| |Nr. |2006-194 | | |Arnhem|18 april 2006 | | |, | |10 MILJOEN EXTRA NODIG OM WACHTLIJSTEN WEG TE WERKEN
Provincie zet in op ambulante hulp en capaciteitsuitbreiding
10 miljoen extra, dat is het bedrag dat de provincie Gelderland nodig heeft om ervoor te zorgen dat aan het einde van dit jaar geen kind langer dan negen weken hoeft te wachten op jeugdzorg. Dit geld komt bovenop de ruim 4 miljoen euro die dit jaar al wordt ingezet voor uitbreiding van het aantal plekken in de Gelderse jeugdzorg. Om de doelstelling te realiseren, wil de provincie vooral inzetten op ambulante hulp en capaciteitsuitbreiding om jongeren die na behandeling niet naar huis terug kunnen op te kunnen vangen. Dat staat in het aanvalsplan jeugdzorg dat de provincie op verzoek van staatssecretaris Ross van Volksgezondheid, Welzijn en Sport heeft opgesteld. Op 28 april wordt naar verwachting duidelijk wat de staatssecretaris van het plan vindt.
Naar aanleiding van de recente discussie in de Tweede Kamer over de wachtlijsten heeft staatssecretaris Ross alle provincies om een aanvalsplan gevraagd. Het plan is dan ook onder grote druk en in korte tijd tot stand gekomen. Vorig jaar heeft de provincie Gelderland samen met Bureau Jeugdzorg al de wachtlijst bij het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling aangepakt en de crisisopvang verbeterd. Kinderen die direct acute hulp nodig hebben, kunnen die daardoor altijd krijgen. Maar er staan in Gelderland nog 716 kinderen met een indicatie jeugdzorg langer dan 9 weken op de wachtlijst. Het betreft een groep die weliswaar geen direct gevaar loopt, maar waarvoor gespecialiseerde hulp dringend nodig is om erger te voorkomen. Met de extra middelen die begin dit jaar beschikbaar zijn gekomen, kunnen al 200 kinderen op deze wachtlijst worden geholpen. Om ook de resterende 500 te helpen, is nog eens 10 miljoen euro extra nodig. De provincie wil daarbij vooral inzetten op ambulante hulp en capaciteitsuitbreiding om jongeren die na behandeling niet naar huis terug kunnen op te kunnen vangen. Verder wordt bekeken of gezinnen voor hun problemen meer steun kunnen krijgen van hun directe omgeving. Jeugdzorg wordt daarbij aanvullend ingezet. Wanneer de juiste hulp nog niet beschikbaar is, wordt in ieder geval ambulante hulp geboden. De branche heeft al uitgesproken dat dit haalbaar is. Met de jeugdzorgaanbieders worden afspraken gemaakt over snelle en flexibele uitbreiding van de capaciteit.
Om de beoogde doelstelling ook te halen, is het van belang dat het aanvalsplan zo snel mogelijk kan worden uitgevoerd. Gedeputeerde Esmeijer verwacht dan ook dat de staatssecretaris de 28ste boter bij de vis doet en aangeeft op hoeveel extra middelen de provincies kunnen rekenen. "Ieder kind heeft recht op jeugdzorg", aldus gedeputeerde Esmeijer. "Met dit extra geld zijn we in staat om daad bij woord te voegen. En zoals wij de zorginstellingen aan de afspraken houden, zal de staatssecretaris ons aan de toegezegde prestatie houden: voor eind dit jaar krijgen alle kinderen die het nodig hebben binnen 9 weken hulp. Dit komt overigens overeen met onze eigen provinciale doelstelling, vastgelegd in het Statenakkoord."