De Nederlandse Bank


Ten geleide van het ECB Maandbericht april 2006

Nieuwsbericht
Datum12/04/2006
OrganisatieDNB

In zijn op 6 april 2006 gehouden vergadering heeft de Raad van Bestuur van de ECB op basis van zijn reguliere economische en monetaire analyses besloten de basisrentetarieven van de ECB onveranderd te laten, na de verhoging met 25 basispunten op 2 maart 2006. De informatie die sinds het besluit in maart beschikbaar is gekomen, bevestigt de beoordeling van de Raad van Bestuur dat de verdere aanpassing van de accommoderende beleidskoers in maart gewettigd was om het hoofd te bieden aan de opwaartse risico's voor de prijsstabiliteit. Het blijft van essentieel belang de middellange- tot langetermijninflatieverwachtingen in het eurogebied stevig verankerd te houden op een niveau dat in overeenstemming is met prijsstabiliteit. Een dergelijke verankering van de inflatieverwachtingen is een eerste voorwaarde voor het monetaire beleid om een voortdurende bijdrage te kunnen leveren aan ondersteuning van de economische groei en de werkgelegenheidscreatie in het eurogebied. Met nog altijd zeer lage rentetarieven over het gehele looptijdenspectrum, zowel in nominale als reële termen, en met een krachtig blijvende groei van de geldhoeveelheid en de kredietverlening en ruime liquiditeitsverhoudingen, blijft het monetaire beleid accommoderend. De Raad van Bestuur zal alle ontwikkelingen zeer nauwlettend blijven volgen om er voor te zorgen dat de risico's voor de prijsstabiliteit op de middellange termijn zich niet concretiseren.

Om te beginnen met de economische analyse, recente gegevens hebben de beoordeling van de Raad van Bestuur bevestigd dat de vooruitzichten voor economische groei in het eurogebied verbeteren, na de gematigdere ontwikkelingen eind 2005. Op basis van de meest recente gegevens, enquêteresultaten en verschillende op indicatoren gebaseerde ramingen, lijkt het er op dat de groei in de eerste helft van 2006 krachtiger wordt en breder wordt gedragen. De voorwaarden voor sterkere groei blijven de komende kwartalen aanwezig. De bedrijvigheid in de wereldeconomie blijft krachtig, hetgeen steun geeft aan de uitvoer uit het eurogebied. De verwachting is dat de investeringen krachtig blijven, profiterend van een langdurige periode van zeer gunstige financieringscondities, balansherstructureringen, en geaccumuleerde en aanhoudend toenemende winsten en efficiëntie bij bedrijven. De consumptiegroei zou in de loop der tijd eveneens moeten aantrekken, in overeenstemming met ontwikkelingen in het reëel besteedbaar inkomen, aangezien de arbeidsmarktsituatie zich geleidelijk blijft verbeteren. Dit vooruitzicht voor de economische bedrijvigheid wordt tevens bevestigd door de beschikbare prognoses van internationale organisaties en instellingen in de particuliere sector.

De risico's voor de economische groei lijken op de kortere termijn globaal genomen in evenwicht. Verder vooruitblikkend, komen de neerwaartse risico's nog steeds voort uit mogelijke stijgingen van de olieprijs en bezorgdheid over mondiale onevenwichtigheden.

Wat betreft de prijsontwikkeling, bedroeg volgens de voorlopige (flash) raming van Eurostat de HICP-inflatie op jaarbasis in maart 2006 2,2%, vergeleken met 2,3% in februari en 2,4% in januari. Op de korte termijn blijft de inflatie waarschijnlijk boven 2%, waarbij de exacte niveaus grotendeels zullen afhangen van de ontwikkelingen in de volatielere componenten van de index. Op een iets langere termijn is de verwachting dat veranderingen in de door de overheid gereguleerde prijzen en de indirecte belastingen de inflatie in 2006 en 2007 aanzienlijk zullen beïnvloeden, en tevens kan een opwaartse impact worden verwacht van de indirecte effecten van olieprijsstijgingen uit het verleden. Tegelijkertijd is de loondynamiek in het eurogebied gedurende de afgelopen kwartalen gematigd gebleven en is de verwachting dat de stijging van het loonpeil beperkt zal blijven, deels als gevolg van krachtige mondiale concurrentiedruk, met name in de verwerkende industrie. In het recente verleden heeft een gematigde ontwikkeling van de lonen bijgedragen aan het temperen van de binnenlandse inflatoire druk; vooruitkijkend is het van essentieel belang dat de sociale partners in dit opzicht hun verantwoordelijkheid blijven nemen, ook in de context van een gunstiger economisch klimaat.

De risico's voor de vooruitzichten van de prijsontwikkeling blijven van opwaartse aard en omvatten een verdere stijging van de olieprijs, een mogelijk krachtiger doorwerking van de olieprijsstijgingen in de consumptieprijzen dan thans wordt voorzien, additionele stijgingen van de door de overheid gereguleerde prijzen en indirecte belastingen, en - in fundamentelere zin - krachtiger loon- en prijsontwikkelingen dan verwacht als gevolg van tweede-ronde-effecten van olieprijsstijgingen uit het verleden.

Wat betreft de monetaire analyse, bevestigen de meest recente ontwikkelingen dat het stimulerende effect van het lage rentepeil de dominante factor blijft achter het hoge trendmatige groeitempo van de monetaire expansie. Bovendien is het groeitempo op jaarbasis van de kredietverlening aan de particuliere sector over de afgelopen maanden blijven stijgen, waarbij de kredietverlening aan huishoudens - met name voor woninghypotheken - en aan niet-financiële ondernemingen snel toenam. Over het geheel genomen, blijft de sterke groei van de geldhoeveelheid en de kredietverlening in een klimaat van ruime liquiditeit in het eurogebied wijzen op opwaartse risico's voor de prijsstabiliteit op de middellange tot langere termijn.

Samengevat, wordt voorzien dat de inflatie op jaarbasis in 2006 en 2007 verhoogd zal blijven, en geeft de economische analyse aan dat de risico's voor de prijsstabiliteit van opwaartse aard blijven. Gezien de sterkte van de monetaire groei en de ruime liquiditeitssituatie in een context van aantrekkende economische bedrijvigheid, geeft de onderlinge toetsing van de uitkomsten van de economische analyse aan die van de monetaire analyse steun aan de beoordeling dat de opwaartse risico's voor de prijsstabiliteit op de middellange- tot lange-termijn overheersen. Het is van essentieel belang dat de middellange-termijninflatieverwachtingen stevig verankerd blijven op een niveau dat in overeenstemming is met prijsstabiliteit. Dienovereenkomstig zal de Raad van Bestuur alle ontwikkelingen zeer nauwlettend blijven volgen om ervoor te zorgen dat de risico's voor prijsstabiliteit zich niet concretiseren, om zo een voortdurende bijdrage te leveren aan duurzame economische groei en werkgelegenheidscreatie.

Met betrekking tot het begrotingsbeleid, betekenen, hoewel de voor 2005 gerapporteerde begrotingsuitkomsten in de meeste gevallen beter zijn dan een aantal maanden geleden werd voorzien, de begrotingssaldi die voor 2006 gepland zijn geen aanzienlijke voortgang met begrotingsconsolidatie voor het eurogebied als geheel. Gezien de economische vooruitzichten is een sneller tempo van tekortreductie noodzakelijk. Het uitstellen van begrotingsconsolidatie in een tijd van aantrekkende economische bedrijvigheid betekent risico's op de middellange termijn, zoals in het verleden te zien is geweest. Het versnellen van tekortreductie op basis van geloofwaardige en volledig gespecificeerde maatregelen die onderdeel vormen van een veelomvattend hervormingsprogramma zou helpen het vertrouwen in de middellange-termijnvooruitzichten voor het eurogebied te verbeteren en een herhaling van de ervaringen uit het verleden voorkomen, toen zelfgenoegzaamheid in goede tijden bijdroeg aan hardnekkige begrotingsonevenwichtigheden.

Wat betreft structurele hervormingen, verwelkomt de Raad van Bestuur de oproep van de Europese Raad, die op 23-24 maart 2006 bijeenkwam in Brussel, om de dynamiek van de nieuw gestarte Lissabon-strategie voor groei en werkgelegenheid te handhaven. Zoals de Europese Raad benadrukt, dient alle aandacht nu gericht te zijn op het waarborgen van effectieve, tijdige en volledige uitvoering van de maatregelen zoals die in de door de lidstaten gepresenteerde nationale hervormingsprogramma's zijn overeengekomen en, indien nodig, op aanscherping ervan. Deze maatregelen zijn erop gericht om, onder meer, de houdbaarheid en de kwaliteit van de overheidsfinanciën te verbeteren, flexibele arbeids- en productmarkten te bevorderen, een gunstig ondernemingsklimaat te ondersteunen en een volledig operationele interne markt in de EU te waarborgen, met inbegrip van de markten voor energie en diensten. Het doorvoeren van veelomvattende structurele hervormingen is in het bijzonder van belang voor de landen van het eurogebied, om de loon- en prijsflexibiliteit te vergroten en de bestendigheid tegen schokken te verbeteren, structurele aanpassingen te vergemakkelijken, de potentiële-productiegroei en werkgelegenheidscreatie te doen toenemen en de prijsdruk terug te brengen, om zo de taak van het gemeenschappelijke monetaire beleid te vergemakkelijken.

De Engelstalige versie van dit nummer van het Maandbericht bevat drie artikelen. Het eerste artikel houdt zich vooral bezig met het belang van hervorming van de overheidsuitgaven voor economische groei en stabiliteit in het eurogebied. In het tweede artikel worden de belangrijkste operationale, automatiserings- en juridische aspecten van het portefeuillebeheer aan de ECB besproken. Het derde artikel biedt een overzicht van de bestaande monetaire en wisselkoersarrangementen van het eurogebied met derdenlanden.

Links

ECB Maandbericht