Inhoud van de pagina:
Opinie 13: `Verlies van de grutto is verlies van het Nederlands cultureel
erfgoed'
THEUNIS PIERSMA, HOOGLERAAR DIERECOLOGIE:
De bescherming van bedreigde weidevogels als de grutto en de
veldleeuwerik schiet tekort, vindt professor dr. Theunis Piersma,
hoogleraar Dierecologie aan de Rijksuniversiteit Groningen. Ondanks
alle maatregelen die de afgelopen jaren zijn genomen, blijft het
aantal broedende grutto's in Nederland razendsnel dalen. Dat is extra
zorgwekkend omdat meer dan negentig procent van de Europese grutto's
broedt in Nederlandse weilanden. Als de vogels uit ons land verdwijnt,
sterft hij uit. Piersma pleit voor een totaal andere aanpak.
`Het weidevogelprobleem is eigenlijk een cultureel probleem', zegt
Piersma. `Het probleem is het verdwijnen van een ecologisch uitermate
rijk en wereldwijd volkomen uniek Nederlands cultuurlandschap. De
achteruitgang van het aantal weidevogels in Nederland, niet alleen
grutto's maar bijvoorbeeld ook zomertalingen en veldleeuwerikken, komt
door het verdwijnen van het landschap waar die beesten zich thuis
voelen. Weidevogels houden van kleinschalig, open en nat grasland met
enige bemesting, maar niet teveel. Door die openheid kunnen ze
roofvogels eerder opmerken, door de nattigheid heeft een natuurlijke
vijand als de vos minder kans. Het zijn vogels die horen bij het
traditionele Nederlandse boerenlandschap en dat verdwijnt steeds
meer.'
Het aantal weidevogels verkeert al jaren in een vrije val, legt
Piersma uit. Op dit moment zijn er in Nederland naar schatting minder
dan 30.000, en misschien wel minder dan 20.000 broedpaartjes van de
grutto. `Grote delen van het landschap zijn tegenwoordig helemaal
gruttovrij, terwijl er in mijn middelbare schooltijd ruim boven de
100.000 paartjes waren. Het overgrote deel van de grutto's in Europa
broedt in ons land. Het is een van de enige diersoorten waarvoor de
volledige verantwoordelijkheid voor het overleven bij Nederland ligt.'
Beheersmaatregelen
Bedreigde weidevogels worden op dit moment onder meer beschermd met
beheersmaatregelen door boeren. Koeien worden iets langer in de stal
gehouden om te voorkomen dat nesten vertrapt worden en weilanden
worden gemaaid volgens het zogeheten mozaïekbeheer, waarbij stukken
met kort en lang gras elkaar afwisselen. Het lange gras moet kuikens
tegen roofdieren beschermen in de periode tussen het uitkomen en het
moment dat ze leren vliegen.
`Eigenlijk zijn het goedbeschouwd allemaal halve maatregelen', vindt
Piersma. Het werkelijke probleem is het verdwijnen van de natuurlijke
leefomgeving van de vogels. Piersma pleit voor financiële steun aan
agrariërs zodat zij bestaande weidevogellandschappen, die door hun
kleinschaligheid zeer arbeidsintensief zijn, in stand kunnen houden.
Met een dergelijke landbouwsubsidie zou je twee vliegen in één klap
slaan, zegt hij. Aan de ene kant bescherm je bedreigde vogelsoorten,
aan de andere kant geef je een financiële impuls aan kleine
plattelandsgemeenschappen die worden bedreigd door schaalvergroting.
`Ik constateer dat er vanuit de Europese Unie ontzettend veel geld in
het platteland wordt gepompt, maar dat leidt alleen tot ingrepen
waardoor het landschap steeds meer in een ecologische woestijn
verandert. Het geld is er dus wel, je zou het alleen op een andere
manier moeten besteden. Daar hebben zowel de fauna als bewoners van
het platteland baat bij.'
Museumlandschap
Bescherming van weidevogels lukt alleen via maatregelen in de
agrarische sector, benadrukt Piersma. `Grutto's kunnen niet broeden in
natuurgebieden. Als je niet boert, heb je geen weidevogels. Het land
waar die beesten broeden móét gemaaid worden, alleen niet te vroeg. En
er moet bemesting zijn.'
Piersma is niet bang dat het Nederlandse landschap met een dergelijke
maatregel in een museumlandschap verandert. `Eigenlijk is dat het
enige obstakel. Er rust in Nederland nog een taboe op het denken over
een museumlandschap. En wat dan nog, eigenlijk? Nederland staat toch
vol met musea waar we dingen die de moeite waard zijn bewaren en
beschermen? Net zo goed als je historisch waardevolle binnensteden,
denk aan de grachtengordel van Amsterdam of de Leidse binnenstad in
stand houdt, kun je kiezen om waardevolle stukken van je landschap te
bewaren.'
`Als je weidevogelbescherming een bijwagen maakt van het herstel van
het kleinschalige agrarisch landschap, bereik je veel meer dan met de
huidige speciaal op weidevogels gerichte maatregelen. Die zijn
namelijk op hun beurt een bijwagen van de huidige, intensieve
landbouwsystemen die juist heel slecht voor weidevogels zijn.'
Curriculum vitae
Professor dr. Theunis Piersma is hoogleraar Dierecologie aan de
Rijksuniversiteit Groningen en is als waddenbioloog verbonden aan het
Koninklijk Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee (NIOZ) in Den
Burg op Texel. De laatste twee jaar houdt hij zich ondermeer bezig met
populatiestudies bij de grutto. Piersma is bestuurslid van Vereniging
It Fryske Gea en is lid van de wetenschappelijke adviescommissie van
Vereniging Natuurmonumenten. /EA
Informatie
prof.dr. Th. Piersma, (050) 363 2043 of (0222)36 94 85, e-mail
t.piersma@rug.nl
Rijksuniversiteit Groningen