´Plukken´ van criminelen in buitenland moeizaam door gebrek aan
samenwerking
25 april 2006
De internationale samenwerking in ontnemingszaken verloopt stroef. Dat
is onder meer te wijten aan gebrekkige kennis van het beleid van
andere landen. Ook wordt aan ontnemingszaken internationaal weinig
prioriteit gegeven. Bovendien ontbreekt een duidelijke visie op het
belang van ontneming in de strijd tegen de internationaal
georganiseerde misdaad. Dat blijkt uit onderzoek van het
Wetenschappelijk Onderzoeks- en Documentatiecentrum (WODC) van het
ministerie van Justitie. Het onderzoek richt zich op de knelpunten in
de internationale samenwerking bij het ontnemen van wederrechtelijk
verkregen voordeel. In Nederland wordt dat de 'plukze-wetgeving'
genoemd.
Het onderzoek biedt inzicht in de aard, oorzaken en redenen van de
knelpunten in de samenwerking tussen Nederland, België, Turkije,
Spanje en het Verenigd Koninkrijk bij het ontnemen van wederrechtelijk
verkregen voordeel. Daarnaast is het internationale en Europese
juridische kader voor ontnemingszaken beschreven. Uit het onderzoek
blijkt dat de afgelopen tien jaar er maar weinig is verbeterd op het
vlak van samenwerking in internationale ontnemingszaken.
Knelpunten in de internationale samenwerking in ontnemingszaken
Ministerie van Justitie