Eén op de vijftien werknemers heeft grote moeite met lezen en schrijven
Door technologische ontwikkelingen, meer regelgeving en protocollen en hogere eisen van klanten moeten laagopgeleiden steeds meer lezen en schrijven in het werk. De stukken die ze moeten lezen zijn moeilijker geworden en de eisen aan schrijfvaardigheid zijn in sommige beroepen toegenomen. Laagopgeleiden moeten vaker scholing volgen, en ook daarvoor zijn lees- en schrijfvaardigheden nodig. Om ervoor te zorgen dat werknemers de ontwikkelingen kunnen bijhouden en aan de hogere eisen kunnen voldoen, is het belangrijk dat bedrijven laaggeletterdheid bespreekbaar maken en cursussen lezen en schrijven aanbieden.
Dit blijkt uit een onderzoek van TNO in opdracht van Stichting Lezen & Schrijven. Het is de eerste keer dat inzichtelijk wordt gemaakt hoe groot het probleem is van laaggeletterdheid op de werkvloer. Het rapport
TNO heeft aan de hand van zeven beroepen onderzocht welke lees-, schrijf- en rekentaken lager opgeleide werknemers moeten uitvoeren. En met welke taken of veranderingen daarin de laaggeletterden de meeste problemen hebben. Het onderzoek laat zien welke niveaus van geletterdheid worden gevraagd van bijvoorbeeld schoonmakers, beveiligingsbeambten of verkoopmedewerkers.
Kennisniveau werknemers belangrijkste concurrentievoordeel Rond de 6% van de werknemers in ons land kan niet of met zeer veel moeite lezen en schrijven. Te weinig werkgevers zijn zich bewust dat laaggeletterdheid ook binnen hun bedrijf kan voorkomen. Door de ontwikkeling naar een kennissamenleving moeten bedrijven meer aandacht geven aan hun concurrentiekracht en meer innoveren. Het kennisniveau van hun werknemers is hierbij een belangrijk voordeel. Ook laagopgeleide werknemers moeten daarom scholing volgen en zorgen dat ze ontwikkelingen bijhouden om breed inzetbaar te zijn. 'Eén van onze ambities als samenleving is om een sterke, internationaal concurrerende kenniseconomie te zijn', aldus Prinses Laurentien bij de aanbieding van het rapport. 'Dat kunnen we alleen maar realiseren als het belang van geletterdheid door alle betrokkenen ten volle wordt erkend en ingevuld. Gebeurt dat niet dan komt deze ambitie serieus in gevaar.'