Ministerie van Buitenlandse Zaken

Beantwoording Kamervragen over spanning tussen Nederland en Venezuela

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4
Den Haag | |Directie Westelijk Halfrond
Adviseur Koninkrijkszaken
Bezuidenhoutseweg 67
Postbus 20061
2500 EB Den Haag | |

|Datum |6 april 2006                        |Behand|mr A.M.H.L.M.        |
|      |                                    |eld   |Schellekens          |
|Kenmer|DWH/AK-06/027                       |Telefo|070 - 348 5288       |
|k     |                                    |on    |                     |
|Blad  |1/1                                 |Fax   |070 - 348 5472       |
|Bijlag|1                                   |anton.schellekens@minbuza.nl |
|e(n)  |                                    |                             |
|Betref|Beantwoording vragen van de leden   |                             |
|t     |Koenders en Leerdam over spanning   |                             |
|      |tussen Nederland en Venezuela       |                             |
Graag bied ik u hierbij, mede namens de Minister van Defensie, de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door de leden Koenders en Leerdam over spanning tussen Nederland en Venezuela. Deze vragen werden ingezonden op 27 maart 2006 met kenmerk 2050610330.

De Minister van Buitenlandse Zaken,

Dr. B.R. Bot

Antwoorden van de heer Bot, minister van Buitenlandse Zaken, mede namens de heer Kamp, minister van Defensie, op vragen van de leden Koenders en Leerdam (beiden PvdA) over de spanning tussen Nederland en Venezuela

Vraag 1
Wat zijn de exacte redenen waarom de Venezolaanse regering een bezoek van de minister van Buitenlandse Zaken vorig jaar heeft afgewezen? 1)

Antwoord
Van afwijzing is geen sprake. De door Nederland voorgestelde data bleken aan Venezolaanse kant niet te schikken, met name als gevolg van langdurige ziekte van de Venezolaanse minister van Buitenlandse Zaken. Nu deze weer hersteld is, wordt overlegd over een nieuwe datum.

Vraag 2
Wat is uw inschatting en beoordeling van de uitlatingen van president Chavez over Curaçao en de mogelijke dreiging voor Curaçao en Aruba die deze uitlatingen zouden inhouden?

Antwoord
De regering leest in de haar bekende uitspraken van President Chávez geen dreiging voor Curaçao en Aruba. De Venezolaanse autoriteiten hebben bij herhaling doen blijken waarde te hechten aan de stabiliserende rol van het Koninkrijk in de regio en aan bilaterale samenwerking met het Koninkrijk. Deze opstelling blijkt ook uit de praktijk, waarin sprake is van maritieme samenwerking tussen het Koninkrijk en Venezuela, onder meer in de vorm van gezamenlijke reddingsoperaties en een gezamenlijke aanpak van de drugssmokkel. De Commandant Zeemacht Caribisch Gebied heeft maandag 3 april jl. met een hoge Venezolaanse delegatie gesprekken gevoerd over intensivering van deze samenwerking. Hierbij zijn afspraken gemaakt over een later dit jaar te houden gezamenlijke marineoefening, over meer samenwerking op het gebied van maritieme rechtshandhaving (waaronder drugsbestrijding, maritieme grensbewaking, bestrijding van mensensmokkel en illegale immigratie).

Vraag 3
Welke stappen onderneemt u om de spanning in de regio te verminderen?

Antwoord
De regering streeft van oudsher naar open en constructieve relaties met alle landen in de regio, met inbegrip van het buurland Venezuela en de belangrijke bondgenoot de Verenigde Staten. De regering betreurt de tussen deze landen gerezen spanningen en tracht in haar contacten met de betrokken regeringen bij te dragen aan de goede betrekkingen tussen beide landen. Ik blijf voornemens een bezoek te brengen aan Caracas zodra een voor beide partijen passende datum is gevonden.


1) 'Spanning tussen Nederland en Venezuela loopt op', Elsevier, 22 maart 2006, 'Premier Ys dient Kamp van repliek', Antilliaans Weekblad, 17 maart 2006


---- --