Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit

WOB-verzoeken

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA Den Haag

ons kenmerk : VD. 2006/1103
datum : 06-04-2006
onderwerp : Uitbraak klassieke varkenspest Duitsland bijlagen :

Geachte Voorzitter,

In reactie op het verzoek van de vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) van 3 april jl., wil ik u graag op de hoogte brengen van de recente ontwikkelingen met betrekking tot de uitbraak van klassieke varkenspest (KVP) in Noord Rijnland Westfalen (NRW). Verder zal ik ook aangeven wat ik doe om de negatieve gevolgen van een introductie van het virus te voorkomen.

Op dit moment zijn er twee gebieden waar KVP is geconstateerd. In het eerste gebied, ingesteld op 3 maart jl. rondom de stad Haltern, is sprake van vijf besmette bedrijven die allemaal in het oorspronkelijk ingestelde beschermingsgebied (3 kilometer cirkel) liggen. Het is een gebied met een paar veelal kleine mestbedrijven die weinig diercontacten hebben met andere bedrijven buiten dit gebied.

Het tweede gebied, ingesteld op 1 april jl. rondom de stad Raesfeld bij Borken, baart mij meer zorgen. De uitbraak is zonder bekende oorzaak 20 kilometer dichter bij de Nederlandse grens gekomen. Net als bij de uitbraken in het eerste gebied blijkt er veel tijd te zitten tussen de vermoedelijke introductie van het virus en het vaststellen van de uitbraak. We moeten dus constateren dat het virustype waar we hier mee te maken hebben, geen ziektebeeld veroorzaakt dat onmiddellijk opvalt en de alarmbellen doet afgaan. De Duitse autoriteiten in NRW hebben tot dusver alle besmette bedrijven en de bedrijven binnen 500 meter en later 1 kilometer van een besmetting geruimd. In aanvulling daarop zijn recent ook alle bedrijven in het 3 kilometerbeschermingsgebied rond de eerste uitbraak geruimd. In Nedersaksen is een contactbedrijf uit voorzorg geruimd.

Naar aanleiding van de gebeurtenissen in Duitsland richt ik mij op twee doelen. Allereerst is het natuurlijk van belang om al het mogelijke te doen om te zorgen dat het virus ons land niet bereikt. Daarnaast is het van belang om te zorgen voor een zo vroeg mogelijke herkenning van KVP mocht het virus ons land toch bereiken of al bereikt hebben.

Om te voorkomen dat het virus Nederland binnenkomt heb ik de volgende acties ondernomen:

* Bestemmingscontrole: ik heb de Voedsel en Waren Autoriteit (VWA) al bij de eerste uitbraak verzocht om alle bedrijven waar vanaf 15 januari jl. varkens zijn aangevoerd uit NRW te bezoeken voor een uitgebreid klinisch onderzoek. Deze week zal de VWA de bedrijven voor een tweede keer bezoeken en het klinisch onderzoek uitbreiden met een bloedonderzoek. Bovendien worden in het onderzoek, naast de al onderzochte bedrijven, nu ook bedrijven betrokken die uit de overige delen van Duitsland varkens hebben ontvangen sinds 15 januari jl. van dit jaar.
De bloedmonsters zullen deze week nog bij het laboratorium van het CIDC in Lelystad worden aangeleverd en ik verwacht u volgende week op de hoogte te kunnen brengen van de uitslagen van dit onderzoek.
* Reiniging en ontsmetting vervoermiddelen: uit Duitsland terugkerende veewagens worden op dit moment onderworpen aan een verplichte tweede reiniging en ontsmetting. Dit wordt uitgebreid naar vervoermiddelen voor voer en mest en andere risicovolle transportmiddelen die op dit moment nog in en naar Duitsland rijden. De Europese Commissie heeft dit opgenomen in haar voorstel dat op 5 april jl. door de vergadering van het permanent comité voor de voedselketen en de diergezondheid is aangenomen. Ik heb dit voorstel van harte gesteund,zeker omdat de Europese invoering van een dergelijke maatregel ook betekent dat iedere lidstaat zich hier aan zal moeten houden.

* Einde certificering voor export naar NRW: in het voorstel van de Europese Commissie wordt gesproken over een verbod om varkens op bedrijven in NRW aan- of af te voeren en een verbod om varkens van buiten Duitsland naar slachthuizen in NRW te zenden. Daarop vooruitlopend en ter ondersteuning heb ik op 3 april jl. de certificering van varkens voor transport naar NRW al stopgezet. Zo wordt er gelijk voor gezorgd dat er straks geen dieren die al onderweg zijn door Duitsland zullen worden teruggestuurd.
* Verhoging bewustzijn: ik heb op 3 april jl. een overleg georganiseerd met partijen die direct of indirect betrokken zijn bij de varkenshouderij. Voor zover dit nog nodig was, is allen op het hart gebonden om alle mogelijke inspanning te plegen om de kans op een varkenspestuitbraak in Nederland te verminderen. Hierbij wil ik graag opmerken dat veel organisaties uit de varkenshouderij zelf al blijk hebben gegeven van het besef van hun verantwoordelijkheid hierin.

* Inzet in Europees verband: in de voorgaande punten heb ik al aangegeven dat ik inzet op een door alle Europese lidstaten gesteunde, voortvarende aanpak van de uitbraak in Duitsland. Dit heeft mede geleid tot het goedkeuren van een pakket van maatregelen door het hierboven genoemde permanent comité, dat onder andere de volgende maatregelen omvat: + a. Vervoersverbod van en naar bedrijven in heel NRW; + b. Geen export van varkens vanuit geheel Duitsland. Uitgezonderd hierop zijn vleesvarkens mits ze 60 dagen op het bedrijf hebben verbleven, er in die periode geen dieren zijn aangevoerd op het bedrijf en er vóór transport een klinisch onderzoek is uitgevoerd;
+ c. Dubbele reiniging en ontsmetting van vervoermiddelen die op bedrijven met varkens in Duitsland zijn geweest. Dit geldt voor vervoermiddelen uit alle Europese lidstaten; + d. Compartimentering in Duitsland voor alle servicediensten (veevoer, mest- en kadaverauto's) die rijden door NRW.

Om er voor te zorgen dat een eventuele aanwezigheid van het KVP-virus in Nederland zo snel mogelijk zal worden opgemerkt, heb ik de volgende acties ondernomen:

* Invoering nieuwe testmethode: ik ga een nieuwe testmethodiek versneld invoeren, vooralsnog voor een proefperiode. Het gaat om een zogenaamde PCR-test die het KVP-virus snel en specifiek kan aantonen in bloed. Tegelijkertijd zal de bestaande regeling nieuw leven worden ingeblazen die inhoudt dat indien er bij een koppel zieke dieren een behandeling met medicijnen wordt ingesteld, bloed dient te worden ingestuurd voor onderzoek op KVP. Deze regeling geldt ook wanneer de varkenshouder en of de dierenarts niet direct denkt aan de aanwezigheid van KVP.

* Inzet andere bronnen voor bloedonderzoek op KVP: ik onderzoek op dit moment hoe bloedmonsters die voor andere doeleinden worden afgenomen effectief kunnen worden aangewend voor onderzoek op KVP. Ik zal u hierover volgende week berichten.

* Extra onderzoek op risicobedrijven: met vertegenwoordigers uit de varkenshouderij wordt overlegd hoe bedrijven kunnen worden geïdentificeerd die een verhoogd risico vormen voor het inslepen van het KVP-virus. Als deze kunnen worden gedefinieerd, zal er extra onderzoek op deze bedrijven plaatsvinden.
* Groep van deskundigen: ik zal binnen een week nog een extra bijeenkomst voor de groep van deskundigen organiseren om de situatie met hen bespreken.

Kort samengevat, ik zet mij volledig in voor een door Europa gesteunde strenge aanpak van de huidige uitbraak in Duitsland. Ik probeer er zo voor te zorgen dat de uitbraak zich niet verder en meer specifiek niet naar Nederland zal uitbreiden. Daarnaast probeer ik mijn blik ook naar binnen gericht te houden zodat een aanwezigheid van het virus binnen onze landsgrenzen wordt opgemerkt vóór dat er een grootschalige verspreiding plaats heeft gevonden.

Ik zal u in de komende tijd te blijven informeren over de verder ontwikkeling.

De minister van Landbouw, Natuur
en Voedselkwaliteit,

dr. C.P. Veerman