Secretariaat Ministerraad |Aan de voorzitter van de Tweede Kamer | |
|Postadres | | |der Staten-Generaal | |Postbus 20001 | | | |2500 EA Den Haag | | | |Bezoekadres | | | | |Binnenhof 19, Den Haag | | | |Contactpersoon | | | | | | | | | | |E-mail | | | | | | | | | | |Telefoon | | | | | | |Datum |Kenmerk |Onderwerp | |Fax |10 april 2006 |06M43186 |Regeldruk | | |In uw brief van 21 maart jl. heeft u aan de ministers voor Bestuurlijke Vernieuwing en Koninkrijksrelaties, Economische Zaken en Financiën en aan mij het verzoek gedaan een brief op te stellen naar aanleiding van de zogeheten Catshuissessie over het onderwerp 'regeldruk'. Tevens werd het kabinet verzocht in die brief in te gaan op een aantal andere punten, waaronder de reductie van het aantal statistische verplichtingen, de 'nationale koppen' op EU-wetgeving, de inventarisatie van de regeldrift door inspecties zelf, het negentig- puntenplan van het CDA, de motie Koopmans (29362, nr. 73) over de halvering van monitors en registratieverplichtingen en de motie Smeets (29515, nr. 119) over een objectieve meting van de lastenverlichting voor het midden- en kleinbedrijf.
Met deze brief voldoet het kabinet aan uw verzoek. Ik zal eerst een korte impressie geven van hetgeen op de regeldrukconferentie van 15 maart jl. en in de Catshuissessie van 20 maart jl. is besproken. Vervolgens geef ik in de brief een overzicht van brieven en rapporten over het brede onderwerp regeldruk, die de Kamer de komende periode tegemoet kan zien.
Een van de hoofddoelen van dit kabinet is dat het zakendoen van burgers en bedrijven met de overheid beter en makkelijker wordt en dat burgers en bedrijven meer ruimte krijgen. Regels kunnen daarbij helpen, maar ook hinderen. Uit onderzoeken die u reeds hebben bereikt blijkt, dat de hinder te maken kan hebben met de regels zelf, maar dat deze ook kan voortkomen uit de organisatie van de uitvoering. Het kabinet wil zich daarom zowel richten op het reduceren en versimpelen van regels als op het verhogen van de kwaliteit van de uitvoering. Dit was één van de noties die in de Catshuissessie centraal stonden. Er ligt voldoende werk voor meerdere kabinetsperiodes. Het kabinet constateerde in de Catshuissessie ieder geval dat het op schema ligt, dat er een extra impuls wenselijk is, en dat de kwaliteit van de overheid een zaak is van álle overheden.
Regeldrukconferentie
Op 15 maart jl. heeft een delegatie van het kabinet, bestaande uit de minister-president en de ministers van Financiën, Economische zaken, Justitie en voor Bestuurlijke Vernieuwing en Koninkrijksrelaties een conferentie gehouden met een breed samengesteld gezelschap van vertegenwoordigers van het bedrijfsleven en maatschappelijke organisaties. Daar is besproken welke oorzaken ten grondslag liggen aan het ontstaan van regels en regeldruk, welke rol de communicatie tussen maatschappij en overheid daarbij speelt en wat eenieder daar vanuit zijn eigen verantwoordelijkheid aan zou kunnen doen. Regels vormen immers de ruggengraat van de samenleving en iedereen heeft belang bij zowel de transparantie van de regelgeving, of die nu van de overheid komt of vanuit maatschappelijke organisaties, bij kwaliteit en bestendigheid en bij het zo min mogelijk belastend en beperkend maken van die regels. Daarbij zijn suggesties gedaan die betrekking hebben op de omgang tussen overheid en samenleving, waaraan het kabinet gestalte wil geven. Te denken valt hierbij in het bijzonder aan de algemene, uniforme en openbare consultatie over wetsvoorstellen via internet en aan afspraken over de inwerkingtreding van nieuwe regels. Deze conferentie vormde de opmaat naar de Catshuissessie.
Catshuissessie
Een aantal malen per jaar komt het kabinet bijeen om informeel van gedachten te wisselen over een bepaald onderwerp. Dat is bijvoorbeeld het geval geweest in 2005 bij het programma Andere Overheid en op 20 maart jl. over regeldruk. De vraagstelling die daar ter tafel lag was, kort gezegd, wat het kabinet het komende jaar nog zou kunnen doen om de inspanningen op het gebied van regeldruk te intensiveren. Er is door dit kabinet een grote hoeveelheid acties in gang gezet, zoals de reductie van administratieve lasten voor bedrijven en burgers, het bestrijden van tegenstrijdige regels en het wegnemen van ergernissen bij burgers en bedrijven. Maar het kabinet is - mede gelet op de reacties uit de samenleving - van mening dat extra inspanningen wenselijk zijn om de vermindering van de regeldruk meer merkbaar te maken. In de Catshuissessie is daarom een aantal aanvullende afspraken gemaakt.
In de eerste plaats wordt een aantal zeer concrete dossiers, waarover het kabinet veel klachten bereiken, doorgelicht met als doel de administratieve lasten, inspanningen en kosten van burgers en bedrijven vergaand terug te dringen. Zo moet het makkelijker worden gemaakt voor werkende ouders om een tegemoetkoming te krijgen voor kinderopvang. Verder moet de zogenaamde omgevingsvergunning ervoor zorgen dat (ver)bouwprojecten sneller en makkelijker van start kunnen gaan. Arbo-regelgeving die meer hindert dan beschermt zal worden gewijzigd. Deze voorstellen worden de komende maanden nader uitgewerkt en zullen aan uw Kamer worden voorgelegd.
Voorts is afgesproken dat het kabinet met de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) en het Interprovinciaal Overleg (IPO) in het zogeheten 'overhedenoverleg' zal overleggen over een actieve medewerking van de overige overheden bij de vermindering van regels en het verbeteren van de uitvoering op lokaal en provinciaal niveau; zij spelen daarin immers een belangrijke rol. Tevens zal door een delegatie van het kabinet overleg gevoerd worden met het College Bescherming Persoonsgegevens over de mogelijkheden en voorwaarden voor de eenmalige gegevensverstrekking aan de overheid en het benutten door de overheden van basisregistraties. Daarnaast zal een initiatief worden ontwikkeld om burgerpanels te vormen. Zo kan de overheid de grootste ergernissen van burgers en hun beeld over de vermindering daarvan, niet alleen via internet (www.lastvandeoverheid.nl) maar ook uit direct contact vernemen. Met het CBS e.a. zal indringend overleg plaatsvinden over de mogelijkheden van verdere reductie van de enquêtedruk.
Voorlichting is een belangrijk instrument bij het informeren van burgers over nieuwe en de veranderde werking van regels. Het is essentieel dat burgers en ondernemers goed en in samenhang geïnformeerd worden over de vereenvoudigingen. Zo zijn er bijvoorbeeld ondernemers die veel strikter met persoonsgegevens omgaan dan de gelijknamige wet vereist. Het kabinet wil dat de geboden vrijheden goed worden benut en heeft daarom besloten tot een extra voorlichtingsinspanning om duidelijk te maken welke zaken zijn versoepeld en op wie deze versoepeling betrekking heeft. Voorts zal een plan worden ontwikkeld voor algemene, uniforme openbare internetconsultatie bij de voorbereiding van wetgeving.
De voortgang van de verschillende inspanningen zal worden bewaakt door een Ministeriële Stuurgroep regeldruk. Deze zal bestaan uit de minister- president, de minister van Financiën, de staatssecretaris van Economische Zaken, de minister voor BVK en de minister van Justitie, naar gelang het onderwerp van discussie aangevuld met een of meerdere vakministers.
Verdere aanpak en resultaten regeldruk Momenteel wordt op verschillende departementen de laatste hand gelegd aan een aantal rapportages op het gebied van regeldruk. Het gaat daarbij om: De voortgangsrapportage over administratieve lasten voor bedrijven; hierin zal worden ingegaan op de door de heer Aptroot aangehaalde statistische verplichtingen. Tevens komt het 90 punten-plan van het CDA aan de orde, de motie Smeets over het meten van lastenverlichting. en de motie Koopmans over een pakket aan aanvullende reductiemogelijkheden van E 2 miljard; Het verslag van de regeldrukconferentie; Het plan van aanpak uitvoering motie Koopmans over de halvering van monitors en registratieverplichtingen; De verdere uitwerking van de aanpak van de administratieve lasten voor burgers. Hierin wordt tevens een reactie gegeven op het onlangs verschenen advies van Actal;
De door de staatssecretaris van EZ toegezegde reactie op de honderd Europese koppen;
De kabinetsreactie op de 'top 10 van de commissie Stevens'; De kabinetsreactie op het domeinrapport Financieel-administratieve regelgeving en de kabinetsreactie op het domeinrapport Industrie. De doorlichting van het vergunningenstelsel; De aanpak van de strijdige regels; Het plan van aanpak uitvoering motie Aptroot over reductie toezichtlast (30 300, nr. 29).
Het kabinet zal deze deelrapporten waar nuttig bundelen en in de loop van de komende maand aan uw Kamer aanbieden. Het plan van aanpak naar aanleiding van de motie Aptroot zal in juni 2006 worden aangeboden.
DE MINISTER-PRESIDENT,
Minister van Algemene Zaken,
Mr.dr. J.P. Balkenende