Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Antwoorden op kamervragen van Omtzigt en Smilde over het opzeggen van zorgverzekeringen

Kamerstuk, 7-4-2006

De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG

DBO-K-U-2672342

7 april 2006

Antwoorden van minister Hoogervorst op kamervragen van de Kamerleden Omtzigt en Smilde over het opzeggen van zorgverzekeringen (2050610360).

Vraag 1
Heeft u kennis genomen van de berichten over "dubbel verzekerd zijn"? 1)

Antwoord 1
Ja.

Vraag 2
Herinnert u zich nog de belofte aan de Kamer, dat de opzegging van de verzekering binnen 10 dagen zou gebeuren en dat als iemand voor 28 februari zijn verzekering heeft opgezegd, hij in ieder geval voor 31 maart premierestitutie heeft?

Antwoord 2
Tijdens het algemeen overleg van 25 januari hebben wij over de problematiek van de dubbele verzekering gesproken. Ik heb toen aangegeven dat verzekeraars er alles aan doen om verzekerden zo snel mogelijk uit te schrijven. Daarbij is ook gesproken over het streven van verzekeraars om binnen tien werkdagen de premie te restitueren. Tijdens het debat heb ik aangegeven dat die toezegging door Zorgverzekeraars Nederland is gedaan na een recente consultatie van de leden. Daarbij heb ik ook aangegeven dat een aantal verzekeraars, met name de verzekeraars die grote aantallen mutaties te verwerken hebben, die streeftermijn van 10 dagen mogelijk niet halen. Daarom hebben verzekeraars aangegeven de uiterste datum van 31 maart te hanteren voor de premierestitutie.

Vraag 3
Op 25 januari 2006 heeft u in een algemeen overleg toegezegd aan de Kamer om met de verzekeraars in overleg te treden om deze termijnen te versnellen. Wanneer heeft overleg tussen u en de verzekeraars hierover plaatsgevonden en welke toezeggingen hebben verzekeraars u gedaan?

Antwoord 3
Ik heb vanwege de implementatie van de Zvw veel contact met Zorgverzekeraars Nederland. Naar aanleiding van het debat in uw Kamer heb ik verzekeraars gewezen op de toezeggingen die zij mij al eerder met betrekking tot de tijdige uit- en inschrijving hadden gedaan. In gesprekken die ik daarover met verzekeraars heb gehad is komen vast te staan dat sommige verzekeraars, vanwege de grote aantallen mutaties, achterstanden hadden opgelopen. De overige verzekeraars slagen er wel in binnen de afgesproken tijd hun verzekerden te informeren. Niettemin zegde Zorgverzekeraars Nederland mij toe dat ook de verzekeraars die met achterstanden in de verwerking te kampen hebben, ernaar streven de gedane toezeggingen na te komen. Ook voor verzekeraars is het immers van belang dat zij zo snel mogelijk hun verzekerdenadministraties op orde hebben. Eind februari heeft nog een groot aantal verzekerden de oude verzekering opgezegd. Bovendien bleek dat een aantal verzekeraars de opzegkaartjes van de verzekerden nog niet naar de oude verzekeraar hadden gestuurd. Hierdoor nam eind februari de werkdruk bij verzekeraars nog eens toe. Inmiddels is mij uit recente contacten met Zorgverzekeraars Nederland gebleken dat de verzekeraars in- en uitschrijvingen waarover nog onduidelijkheid bestaat in bilateraal overleg zullen oplossen. Het gaat daarbij vaak om opzeggingen die via een assurantietussenpersoon of door middel van opzegkaartjes van de nieuwe verzekeraar hebben plaatsgevonden. Het initiatief daarvoor ligt, zo hebben verzekeraars afgesproken, bij de nieuwe verzekeraar. Uitgangspunt daarbij is dat de verzekerde er geen last van mag ondervinden.

Vraag 4
Stel dat op 1 april iemand nog een verzekeraar tegenover zich vindt, die de premie nog niet heeft terugbetaald of -erger nog- beweert dat hij geen opzegkaart/-brief gehad heeft. Welke actie raadt u deze burger aan te nemen? En bent u bereid zo iemand te helpen, bijvoorbeeld door voor hem de verzekeraar te bellen?

Antwoord 4
Hierbij moet een onderscheid worden gemaakt tussen verzekerden die zelf, rechtstreeks de oude verzekering hebben opgezegd en verzekerden die door bemiddeling van de nieuwe verzekeraar of een assurantietussenpersoon de verzekering bij de oude verzekeraar hebben opgezegd.
In geval een verzekerde zelf heeft opgezegd en kan aantonen dat hij tijdig, dus voor 1 maart heeft opgezegd, moet de oude verzekeraar hem uitschrijven. Dan zal ook de premierestitutie door de oude verzekeraar plaatsvinden. Als een verzekerde niet kan aantonen dat hij tijdig heeft opgezegd, door een kopie van de brief of de e-mail over te leggen, dan nog zal de verzekeraar naar alle redelijkheid moeten en willen handelen. De meeste verzekeraars schrijven verzekerden die weg willen uit; het is immers heel lastig om premies te innen bij een verzekerde die al elders, bij de verzekeraar van zijn keuze, verzekerd is. De verzekerde zal immers alleen de premie willen betalen aan de verzekeraar bij wie hij aangegeven heeft verzekerd te willen zijn. In geval een verzekerde aan zijn assurantietussenpersoon of zijn nieuwe verzekeraar verzocht heeft voor hem de opzegging bij de oude verzekeraar te verzorgen dan zal deze verzekerde zich in eerste instantie tot die tussenpersoon of de verzekeraar moeten richten om duidelijk te krijgen of zijn verzoek tot opzegging daadwerkelijk aan zijn oude verzekeraar is overgebracht. Mocht dat om een of andere reden niet het geval zijn dan zal de tussenpersoon respectievelijk de nieuwe verzekeraar dat met de oude verzekeraar moeten oplossen. De oude verzekeraar zal zich dan rekenschap geven van het feit dat de verzekerde elders verzekerd is en dus niet geneigd zal zijn de premie te betalen aan zijn oude verzekeraar.
In beide gevallen is van belang dat de verzekerde zelf de betaling van de premies aan de oude verzekeraar kan stopzetten. De verzekerde zit in dit geval duidelijk zelf aan het stuur.
Indien een verzekerde klachten heeft over de uitvoering van de Zvw dient hij zich in eerste instantie te wenden tot zijn verzekeraar. Is hij het met het besluit van de verzekeraar niet eens dan kan hij zich met zijn klacht wenden tot de Stichting Klachten en Geschillen Zorgverzekeringen. Die is daarvoor immers in het leven geroepen vanwege de in de Zvw opgenomen verplichting voor verzekeraars om zich aan te sluiten bij een geschillenregeling. Vanaf 1 januari 2006 is de Stichting Klachten en Geschillen Zorgverzekeringen actief. Ik kan niet in individuele gevallen bemiddelen tussen verzekeraar en verzekerde en dat hoeft ook niet; daar is nu juist de Stichting Klachten en Geschillen Zorgverzekeringen voor die ook over een eigen Ombudsman beschikt.

Vraag 5
Kunt u deze vragen voor 3 april beantwoorden?

Antwoord 5
Ik heb deze vragen op 7 april beantwoord.

1) Trouw, 23 maart 2006