Gerechtshof 's-Gravenhage


Hof wijst vordering van Nederlandse vereniging voor Cardiologie tot uitbreiding van de vergoeding voor Plavix af

Den Haag, 20 april 2006 - Het Gerechtshof âs-Gravenhage heeft vandaag het vonnis van de voorzieningenrechter in het kort geding van de Nederlandse Vereniging voor Cardiologie tegen de Staat tot uitbreiding van de vergoeding voor het geneesmiddel Plavix tot preventieve doeleinden bekrachtigd. Daarmee blijft de situatie bestaan dat Plavix niet wordt vergoed als het voor preventieve doeleinden wordt voorgeschreven.

De NVvC had aangevoerd dat het door het ontbreken van vergoeding haar leden onmogelijk werd gemaakt hun beroep naar behoren uit te oefenen en dat het leidde tot onbegrip en onaangename discussies in de spreekkamer. Verder zouden door het niet vergoeden in Nederland tientallen doden per jaar vallen.

De Staat heeft daartegenover gesteld dat bij de toelating van Plavix als geneesmiddel niet is getoetst of bij deze preventieve toepassing het nut opwoog tegen de bezwaren, dat nog steedse niet vaststaat dat die toepassing een therapeutische meerwaarde heeft en dat uitgangspunt moet zijn dat geneesmiddelen alleen worden vergoed als het gaat om toepassingen waarvoor het geneesmiddel is toegelaten.

Het hof heeft overwogen dat het gegeven dat Plavix voor deze toepassing niet wordt vergoed, aan de cardiologen niet belet om het voor te schrijven. Dat dat kan leiden tot discussies in de spreekkamer doet daar niet aan af en hoort veeleer bij een goede voorlichting. De bewering dat er door niet-vergoeding tientallen doden zouden vallen, acht het hof niet onderbouwd, nu niet duidelijk is gemaakt hoeveel patiënten van het gebruik van Plavix afzien omdat het niet vergoed wordt. Het gaat om ongeveer ⬠56,- per maand gedurende ongeveer 12 maanden. Verder heeft het hof overwogen dat over de wenselijkheid van toepassing van Plavix voor dit doel tussen deskundigen kennelijk verschil van mening bestaat en dat een kort geding niet de weg is om daarover een beslissing te verkrijgen. Uiteindelijk heeft het hof de afweging van alle betrokken belangen laten uitvallen ten nadele van de NVvC en ten voordele van de Staat.

LJ Nummer

AW2484

Bron: Gerechtshof 's-Gravenhage Datum actualiteit: 24 april 2006 Naar boven