Meer informatie: dienst Interne en Externe Communicatie, tel. 071-5273282
Forumdiscussie over Kosmologie, Evolutie en Intelligent Design
Vrijdag 28 april, 20.00 uur
Gorlaeus Laboratorium Einsteinweg 55 te Leiden
Organisatie: Nederlandse Natuurkundige Vereniging, Belgische
Natuurkundige Vereniging en Universiteit Leiden
Deelnemers
Prof. dr. Cees Dekker (fysicus, Technische Universiteit Delft)
Prof. dr. Jan Boersema (bioloog, Vrije Universiteit/Universiteit
Leiden)
Prof. dr. Ed van den Heuvel (astronoom, Universiteit van Amsterdam).
Voorzitter
Prof. dr. Frans Saris (decaan faculteit Wiskunde & Natuurwetenschappen
Universiteit Leiden)
De recente maatschappelijke discussie over de vraag of aan de
biologische evolutie al dan niet een doelgericht ontwerp ten grondslag
ligt (Intelligent Design/ID) heeft de kritiek op het Darwinistische
evolutiemodel weer doen opleven. Binnen de kosmologie zijn
vergelijkbare vragen gesteld over toeval of doelgericht ontwerp.
Doelgericht Ontwerp?
Aanhangers van de ID-gedachte (maar ook anderen) betwisten de claim
dat de evolutie van het leven volledig te verklaren zou zijn uit
blinde toevalsprocessen en natuurlijke selectie. Zij zien in
bijvoorbeeld de ontwikkeling van onherleidbaar complexe organen als
zintuigen, bloedsomloop, en ademhalingsysteem duidelijk sporen van
doelgericht (intelligent) ontwerp.
Van ontwerp naar ontwerper?
Van ontwerp naar ontwerper is echter maar een kleine - volgens sommige
zelfs onvermijdelijke - stap. Belangrijke vraag is dus of teleologisch
(= doelgericht) denken inderdaad noodzakelijkerwijs voert naar
theologisch (religieus) denken. Zou het kunnen zijn dat
doelgerichtheid een fundamentele eigenschap van de natuur zelf is
(naast het causaliteitsbeginsel), waarvan wij alleen de oorsprong nog
niet kennen. Of moeten we gewoon toegeven dat wij heel veel dingen
gewoon nog niet weten.
Kosmologie
In dit verband is van belang dat binnen de kosmologie vergelijkbare
vragen over mogelijke doelgerichtheid zijn gesteld toen men ging
inzien dat de waarden van de natuurconstanten en de fundamentele
fysische eigenschappen allen uiterst fijn op elkaar moeten zijn
afgestemd om ontstaan en evolutie van ons heelal (en dus van leven)
mogelijk te maken. Dit heeft geleid tot het formuleren van het
zogeheten antropisch (mensvriendelijk) principe: Wat wij kunnen
verwachten waar te nemen in het universum, wordt beperkt door de
voorwaarden die noodzakelijk zijn voor onze aanwezigheid als
waarnemers.
Veelwerelden-hypothese
Deze gedachte heeft de weg geopend naar een intrigerend nieuw idee dat
momenteel sterk in de belangstelling staat: de veelwerelden-hypothese:
Ons heelal zou er slechts één zijn uit oneindig vele paralllelle
heelallen, welke uit de oerknal zijn ontstaan uit even zovele
mogelijke combinaties en waarden van de fysische natuurconstanten. Uit
dit multiversum kunnen wij echter alleen ons eigen universum
waarnemen, omdat nu juist in ons heelal die combinatie van
fundamentele eigenschappen tot stand kwam, die het ontstaan van het
leven mogelijk maakte.
Meer over de deelnemers:
* Prof. dr. Cees Dekker (1959) is experimenteel fysicus en
hoogleraar moleculaire biofysica aan de TU Delft, waar hij
onderzoek doet op het grensgebied van nanotechnologie, biologie en
natuurkunde. Hij was medeauteur van het boek Schitterend ongeluk
of sporen van ontwerp? Over toeval en doelgerichtheid in de
evolutie (Cees Dekker, Ronald Meester en René van Woudenberg ,
Uitgeverij Ten Have Kampen 2005, ISBN 90 259 5483 9).
In de jaren negentig deed Dekkers onderzoeksgroep groep
wereldleidend onderzoek rond koolstof nanobuisjes. Recent richt
hij zich in het bijzonder op de moleculaire nanotechnologie van de
levende cel. In 2003 werd hij benoemd tot lid van de KNAW. Hij
verkreeg onder meer de Agilent Europhysics Prize 2002 en een
Spinozapremie in 2003. Kortgeleden benoemde de TU Delft hem tot
universiteitshoogleraar.
* Prof. dr. Jan J. Boersema (1947) studeerde biologie (hoofdvak
ethologie) aan RU-Groningen en promoveerde in de theologie aan
diezelfde universiteit. In 1994 werd hij algemeen secretaris van
de Raad voor Milieubeheer (ministerie VROM) en docent bij het
Centrum voor Milieukunde van de UL. In maart 2002 werd hij
bijzonder en in 2005 strategisch hoogleraar, aan de VU (faculteit
Aard- en Levenswetenschappen) met als leeropdracht de Culturele en
levensbeschouwelijke dimensies van de relatie mens natuur. Hij is
tevens verbonden aan het Blaise Pascal Instituut van de VU.
* Prof. dr. Ed van den Heuvel (1940) is emeritus hoogleraar
Sterrenkunde aan de UvA, waar hij tot november 2005 directeur was
van het Astronomisch Instituut Anton Pannekoek. Hij kreeg in 1995
een Spinozapremie en in 2002 de EU-Descartesprijs. Sinds 1982 is
hij lid van de KNAW. Hij is pionier op het gebied van
dubbelsterevolutie, röntgenastronomie en de studie van
neutronensterren en zwarte gaten.