Gemeente Utrecht
2006 SCHRIFTELIJKE VRAGEN
25 Vragen van de heer T.W. Schipper
(vragen binnengekomen op 18 maart 2006
En antwoorden van het college verzonden op 18 april 2006 )
In het AD/UN van 17 maart 2006 wordt bericht over de langdurige leegstand van huurwoningen. In de grote steden zijn 35.000 huurwoningen meer dan een maand tot een jaar lang onbewoond. Het artikel spreekt voor Utrecht van een toename van 600 woningen in deze categorie over het jaar 2005.
Als oorzaken worden genoemd de slechte prijs-kwaliteit verhouding en vertragingen bij renovatie en sloop-nieuwbouw. Dit laatste zou een gevolg zijn van geldgebrek bij de corporaties en particuliere verhuurders.
In 2003 stelde de SP-fractie schriftelijke vragen (2003/20) over de leegstand bij huurwoningen van Mitros, met name ten gevolge van verkoop. Destijds gaf het College aan geen aanleiding te zien bij de corporatie aan te dringen op het terugdringen van de leegstandsduur. Vorig jaar hebben wij aandacht gevraagd voor de leegstand bij mutaties, die eveneens lijkt toe te nemen.
De SP-fractie vindt dat bij een gemiddelde wachttijd van zeven jaar voor een sociale huurwoning in Utrecht alles op alles gezet moet worden om het leegstandspercentage zo laag mogelijk te houden. Dat is niet alleen de verantwoordelijkheid van de corporaties, maar ook van de gemeente Utrecht.
Naar aanleiding van het bovenstaande hebben wij de volgende vragen aan het College:
1. Kloppen de cijfers van AD/UN over de (groei van de) leegstand bij Utrechtse huurwoningen ?
Er zijn geen indicaties dat de leegstand bij huurwoningen van corporaties toeneemt. Wij merken op dat de leegstandscijfers van het AD/UN waarschijnlijk ook leegstaande woningen van eigenaren en particuliere verhuurders bevatten.
2. Hoe was het leegstandspercentage per Utrechtse corporatie in 2005? Hoe hoog was het vijf jaar eerder?
Zijn er ook gegevens beschikbaar over de grote particuliere verhuurders?
Uit de jaarverslagen van de corporaties over 2004 blijkt dat er in dat jaar 166 woningen langer dan 3 maanden hebben leeggestaan. Dat is circa 0,35 % van de totale huurwoningenvoorraad van de corporaties. De jaarverslagen over 2005 worden pas uiterlijk 1 juli 2006 gepresenteerd.
Leegstandscijfers van particuliere verhuurders over de afgelopen jaren en van corporaties over het jaar 2000 zijn niet bekend. De corporaties waren in 2000 niet verplicht hiervan in hun jaarrekeningen melding te maken. Een groot deel van het woningsegment van de particulier verhuurders bevindt zich overigens in de vrije sector.
3. Hoe hoog is de leegstand, onderverdeeld naar oorzaak:
- leegstand door mutatie
- woning wordt verkocht
- woning wordt gesloopt
- woning wordt onderhouden, gerenoveerd.
Uit enkele voorlopige cijfers blijkt dat bij de meeste Utrechtse corporaties de mutatieleegstand de afgelopen vijf jaren lichtelijk is toegenomen. Dit wordt verklaard doordat de woningen gemiddeld meer keren dan voorheen moesten worden aangeboden, voordat ze werden geaccepteerd. Eén van de oorzaken die daaraan ten grondslag ligt is de verruiming van het aantal toegestane reacties op een woning (van twee naar vier) drie jaar geleden.
De gemiddelde leegstand als gevolg van sloop, verkoop en renovatie is de afgelopen vijf jaar over het algemeen afgenomen.
4. Welk percentage van de Utrechtse sociale huurwoningen werd in 2005 op basis van een tijdelijk contract verhuurd?
0,75% van de 47.000 sociale huurwoningen wordt op basis van een tijdelijk huurcontract verhuurd (350 woningen). Er zijn tussen de gemeente en de corporaties afspraken gemaakt om de leegstand zoveel mogelijk te beperken. Ondermeer is afgesproken dat, wanneer in afwachting van sloop en verkoop woningen leeg dreigen te komen staan, deze zo lang mogelijk tijdelijk worden verhuurd. De meeste van deze zg. plankwoningen worden door de SSH verhuurd aan met name studenten en bijzondere doelgroepen. Ook worden woningen op basis van bruikleenovereenkomsten verhuurd aan anti-kraakinstanties.
5. Is het terugdringen van het leegstandspercentage een vast punt van overleg tussen het College en de corporaties? Welke acties lopen er op dit punt?
Ja. Wanneer daar aanleiding voor is, is leegstand een agendapunt in het reguliere ambtelijke overleg met de Utrechtse corporaties. Van hieruit is in 2004 een projectmatige aanpak van de leegstand van woningen van Mitros gestart.
---- --