11-04-200
6
Meningen verdeeld over wijziging Wet BOPZ
Utrecht, 11 april 2006. De ministers van Justitie en VWS willen de
voorwaardelijke machtiging van de Wet Bijzondere opneming in
psychiatrische ziekenhuizen (BOPZ) aanpassen. De belangrijkste
verandering is dat niet langer de patiënt zelf, maar de rechter moet
inschatten of iemand in de maatschappij kan functioneren en of hij
zich aan het behandelplan en de voorwaarden zal houden. Een aantal
deskundigen zet kanttekeningen bij deze wijziging. Het merendeel is
positief over de wijziging dat patiënten sneller kunnen worden
opgenomen als het in de maatschappij niet lukt.
In opdracht van het Wetenschappelijk Onderzoek en Documentatiecentrum
(WODC) van het ministerie van Justitie voerde het Trimbos-instituut
een kleinschalig onderzoek uit om de meningen te peilen van rechters,
officieren van justitie en psychiaters over de voorgenomen
wetswijziging van de Wet BOPZ. Deze wet regelt de gedwongen opname en
behandeling van mensen met een ernstige psychische stoornis. De wet
staat gedwongen opname toe als iemand een gevaar is voor zichzelf of
voor zijn omgeving.
Sinds 2004 is de voorwaardelijke machtiging van kracht. Mensen met een
voorwaardelijke machtiging worden niet opgenomen als zij instemmen met
de voorwaarden en het behandelplan. Die gaan meestal over het op tijd
innemen van medicijnen. Mocht het misgaan, dan wordt de patiënt alsnog
gedwongen opgenomen. Relatief weinig mensen krijgen een
voorwaardelijke machtiging opgelegd. Probleem is namelijk dat de
mensen om wie het gaat - bijvoorbeeld mensen met paranoïde
schizofrenie - vaak zélf niet vinden dat ze ziek zijn en dus ook niet
bereid zijn om in te stemmen met het behandelplan.
De ministers van Justitie en VWS willen de Wet BOPZ daarom aanpassen.
Voortaan zou de rechter, en niet de patiënt zelf, moeten inschatten of
hij zich aan de voorwaarden en het behandelplan zal houden. Een aantal
deskundigen uit het onderzoek vraagt zich af of de rechter deze
inschatting wel kan maken en of er in dat geval niet teveel voor de
patiënt wordt gedacht en besloten. Sommige psychiaters vrezen dat
vooral patiënten met weinig tot geen ziekte-inzicht en wilsonbekwamen
het risico lopen om tussen wal en schip terecht te komen als zij een
voorwaardelijke machtiging opgelegd krijgen. In het onderzoek wordt
ervoor gepleit om uitsluitend mensen met een breed sociaal netwerk,
die in het verleden hebben laten zien dat ze zich buiten de inrichting
aan de behandeling houden en die intensief contact onderhouden met hun
behandelaar in aanmerking te laten komen voor een voorwaardelijke
machtiging.
Het rapport Thuis onder voorwaarden; wat deskundigen verwachten van de
effecten van de wijziging voorwaardelijke machtiging Wet BOPZ is
verkrijgbaar bij het Trimbos-instituut via www.trimbos/producten,
bestelnummer AF0656.
---
Voor meer informatie, bel Henk Maurits (030 - 297 11 38) of Harald
Wychgel (030 - 297 11 16), voorlichters Trimbos-instituut.
Bezoekadres: Da Costakade 45, Utrecht.
Postadres: Postbus 725, 3500 AS Utrecht.
Telefoon (030) 297 11 00 Fax: (030) 297 11 11