Ministerie van Buitenlandse Zaken

Beantwoording kamervragen Brinkel over de Strategienota Nederland

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4
Den Haag | |Directie West- en Midden Europa
Afdeling West Europa
Bezuidenhoutseweg 67
Postbus 20061
2500 EB Den Haag | |

|Datum |20 april 2006                       |Behand|Maarten van Rossum   |
|      |                                    |eld   |                     |
|Kenmer|DWM-304/06                          |Telefo|+31 70 348 7037      |
|k     |                                    |on    |                     |
|Blad  |1/4                                 |Fax   |+31 70 348 6233      |
|Bijlag|1                                   |maarten-van.rossum@minbuza.nl|
|e(n)  |                                    |                             |
|Betref|Beantwoording vragen van het lid    |                             |
|t     |Brinkel  over de de Strategienota   |                             |
|      |Nederland                           |                             |
Graag bieden wij u hierbij de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door het lid Brinkel over de Strategienota Nederland. Deze vragen werden ingezonden op 30 maart 2006 met kenmerk 2050610680.

De Minister De Staatssecretaris

van Buitenlandse Zaken, voor Europese Zaken,

Dr. B.R. Bot Mr. Drs. A. Nicolaï
Antwoorden van de heer Bot, minister van Buitenlandse Zaken en de heer Nicolaï, staatssecretaris voor Europese Zaken op vragen van het lid Brinkel (CDA) over de Strategienota Nederland

Vraag 1
Wat is uw reactie op de recent verschenen 'Strategienota Nederland' uitgegeven door de Vlaamse regering?

Antwoord
Ik heb kennis genomen van de Strategienota Nederland van de Vlaamse regering. De Vlaamse regering geeft met het uitbrengen van deze nota uiting aan haar bevoegdheid een eigen buitenlands beleid te voeren op beleidsterreinen waarop zij ook binnenlands bevoegd is. Vlaanderen is een belangrijke partner voor Nederland op terreinen als handel, toerisme, grensoverschrijdende samenwerking op het gebied van milieu en natuur, landbouw en ruimtelijke ordening en, zoals u terecht signaleert, cultuur. Nederland werkt nu reeds samen met Vlaanderen op die terreinen waar de Vlaamse overheid bevoegd is.

Vraag 2
Deelt u de mening dat Nederland en Vlaanderen zich gezamenlijk sterk moeten maken voor het bewaken en versterken van het eigen culturele erfgoed in Europa, waaronder de Nederlandse taal? Zo ja, in welke zin?

Antwoord
De Nederlandse regering is er, evenals de Vlaamse regering voorstander van zich samen sterk te maken voor gezamenlijk optreden in Brussel, de 'hoofdstad' van Europa. De Nederlandse regering is dan ook verheugd dat het Vlaams Nederlands Huis 'deBuren' in 2004 van start is gegaan. Hier vinden debatten plaats over relevante en actuele zaken als cultuur en culturele diversiteit, de huidige samenleving en politiek in Europa in ruimste zin. Daarnaast speelt 'deBuren' een actieve rol in het presenteren van de cultuur van de Lage Landen, waarbij literatuur, vormgeving en beeldcultuur uit Nederland en Vlaanderen aan bod komen. Voorts vindt informatie-uitwisseling plaats via lezingen van en gesprekken met kunstenaars, wetenschappers en journalisten uit Nederland, Vlaanderen en andere Europese landen. Ook andere organisaties spelen een belangrijke rol in de Vlaams-Nederlandse culturele samenwerking: de Commissie Cultureel Verdrag Vlaanderen-Nederland, die onlangs nog een grote conferentie Cultureel Erfgoed Nederland-Vlaanderen organiseerde, de Nederlandse Taalunie, die de integratie van Nederland en de Nederlandse gemeenschap in België op het gebied van de Nederlandse taal en letteren in ruimste zin beoogt, en tenslotte het Vlaams Cultuurhuis 'De Brakke Grond' in Amsterdam, waar Vlaanderen wordt voorgesteld in Nederland, maar waarbij heel wat activiteiten ook een Vlaams-Nederlands karakter hebben.

Vraag 3
Bent u van plan de Vlaamse regering een reactie op de Strategienota te geven?

Antwoord
Op Nederlands initiatief hebben ambtelijke vertegenwoordigers van de Vlaamse regering op 10 februari jongstleden ten overstaan van ambtenaren van verschillende Nederlandse ministeries een toelichting gegeven op de Strategienota Nederland. Daarbij is de basis gelegd voor concrete werkafspraken op ambtelijk niveau. Daarnaast is de Strategienota Nederland besproken tijdens de recente ontmoeting in Brugge tussen de Vlaamse Minister President Leterme en de Vlaamse Minister van Buitenlandse Zaken Bourgeois enerzijds en Minister President Balkenende en Staatssecretaris Nicolaï anderzijds. Hier is afgesproken dat de Strategienota jaarlijks kan terugkeren op de agenda voor de ontmoeting tussen de beide Ministers Presidenten.

Vraag 4
Vindt u dat er reden is om beleid te ontwikkelen in de richting van Vlaanderen, naast het beleid in de richting van België? Zo ja, hoe?

Antwoord
Nederland onderhoudt nauwe betrekkingen met België en met Vlaanderen. Het Nederlandse beleid ten aanzien van België houdt rekening met de staatkundige en politieke realiteit van onze zuiderburen. Dat betekent bijvoorbeeld dat betrekkingen op het terrein van het klassiek buitenlands beleid worden onderhouden met de Belgische federale overheid. Op andere terreinen, zoals onderwijs, cultuur of landbouw, houdt de Nederlandse regering contact met de Vlaamse of Waalse regering, in lijn met de in België geldende bevoegdheidsverdeling. Dit beleid en onze betrekkingen zijn bovendien niet statisch, maar kunnen steeds worden aangepast als de politieke of staatkundige ontwikkelingen in België daartoe aanleiding geven.


---- --