Partij van de Arbeid


Den Haag, 27 april 2006


Vragen van de leden Verbeet (PvdA), Atsma (CDA) en Van der Sande (VVD) aan de staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport


over wangedrag bij amateursport


1.

Hebt u kennisgenomen van de berichten over moreel verval bij sportclubs en van de uitspraken van secretaris-generaal Bekker van het ministerie van VWS op het congres voor Sportbestuurders in Rotterdam over de benodigde aanpak door amateurclubs van de verloedering in de sport?


2.

Wat is de reden dat VWS plots de urgentie van de problematiek inziet van de verloedering in de amateursport?


3.

Mag uit de urgentieverklaring voor brede en krachtdadige aanpak van de verloedering in de amateursport worden opgemaakt dat het ministerie van VWS nu uiteindelijk tot uitvoering komt van de moties die zijn aangenomen bij de begrotingsbehandeling van het ministerie van VWS ten aanzien van sport en tot nadere uitwerking van de nota 'Tijd voor sport?' Op welke termijn zal dit alles gebeuren?


4.

Hoe gaat het kabinet de doelstellingen voor krachtdadig anti-hufterbeleid van verenigingen en sportbonden ondersteunen?


5.

Met welke concrete plannen en op welke termijn komt VWS met concretisering van de plannen voor het terugdringen van geweld in en om het sportveld en ongezond en asociaal gedrag in sportkantines? Op welke termijn worden welke concrete resultaten verwacht? Welke rol krijgen de sportbonden hierin en welke rol is voor het ministerie weggelegd?


6.

Bent u bereid de Kamer te informeren over de bevindingen van de 'studiereis' naar Australië en de suggesties en/of aanbevelingen die zijn gedaan ten aanzien van de uitwerking van de nota 'Tijd voor Sport'?


'Sportvereniging uit bij wangedrag.' De Telegraaf 23 april 2006; 'Toenemend moreel verval bij sportclubs' NRC Next maandag 24 april 2006