschaffing, omzetting in algemene regels of omzetting in algemene regels met meldingsplicht doe ik u hierbij 56 voorstellen toekomen. Dit betekent een afschaffing van 50% van de nationale LNV-vergunningstelsels. Op het totaal van de LNV-vergunningstelsels (269), dat is dus inclusief de Europees voorgeschreven vergunningen en de onontbeerlijke ontheffingsmogelijkheden bedraagt dit percentage 20.
Daarnaast zijn voorstellen geformuleerd waarbij weliswaar de vergunningplicht wordt gehandhaafd maar het aantal wordt verminderd door combinatie met andere vergunningen (1), het deels omzetten in algemene regels al dan niet met meldingsplicht (11) of het afschaffen van de vergunningplicht in bepaalde situaties (2). Voorts zijn voorstellen geformuleerd tot verlenging van de geldigheidstermijn van de vergunning (4) of het automatisch verlenen ervan na verloop van een termijn (toepassing Silencio Positivo)(4). Ten slotte is nog een twintigtal gevarieerde voorstellen gedaan bij afzonderlijke stelsels.
Aanvullend op deze voorstellen zijn nog een aantal vergunningstelsels in onderzoek. Daaruit zullen dus eveneens nog voorstellen tot afschaffing of verbetering kunnen voortvloeien.
Enkele voorbeelden van de voorgestelde maatregelen zijn de omzetting van de vergunning voor ritueel slachten in algemene regels met een meldingsplicht en een aanmerkelijke vereenvoudiging bij de uitvoering van de verlenging van de vergunning inzake vakbekwaamheid voor de handel in of het gebruik van gewasbeschermings-middelen.
Met de introductie van het nieuw opgezette stelsel van de mestwetgeving per 1 januari jongsleden zijn reeds 11 vergunningstelsels komen te vervallen. Bij uw Kamer ligt ter behandeling het voorstel van wet tot wijziging van de Visserijwet 1963 waarbij de sportvisakte vervalt.
Voor een volledig overzicht van de voorstellen per beleidsveld of wetgevingsdomein moge ik u verwijzen naar de bij deze brief behorende bijlage.
VoorstellenAantal
Afschaffen, met omzetting in alg. regels met meldingsplicht 5
Afschaffen met omzetting in algemene regels 21
Afschaffen (zonder meer) 30
56
Behoud en via maatregelen verminderen van het aantal, nml door:
- combinatie met andere vergunningen 1
- deels omzetten in algemene regels met meldingsplicht 5
- deels omzetten in algemene regels 6
- afschaffen bepaalde situaties 2
Behoud in combinatie met:
- toepassing Lex Silencio 4
- verlengen geldigheidstermijn vergunning 4
d. Administratieve lasten
LNV heeft de afgelopen periode met verschillende maatregelen, waaronder maatregelen in het kader van de veterinaire en meststoffenregelgeving, een verlichting van de administratieve lasten voor het bedrijfsleven bereikt van 33%. De verschillende hier gepresenteerde voorstellen dragen bij aan een bescheiden aanvullende lastenvermindering voor het bedrijfsleven. Dit is echter in een aantal gevallen moeilijk kwantificeerbaar gebleken. Belangrijker nog is dat het afschaffen van papierwerk, het verlengen van geldigheidstermijnen of maatregelen in de sfeer van de noodzakelijk aanvraagprocedures aan een betere 'beleving' zullen bijdragen. De 'beleefde lasten' zijn meer in het algemeen onderwerp van aandacht in de zogenoemde keukentafelgesprekken die door mijn departement dit voorjaar worden gevoerd. Doel daarbij is een goed beeld te krijgen van wat de meeste irritatie rondom regelgeving, voorschriften, vergunningen en subsidies veroorzaakt en hoe dat kan worden verminderd.
Belangrijk punt is dat in het kader van het Project Vereenvoudiging Vergunningen ook de andere ministeries en overheden met voorstellen komen. Ik verwijs u daarvoor naar de brief van de Staatssecretaris van Economische Zaken.
e. Bedrijven / burgers
Het rijksbrede project vereenvoudiging vergunningen richt zich niet alleen op de vergunningen voor bedrijven maar ook op de vergunningen die gelden voor burgers. Binnen LNV betreft dat slechts een zeer beperkt aantal vergunningen. Het gaat daarbij in totaal om 6 vergunningstelsels in de sfeer van de visserij (o.a. de sportvisakte) en de jacht (o.a. de jachtakte). De overige stelsels richten zich tot het bedrijfsleven of richten zich primair daartoe. In een enkel geval heeft ook een relatief gering aantal burgers daarmee van doen, zoals bijvoorbeeld in het kader van de identificatie en registratie van landbouwhuisdieren.
f. Informatievoorziening en ICT-toepassingen
Een goede informatievoorziening naar de aanvrager toe is essentieel voor een goede en soepele werking van het proces van vergunningaanvraag en -verlening. Veel informatie is beschikbaar op de internetsites van het ministerie, onderscheidenlijk de verschillende uitvoerende diensten als de VWA en de PD. Ook het LNV-loket vervult hierin een belangrijke functie. In het kader van de doorlichting van de LNV-vergunningen is gebleken dat lang niet omtrent alle vergunningstelsels informatie beschikbaar is gesteld of op gelijke wijze en in dezelfde mate. LNV heeft in het kader van het programma elektronische bereikbaarheid deel genomen aan de pilot vergunningen. Daarbij wordt voor de presentatie van vergunningen via de internetsite van het ministerie gebruik gemaakt van een Internet Publicatie Model. Naar verwachting zal dit model na evaluatie van de pilot breder worden toegepast, met als resultaat een uniforme presentatie van vergunningen.
Binnen de overheid als geheel lopen diverse trajecten met betrekking tot de elektronische dienstverlening. Belangrijk onderwerp daarin is de ontwikkeling van de mogelijkheid tot het digitaal aanvragen én verkrijgen van een vergunning. Binnen LNV zijn al wel enkele aanvraagformulieren via het internet te downloaden (uit te draaien). Electronische indiening is echter nog niet mogelijk. Uitzondering hierop vormt het in de veterinaire en fytosanitaire circuit geïntroduceerde CLIENT-systeem voor invoer en uitvoer certificaten met daarbij horende keuringen. Bij de Voedsel en Warenautoriteit loopt het project Promiss.
Binnen LNV wordt LNV-breed het Programma Elektronische Dienstverlening (EDV) uitgevoerd. In het kader van dit programma zal ook worden bezien wat de mogelijkheden zijn om te komen tot electronische aanvraag- en verleningsprocedures.
g. Planning
Zoals eerder in deze brief is vermeld, worden binnen de overheid vele projecten en programma's ter vereenvoudiging van de regelgeving, verbetering van de dienstverlening en verlaging van lasten uitgevoerd. De bij deze brief gepresenteerde voorstellen worden zoveel als mogelijk in de bedoelde trajecten meegenomen. Een aantal van de voorstellen is reeds gerealiseerd of ligt bij uw kamer ter behandeling. Andere voorstellen zullen worden ingepland in toekomstige trajecten.
In de bijlage met voorstellen per beleidsveld is nader op de realisatietrajecten ingegaan. Het overgrote deel van de voorstellen zal nog dit of komend jaar kunnen worden gerealiseerd.
Project verlaging kosten habitatvergunningen
Ter uitvoering van de toezegging uit het kabinetsstandpunt om alle middelen te benutten om te voorkomen dat ondernemers kosten moeten maken voor het verzamelen van gegevens ten behoeve van habitat-vergunningen, waarover de overheid reeds uit andere hoofde beschikt is het rapport 'Lastenvermindering 'habitat'-toetsen' opgesteld door een door het ministerie van LNV getrokken projectgroep verder bestaande uit deelnemers van VNO-NCW, VNG, EZ, VROM en IPO (agendalid).
In het rapport wordt waardering uitgesproken voor het reeds ingezette beleid om zoveel mogelijk generiek te regelen (beheerplannen, gedragscodes en plantoetsing) en om met de Flora- en faunawet en de Natuurbeschermingswet 1998 aan te haken bij de Wet algemene bepalingen omgevingsvergunning (Wabo). Het bevoegd gezag en koepelorganisaties hebben elk een belangrijke rol bij het totstandkomen van generieke regelingen. Wat betreft de Wabo wordt opgemerkt dat mogelijkheden tot verdergaande integratie onderzocht moeten worden.
Ook van mijn voornemen om een Gegevensautoriteit Natuur in te stellen wordt met instemming kennis genomen. De institutionele, financiële en personele randvoorwaarden voor het functioneren van de Gegevensautoriteit Natuur moeten nog nader worden uitgewerkt.
De projectgroep signaleert dat het van belang is om te blijven investeren in voorlichting en eenduidige interpretatie van begrippen en om bij de evaluatie van de Flora- en faunawet en de Natuurbeschermingswet 1998 aandacht te besteden aan de samenhang tussen de twee wetten.
Met de voorstellen als geformuleerd in deze brief ga ik er van uit een belangrijke bijdrage te leveren in het streven naar een verlaging van de ervaren regeldruk. Omtrent de voortgang van de aangekondigde maatregelen zal ik u met regelmaat rapporteren.
De minister van Landbouw, Natuur
en Voedselkwaliteit,
dr. C.P. Veerman
Bijlagen
Project Herbeoordeling LNV-Vergunningen - Overzicht voorstellen met betrekking tot de LNV-vergunningstelsels in het kader van het Project Vereenvoudiging Vergunningen
Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit