Gemeente Elburg
Brandweer Elburg
Brandveiligheid tijdens Feestdagen en Festiviteiten
De naderende feestdagen rondom bijvoorbeeld het kerstfeest en de jaarwisseling zijn van die
momenten, waarbij er sprake kan zijn van extra versieringen in uw bedrijf, instelling of gebouw.
Gebruik van brandgevaarlijke versiering of aankleding eventueel in combinatie met een volle ruimte
kan een extra risico inhouden en mogelijk zelfs tot catastrofes leiden. Als brandweer vragen wij
daarom uw bijzondere aandacht voor brandveiligheid gedurende deze bijzondere dagen, maar
daarnaast ook gedurende de rest van het jaar.
Met deze informatie wil de brandweer u graag informeren over hoe u de brandveiligheid binnen uw
gebouw(en) zo goed mogelijk kunt realiseren en hoe u met versiering en aankleding van gebouwen
moet te werk gaan.
We mogen daarbij niet vergeten dat u op de eerste plaats verantwoordelijk bent voor de veiligheid van
uw gebruikers, gasten en bezoekers binnen uw gebouw(en). U moet dan ook de nodige maatregelen
hebben getroffen om die veiligheid te waarborgen. Om u daarbij te helpen worden in deze circulaire
nog eens de verschillende brandveiligheidvoorzieningen en voorschriften die voor (publieke)
gebouwen van belang zijn samengevat. Het gaat dan om o.a. vluchtwegen, blusmiddelen, verlichting,
open vuur, versiering en het maximum aantal toe te laten personen. Daarbij zijn naar aanleiding van de
brand in Volendam de eisen ten aanzien van het toepassen van kersttakken en kerstbomen
aangescherpt.
Brandveiligheidsvoorzieningen/-Voorschriften
Het is nooit uit te sluiten dat er rondom de kerstdagen, de jaarwisseling en overige feestdagen iets in
uw bedrijf, instelling, of gebouw gebeurt. Om de veiligheid van uw gasten zoveel mogelijk te
waarborgen moeten in uw pand een aantal brandpreventieve voorzieningen aanwezig zijn. Deze
hebben tot doel om de aanwezige personen snel en kalm naar een veilige plaats te leiden wanneer zich
een calamiteit voordoet. Denk aan de aanwezigheid van voldoende vluchtwegen, goed begaanbare
nooduitgangen, noodverlichting en vluchtwegaanduiding. Als deze voorzieningen niet aanwezig zijn
of niet goed functioneren of als er teveel mensen aanwezig zijn, kunnen de vluchtwegen en
nooduitgangen de mensenstroom niet meer op een veilige wijze naar buiten geleiden. Het is zaak dat u
voordat de komende feestdagen aanvangen nog eens extra naar de aanwezigheid en goede werking van
de bovengenoemde voorzieningen kijkt en nagaat hoeveel personen u maximaal toe mag laten. De
belangrijkste brandveiligheidsvoorschriften voor (publieke)gebouwen worden hieronder samengevat
weergegeven. Natuurlijk kunt u met deze informatie ook in uw privé-situatie uw voordeel doen.
Uitgebreidere informatie kunt u vinden in bijlage 2, waarin de brandveiligheidsvoorschriften uit de
huidige bouwverordeningen zijn opgenomen (dit betreft bijlage 3 en 4 van de bouwverordening).
Afhankelijk van het soort gebruik zijn de hieronder weergegeven voorschriften in meer of mindere
mate voor u van toepassing.
Vluchtwegen:
· De (nood)uitgangen dienen altijd over de gehele breedte vrij te blijven en voor direct gebruik
gereed te zijn.
---
· De (nood)uitgangen dienen in principe in de vluchtrichting te draaien en zonder gebruikmaking
van losse voorwerpen geopend te kunnen worden (bijv. panieksluitingen). Afhankelijk van het
aantal personen (tussen 25 en 50) mogen deuren ook tegen de vluchtwegrichting draaien. Per
tegen de vluchtwegrichting draaiend (nood)uitgang mogen slechts 25 personen worden toegelaten.
· De (nood)uitgangen moeten binnen een straal van 2 meter vrij zijn van tafels, stoelen of andere
obstakels. Naar de (nood)uitgangen dienen looproutes te lopen die vrij zijn van obstakels. Dit
geldt ook voor de buitenzijde van de (nood)uitgangen (geen fietsen, auto's of ander obstakels
ervoor!)
· Indien de nooduitgang uitkomt op een binnenplaats of buitengang dient u ervoor zorg te dragen
dat het publiek zich kan oriënteren (nacht/noodverlichting) en dat deze buitenvluchtweg vrij van
obstakels is (indien van toepassing ook sneeuw- en ijsvrij).
· Gordijnen voor deuren dienen zodanig te zijn aangebracht, dat zij met de deuren meedraaien en
het openen van de deuren niet verhinderen.
· Aandachtspunt bij het vrijhouden van de vluchtwegen: De opslag van extra goederen en de
produktie van extra afval bij feestdagen en festiviteiten mogen de vluchtwegen niet belemmeren.
Maximum aantal toe te laten personen:
Het aantal personen dat maximaal mag worden toegelaten in een gebouw is een belangrijk aspect,
waar u streng op moet controleren. Wij adviseren u om indien u een gebruiksvergunning heeft na te
lezen hoeveel personen u in uw bedrijf mag toelaten. Indien u nog niet over een gebruiksvergunning
beschikt of niet gebruiksvergunningplichtig bent, kunt u met een aantal regels zelf bepalen hoeveel
personen u kan / mag toelaten. (Over het algemeen bent u gebruiksvergunningplichtig indien meer dan
50 personen toegelaten kunnen worden in uw gebouw. Indien u niet gebruiksvergunningplichtig bent
dient u nog wel aan de algemene brandveiligheidsvoorwaarden te voldoen).
U bent vervolgens verantwoordelijk om zodanige maatregelen te nemen dat er niet meer
personen in het gebouw worden toegelaten dan het toegestane aantal.
Ter bepaling van het maximaal toelaatbaar aantal personen worden twee criteria gebruikt.
a. Uitgangsbreedte criterium;
b. Oppervlakte criterium.
De laagste van de twee uitkomsten van genoemde criteria is bepalend voor het toelaatbaar aantal
personen.
a. Uitgangsbreedte criterium:
Voor elke 9 personen is een uitgangsbreedte van 10 centimeter vereist. Dit wordt uitgedrukt in de
formule:
toelaatbaar aantal personen =
0,9 x de gezamenlijke breedte van alle uitgangen in centimeters
Dit geldt echter uitsluitend voor uitgangen waarvan de deur(en) in de vluchtrichting draaien. Indien
een uitgang tegen de vluchtrichting in draait, mag voor deze uitgang slechts 25 personen worden
gerekend bij de berekening van het totaal aantal toe te laten personen (max. aantal tegen
vluchtwegrichting draaiende deuren is vooralsnog 2; een aanscherping van de regelgeving op dit
gebied is op termijn mogelijk).
---
b. Oppervlakte criterium:
Voor het opervlakte criterium vindt u uitgebreide informatie op blz. 5, 6 en 7 van bijlage 2. In de
praktijk komt de berekening gemiddeld op het volgende uit:
· Restaurantgebruik met tafels en stoelen: gemiddeld 1-1,25 personen per m2.
· Gebruik zonder tafels en stoelen: 3 personen per m2.
· Gebruik met opstelling in rijen: gemiddeld 1,5-2 personen per m2. (zie blz 5, bijlage 2)
Aantal uitgangen:
In het belang van de veiligheid is het belangrijk, dat zo veel mogelijk 2 kanten op gevlucht kan
worden voor het geval één zijde geblokkeerd is. In bijzondere situaties is 1 uitgang toegestaan (wordt
niet geadviseerd). Deze uitgang moet dan aanwezig zijn in de betreffende ruimte, de loopafstand naar
deze uitgang mag niet langer zijn dan ca. 15 meter en men moet niet langs een brandgevaarlijke
situatie (bijv. open keuken) behoeven te vluchten. Afhankelijk van de draairichting van de deur is bij
één uitgang het maximum toe te laten personen 25 bij een tegen de vluchtwegrichting in draaiende
deur en 100 personen bij een in de vluchtwegrichting draaiende deur waarvan de vrije
doorgangsbreedte dan 1,10 m is.
Bij grote aantalen personen moet met inachtneming van het minimum aantal uitgangen van 2 voor
ieder aantal van 200 personen een uitgang aanwezig zijn van voldoende breedte.
Voorbeeld:
Voor 650 personen is een totale uitgangsbreedte nodig van 7 ,25 m., welke verdeeld moet zijn over 4
uitgangen.
Blusmiddelen:
· De brandslanghaspels en draagbare blustoestellen dienen altijd direct bereikbaar en voor direct
gebruik beschikbaar te zijn (ook zichtbaar).
· De aanwezige blusmiddelen dienen 1 x per jaar door een erkend bedrijf op de goede werking te
worden gecontroleerd. Als bewijs hiervan dient een keuringsbewijs aanwezig te zijn.
Nood- en transparantverlichting:
· De noodverlichting moet zorgen voor voldoende oriëntatieverlichting als de stroom uitvalt en
dient in werking te komen binnen 15 seconden nadat de netspanning is uitgevallen en ca. 1 uur te
blijven funktioneren.
· De transparantverlichting (vluchtwegbewegwijzering) moet zorgen voor het goed aangeven van de
vluchtrichting en de (nood)uitgangen en dient altijd te branden gedurende minimaal de tijd dat
publiek aanwezig is. Daarnaast dient de transparantverlichting nog ca. 1 uur te blijven
funktioneren als de netspanning uitvalt.
· Versieringen dienen de armaturen van de aanwezige nood- en transparantverlichting geheel vrij te
laten.
Open vuur:
· Het gebruik van open haarden is toegestaan, indien deze voldoen aan de volgende voorwaarden:
· de open haard moet zijn voorzien van een voorziening welke waarborgt dat binnen een afstand
van 60 cm van de vuurkorf zich geen personen kunnen bevinden of goederen kunnen worden
geplaatst;
· de open haard moet zijn voorzien van een doelmatig vonkenscherm;
---
· de open haard en het schoorsteenkanaal moeten regelmatig geveegd worden en de eventueel
aanwezige klep op de goede werking worden gecontroleerd;
· de openhaard nooit zonder toezicht laten branden;
· bij de openhaard zorgen voor een metalen emmer met droog zand.
· Bij het gebruik van verplaatsbare kooktoestellen zoals bijv. gourmetstellen, fonduestellen en
steengrillen moet men zeer alert zijn op de daarbij aanwezige risico's. Afhankelijk van de methode
van verwarmen moet men op de volgende zaken letten:
· het toestel bij voorkeur op een niet brandbare onderblad;
· bij gebruik van spiritus de brander pas (bij)vullen als deze helemaal is afgekoeld (let op een
spiritusvlam is bijna onzichtbaar;
· bij fonduen kan ook de vlam in de pan slaan, zorg daarom voor een passend deksel;
· bij gebruik van elektrische toestellen moet u indien mogelijk het snoer zo kort mogelijk
houden i.v.m. struikelgevaar (bij gebruik van een verlenghaspel deze wel volledig afrollen om
oververhitting van de kabel te voorkomen);
· bij gebruik van gastoestellen met gaspatroon, de erbij behorende reserve gaspatronen op een
veilige plaats bewaren;
· Maak binnenshuis geen gebruik van vuurwerk, dus ook geen spuiters, sterretjes en degelijke.
· Vermijd zoveel mogelijk het flamberen van gerechten. Indien u dit toch doet zorg er dan voor dat
er tenminste 2,0 m meter afstand is tussen de vlam en omringende brandbare materialen. Zorg er
tevens voor dat er een extra personeelslid in de directe nabijheid is met een brandblusser.
· Het gebruik van kaarsen is toegestaan indien wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
· zet de kaarsen in een stevige houder op een vlakke ondergrond;
· de vorm van de houder moet zodanig zijn, dat de kans op omstoten of omvallen tot het uiterst
is beperkt (kijk uit voor te hoge kaarsen);
· gebruik geen kaarsenhouders die zijn gemaakt van plastic of andere gemakkelijk brandbare
materialen (kijk uit voor brandbare rozetten);
· plaats kaarsen tenminste 1,0 meter uit de buurt van brandbare materialen;
· plaats kaarsen niet te dicht bij een andere warmtebron, waardoor ze week kunnen worden en
kunnen ombuigen;
· zorg dat kaarsen buiten bereik van kinderen en huisdieren blijven;
· steek kaarsen in kerststukjes niet aan;
· maak indien mogelijk gebruik van een minder gevaarlijk alternatief (bijv. waxinelichtjes in
een windlicht waarbij de vlam wordt afgeschermd (windlicht moet wel hittebestendig zijn);
· houd toezicht op het vuur en doof het indien u weggaat.
Kerstbomen en kersttakken:
Mede n.a.v. onderzoeken naar het brandverloop van levend dennengroen zijn de eisen ten
aanzien van het toepassen van kersttakken en kerstbomen in 2004 verder aangescherpt voor
ruimten met publiekelijke toegankelijkheid, zoals de scholen, winkels, zorgcentra en dergelijke.
E.e.a. betekent dat alleen brandwerende kunststofkerstbomen dan wel door deskundigen
geïmpregneerde levende kerstbomen mogen worden toegepast (bij sommige tuincentra zijn
beide typen te verkrijgen). Hiervan dient u een bewijs/certificaat te kunnen overleggen.
· Het is niet toegestaan om kersttakken te gebruiken als versiering. Dit geldt zowel voor plafond- als
voor wandversiering.
· Maak bij voorkeur gebruik van een kerstboom met kluit. (Zorg daarbij, dat deze stevig staat en
voldoende nat gehouden wordt zodat de boom minder snel uitdroogt. Daar ook deze boom in zijn
winterslaap zit, helpt dit slechts iets. Indien mogelijk is het sprayen van de boom met een
plantenspuit met water beter. Let hierbij weer op waterdichtheid van verlichting en verkleuring
van de versiering, etc; Geïmpregneerde bomen niet sprayen)
· Kerstbomen zijn niet toegestaan in vluchtroutes zoals gangen, trappenhuizen en bij
(nood)uitgangen.
---
· Plaats een kerstboom niet voor brandblusmiddelen en niet te dicht bij gordijnen of andere
makkelijk brandbare spullen.
· Meerdere kerstbomen in één ruimte moet zoveel mogelijk worden voorkomen. Bij grote en hoge
ruimten (zoals kerken) is het toepassen van meerdere kerstbomen wel toegestaan indien de
onderlinge afstand tussen de bomen tenminste 3 maal de hoogte van de grootste boom in meters
bedraagt.
· Zorg ervoor dat de boom goed stevig staat, zodat deze niet gemakkelijk om kan vallen. Wilt u het
heel veilig doen, draai dan een schroefoog in het plafond en maak de boom daaraan vast. Bind
daartoe een stuk staaldraad aan de stam op ongeveer een vierde van de boomhoogte onder de top.
Bevestig vervolgens het andere eind aan het schroefoog. Omvallen is dan niet mogelijk.
· Controleer de bedrading van de elektrische kerstverlichting op beschadigingen. Probeer de
installatie eerst uit door de lampjes voor het ophangen een half uur te laten branden.
· Gebruik een gaaf en goed passend verlengsnoer en leg deze zo neer dat er niemand over kan
struikelen.
· Doe de verlichting na sluitingstijd altijd uit. Uitdoen is de stekker uit het stopcontact halen en niet
door een lampje los te draaien.
· Maak alleen gebruik van brandveilige versiering van de kerstboom.
Versiering algemeen:
Uit de praktijk blijkt, dat versiering en andere decoratiematerialen een groot risico op brand met zich
meebrengen. Bijzondere aandacht hiervoor is dan ook op zijn plaats. In ieder geval moet aan de
volgende aspecten worden gedacht:
· Stoffering en versiering moeten minimaal 50 centimeter vrijgehouden worden van spots en andere
warm wordende apparatuur, waarvan de oppervlaktetemperatuur meer dan 80 graden Celsius
bedraagt.
· Vloer- en trapbedekkingen in vluchtwegen en in ruimten waarin meer dan 50 personen gelijktijdig
kunnen verblijven, moeten zodanig zijn aangebracht dat zij niet kunnen verschuiven, omkrullen of
oprollen en mogen in geen enkel opzicht gevaar voor uitglijden, struikelen of vallen kunnen
veroorzaken.
· Plafondversiering, zoals bijvoorbeeld papieren slingers dienen zodanig te zijn aangebracht, dat zij
buiten bereik van het publiek zijn. Daartoe dient de plafondversiering op een hoogte van tenminste
2,5 meter te worden aangebracht.
· Ook voor versieringen aan de buitenzijde van een gebouw zijn deze tips van belang. Houd
rekening met ondergrond, de afstand tot brandbare materialen, de waterbestendigheid van de
versiering en de windgevoeligheid ervan.
Versiering specifiek:
Toepassing van hout, hardboard, triplex, multiplex, spaanplaat:
· Het materiaal moet ten minste 3,5 millimeter dik zijn.
· Het materiaal moet ten aanzien van vlamuitbreiding kunnen worden ingedeeld in klasse 2, als
bedoeld in NEN 6065, uitgaven 1991, en NEN 6065/C1, uitgave 1992.
Toepassing van textiel in verticale toepassing:
· Brandbaar textiel moet door impregneren moeilijk brandbaar zijn gemaakt, of moeilijk
brandbaar zijn geworden door het materiaal op hout, hardboard, triplex, multiplex of
spaanplaat te plakken.
· De moeilijk brandbare hoedanigheid moet blijken uit een navlamduur van ten hoogste 15
seconden en een nagloeiduur van ten hoogste 60 seconden, bepaald volgens NEN-EN-ISO
6940, uitgave 1995, en moet vallen in de klasse "niet gemakkelijk ontvlambaar".
---
Toepassing van textiel in horizontale toepassing:
· Versieringen in de vorm van vlaggen, parachutes en doeken e.d. mogen niet horizontaal tegen
het plafond worden aangebracht, tenzij deze zijn onderspannen met metaaldraad op een
onderlinge afstand van ten hoogste 35 centimeter of zijn onderspannen met een metaaldraad
in twee richtingen met een maaswijdte van ten hoogste 70 centimeter (maximale oppervlakte
per versiering van 2 m2 , voldoende tussenruimte met volgende versieringen, en niet boven
vluchtroutes en (nood)uitgangen.
· Brandbaar textiel moet tevens door impregneren moeilijk brandbaar zijn gemaakt. (Zie
hiervoor ook onder het kopje "Impregneren", blz. 7).
Toepassing van kunststoffen in dit geval foliemateriaal eventueel voorzien van een
zogenaamde textielrug:
· Het materiaal moet op een ondergrond van onbrandbaar materiaal zijn geplakt of op board,
triplex, multiplex, spaanplaat of hout in de hiervoor aangegeven hoedanigheid.
Toepassing van Kunststoffen in dit geval plaatmateriaal:
· Deze stoffen en alle hiervoor genoemde stoffen en materialen moeten voldoen aan NEN
6065, uitgave 1991, en NEN 6065/C1, uitgave 1992, klasse 2.
· Deze stoffen en materialen mogen nadat zij in aanraking zijn gekomen met vuur of nadat zij
aan hoge temperaturen hebben blootgestaan geen prikkelende of voor de gezondheid
schadelijke gassen of dampen ontwikkelen en mogen niet druipen.
Toepassing van papier zoals behangpapier, crêpepapier en fotopapier:
· Het papier moet zijn geplakt op een ondergrond van onbrandbaar materiaal of op board,
triplex, multiplex, spaanplaat, hout of glas in de hiervoor omschreven hoedanigheid, dan wel
het papier moet door impregneren voldoen aan NEN 6065, uitgave 1991, en NEN 6065/C1,
uitgave 1992, klasse 2.
Letten op brandvertragende kwaliteit:
Eerder is gebleken dat het voor de consument niet eenvoudig is om de brandveilige materialen te
onderscheiden. U dient bij uw leverancier nadrukkelijk te vragen naar de artikelen met een
brandvertragende kwaliteit. Daarbij moet u opletten of op de verpakking is aangegeven dat het hier
een brandvertragende kwaliteit betreft. Het is verstandig om de verpakking te bewaren om aan te
kunnen tonen dat het materiaal een brandvertragende kwaliteit bezit.
Als u twijfelt of het materiaal brandvertragend is, kunt u dit met een eenvoudige proef zelf testen.
Daarbij gaat u als volgt te werk:
· u neemt een monster (5 x 25 cm) van het materiaal en houdt een uiteinde hiervan in een vlam van
een ontstekingsbron zoals bijvoorbeeld een aansteker of lucifer;
· Wanneer het proefstuk heeft vlam gevat neemt u de ontstekingsbron weg;
· Nadat de ontstekingsbron is weggenomen moeten de vlammen direct doven;
· Indien dit niet het geval is, heeft het materiaal niet de vereiste brandvertragende kwaliteit.
Het behoeft natuurlijk geen uitleg dat u bovenstaande proef altijd in de buitenlucht moet
uitvoeren.
Impregneren van brandbare materialen
Leveranciers van impregneermiddelen laten deze toetsen bij TNO volgens de NEN norm 1722 en NEN 6065
klasse 2. Hiervoor wordt vervolgens een certificaat afgegeven. Inmiddels zijn er ook impregneermiddelen getest
op textiel en papier volgens NEN-EN 13823 (vergelijkbaar met NEN 6065) en NEN-EN-ISO 6940 en 6941
(voor hangend textiel). Met de producten van de leveranciers die hieronder staan vermeld is het mogelijk om
versieringen zo te behandelen dat ze voldoen aan de eisen in dit document.
---
Voorwaarde is wel dat de behandeling vakkundig plaatsvindt. Daarom bevat de lijst ook bedrijven die deze
middeleln op vakkundige wijze kunnen toepassen. Voor het impregneren van brandbare materialen kunt u bij
gecertificeerde bedrijven terecht.
In deze lijst vindt u bedrijven die impregneermiddelen verkopen én bedrijven die de middelen toepassen, of
beide.
Ajax Brandbeveiliging b.v. Saval
Atoomweg 7 Huifakkerstraat 22
9743 AJ Groningen 4815 PN Breda
050-3682555 076-5487000
www.ajaxfire.nl www.saval.nl
categorie: A,Y categorie:C,Y
Protect Brandbeveiliging Velco
Postbus 20 Niels Bohrweg 131
8070 AA Nunspeet 3542 CA Utrecht
0341-257626 030-2410255
info@protectbrandbeveiliging.nl info @ velco.nl
categorie: A,Y categorie:C,Y
Flame Guard b.v. Gerco Beveiligingen b.v.
Hulzenseweg 10-20 Bergambachtstraat 3
6534 AN Nijmegen 2871 JB Schoonhoven
024-3789581 0182-383577
info @ flameguard.nl info @ gerco.nl
categorie: A,Y categorie:C,Y
Magma Applicatins b.v. AVB Brandbeveiliging
Rivium Quadrant 94 Schutsboom 17
2909 LC Cappele aan den IJssel 4847 HZ Teteringen
010-2884333 076-5871649
info @ magma.nl
info avb @ concept.nl
categorie: A,Y categorie: Z
categorie:
A= bedrijf is leverancier van impregneermiddelen (geen specifieke toepassing vermeld)
B= bedrijf is leverancier van o.a. impregneermiddelen voor rieten daken
C= bedrijf is leverancier van o.a. impregneermiddelen voor hout
Y= bedrijf impregneert met eigen materialen
Z= bedrijf impregneert met materialen van derden
NB.
· Bovenstaand overzicht bestaat uit bij de brandweer Elburg bekend zijnde bedrijven. Het overzicht
is niet uitputtend.
· Wijzigingen en aanvullingen op bovenstaand overzicht kunnen schriftelijk worden ingediend bij
Brandweer Elburg.
· Bedrijven kunnen geen rechten ontlenen aan het feit dat zij op het overzicht wel, al dan niet
vermeld zijn.
· Brandweer Elburg kan met bovenstaand overzicht geen volledige garantie geven voor de juistheid
van de gegevens en de betrouwbaarheid van producten en diensten van de daarin opgenomen
bedrijven.
Informatie
Voor nadere vragen met betrekking tot deze informatie over brandveiligheid kunt u kontact opnemen
met brandweer Elburg (0525-689155/688621).