Ministerie van Buitenlandse Zaken

Aan de Voorzitter van de TweedeKamerderStaten-Generaal Binnenhof4
Den Haag Directie Zuidoost en Oost-Europa Bezuidenhoutseweg 67
Postbus 20061
2500 EB Den Haag

Datum7 april 2006BehandeldChristophe Kamp

KenmerkDZO-058/06Telefoon348 5002

Blad1/3Fax348 5329

Bijlage(n)Email christophe.kamp@minbuza.nl
BetreftBeantwoording verzoek om reactie op de verkiezingsuitslagen in Wit-Rusland en Oekraïne

In antwoord op het schriftelijke verzoek, ingediend door de vaste commissie voor Buitenlandse Buitenlandse Zaken, bied ik u hierbij gaarne mijn reactie aan op de uitslag van de presidentsverkiezingen in Wit-Rusland van 19 maart jl. en de parlementsverkiezingen van Oekraïne op 26 maart jl. Het verzoek werd gedaan op 13 maart met kenmerk 06-BUZA-B-26. Wit-Rusland

Op 20 maart jl. maakte de internationale waarnemingsmissie van de OSVE/ODIHR bekend dat de presidentsverkiezingen in Wit-Rusland op 19 maart niet vrij en eerlijk waren verlopen. De kritiek van de OVSE richtte zich niet zozeer op het relatief ordelijke stemproces op de verkiezingsdag zelf. De kritiek was vooral gericht op de periode voorafgaande aan de verkiezingen waarbij president Loekasjenko staatsinstellingen misbruikte om onafhankelijke meningen van personen, media, of organisaties te onderdrukken. De twee kandidaten van de democratische oppositie en hun medewerkers werd vrijwel belet om de Wit-Russische bevolking te bereiken. Een tweede aspect van kritiek van de OVSE betrof het volstrekt ontransparante proces van het tellen en verwerken van de stembiljetten. Onafhankelijke waarnemers konden noch het tellen van de stembiljetten goed waarnemen, noch aanwezig zijn bij het verwerken van de uitslagen. Tenslotte bleek een relatief groot aantal stemmen al dagen vóór de verkiezingen te zijn uitgebracht. Gezien bovenstaande tekortkomingen en de grote discrepantie tussen vooraf gedane peilingen en de uiteindelijke officiële uitslag (ruim 82% voor president Loekasjenko) kan van enig vertrouwen in de uitslag geen sprake zijn. Nederland was binnen de OVSE-waarnemingsmissie vertegenwoordigd met 2 lange-termijn-waarnemers en 9 korte-termijn-waarnemers.

Daags na de verkiezingen zijn honderden personen opgepakt die demonstreerden op het Oktoberplein in Minsk. Nagenoeg zonder uitzondering werden deze personen veroordeeld tot gevangenisstraffen van tussen 10 en 15 dagen. Oppositiekandidaat Kazulin werd op 25 maart opgepakt en de Wit-Russische autoriteiten bereiden een zaak voor om dhr. Kazulin voor langere tijd te veroordelen. De EU-ambassades in Minsk dringen aan op het verkrijgen van toegang tot deze personen en pleiten voor hun vrijlating. Tot dusver is die toegang ontzegd. Ook het EU-Voorzitterschap heeft publiekelijk gepleit voor hun vrijlating. De vreedzame demonstraties vormen in deze omvang een nieuw fenomeen in Wit-Rusland en als zodanig een nieuwe stap in de opbouw van de oppositiebeweging.

Het Oostenrijkse EU-voorzitterschap verklaarde op 22 maart dat aanvullende restrictieve maatregelen genomen zullen worden tegen het Wit-Russische leiderschap. Het is nadrukkelijk niet de bedoeling dat dergelijke maatregelen de Wit-Russische bevolking treffen. De Europese Raad heeft het optreden van de Wit-Russische autoriteiten tegen vreedzame demonstranten op 24 maart veroordeeld en het besluit om aanvullende restrictieve maatregelen te nemen nogmaals onderstreept. Momenteel wordt gewerkt aan het finaliseren van een lijst met personen die getroffen zullen worden door een visaban. Ook wordt gewerkt aan het uitwerken van de mogelijkheden van het bevriezen van financiële tegoeden van bepaalde personen. Tijdens de RAZEB van 10 april a.s. zal over de EU-maatregelen worden beslist. Intrekking van deze maatregelen zal pas mogelijk zijn na de vrijlating en rehabilitatie van alle politieke gevangenen, significante democratisering, en respect voor fundamentele vrijheden in het algemeen. De EU coördineert haar maatregelen nauwgezet met de Verenigde Staten. Nederland pleit in EU-kader voor een zo open mogelijke dialoog met de Russische Federatie over de situatie in Wit-Rusland.

De mogelijkheden van de EU de politieke ontwikkelingen in Wit-Rusland op korte termijn te beïnvloeden zijn relatief beperkt. Voor de middellange termijn zullen de EU en Nederland zich kritisch t.a.v. het Wit-Russische regime opstellen, maar tegelijkertijd zo ondersteunend mogelijk zijn richting de civil society en andere democratische krachten. Tegelijkertijd zal getracht worden meer contact te leggen met het bij de Wit-Russische overheid werkende middenkader waar zich mogelijk een groot potentieel hervormingsgezinden bevindt.

Oekraïne

Volgens de OVSE zijn de parlementsverkiezingen van 26 maart jl. vrij en eerlijk verlopen. Daarmee heeft het Oekraïense leiderschap een prestatie van formaat geleverd. Nog maar 16 maanden geleden bleken de verkiezingen bij de eerste ronde van de toenmalige presidentsverkiezingen niet vrij en eerlijk. Nederland stuurde 3 lange-termijn-waarnemers en 30 korte-termijn-waarnemers voor de verkiezingen.

De partij van oud-presidentskandidaat Janoekovitsj heeft met 32 % de meeste stemmen behaald. De partij van Timosjenko heeft 22% behaald en de partij van president Joesjtsjenko ruim 14%. Twee andere partijen, de Socialistische Partij en de Communistische Partij, hebben maar net de kiesdrempel van 3% gehaald.

De hervormingsgezinde partijen van Timosjenko en Joesjtsjenko hebben samen meer zetels behaald dan de meer op Rusland gerichte partij van Janoekovitsj. Een breed gevoelen van teleurstelling over het gebrek aan zichtbaarheid van economische hervormingen en de aanhoudende corruptie lijkt te hebben geleid tot zetelverlies van de partij van president Joesjtsjenko. Veel hervormingsgezinde stemmers hebben daarom op Timosjenko gestemd, mede door haar anti-corruptie campagne. Janoekovitsj heeft zijn traditioneel zuidelijke en oostelijke kiezersbasis kunnen behouden. Overigens hebben hervormingsgezinde partijen in verhouding meer zetels behaald dan zij op basis van de uitslag van de presidentsverkiezingen gekregen zouden hebben.

President Joesjtsjenko heeft aangegeven de mogelijkheid tot het vormen van een coalitie met Timosjenko te zullen onderzoeken. Het is nog te vroeg om te oordelen wat de gevolgen voor het verwezenlijken van politieke en economische hervormingen zal zijn. Nederland zal zich blijven inzetten op het verwezenlijken van politieke en economische hervormingen in Oekraïne, vooral binnen het kader van het bestaande EU-Oekraïne Actieplan, en in het kader van het bilaterale Gemeenschappelijk Actieprogramma dat in juni a.s. tijdens het bezoek van president Joesjtsjenko aan Nederland zal worden verlengd.

De Minister van Buitenlandse Zaken,

Dr. B.R. Bot