Financiering Opleidingsfonds en CBOG
Kamerstuk, 3-4-2006
De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG
MEVA/BO-2670601
3 april 2006
In aansluiting op mijn brief van 16 februari 2006 betreffende
arbeidsmarktbeleid
(TK 29 282, nr. 27) informeer ik u hierbij over:
- de financieringswijze van het opleidingsfonds;
- ontwikkelingen rond het College voor de Beroepen en Opleidingen in
de Gezondheidszorg (CBOG).
Hieronder ga ik ook in op de relatie tussen het opleidingsfonds en het
CBOG.
1. Financieringswijze van het opleidingsfonds
Bij brief van 29 november 2005 (TK 29282, nr. 23) heb ik u
geïnformeerd over de nieuwe bekostiging van zorgopleidingen en het
opleidingsfonds. De keuze van de financieringswijze voor de vulling
van het opleidingsfonds via begroting of premie is daarbij aangehouden
afhankelijk van nader technisch onderzoek naar de voor- en nadelen van
de financieringsvarianten. Het kabinet heeft op grond van de
onderzoeksresultaten besloten om het opleidingsfonds te financieren
via de zorgpremies.
Bij deze variant wordt uit het zorgverzekeringsfonds het bedrag voor
de opleidingen afgezonderd. Het zorgverzekeringsfonds wordt net als in
de huidige situatie gevoed via de inkomensafhankelijke bijdrage (circa
90%) en rijksbijdrage (circa 10%). Door de opleidingen volledig te
financieren uit het zorgverzekeringsfonds daalt de uitkering uit het
zorgverzekeringsfonds aan de zorgverzekeraars terwijl gelijktijdig de
uitgaven van de zorgverzekeraars aan de (opleidende) ziekenhuizen met
hetzelfde bedrag dalen.
Om het opleidingsfonds te realiseren worden dit jaar de volgende
maatregelen getroffen:
o Uit het zorgverzekeringsfonds wordt ca. EUR 500 mln. afgezonderd ten
behoeve van het opleidingsfonds voor de 1e tranche zorgopleidingen die
vanaf 2007 onder het opleidingsfonds vallen. Het zorgverzekeringsfonds
daalt hierdoor met dit bedrag ten bate van de financiering van deze
opleidingen. Op basis van gerealiseerde opleidingsplaatsen ontvangen
de opleidende instellingen een vergoeding. Overigens zal ik medio dit
jaar een besluit nemen over de 2e tranche zorgopleidingen die vanaf
2008 onder het opleidingsfonds vallen.
o De opleidingsmiddelen voor de 1e tranche zorgopleidingen worden
geschoond uit de budgetten van de opleidende instellingen op basis van
de desbetreffende beleidsregel CTG-ZAio en de DBC-(verreken)tarieven
van de opleidende ziekenhuizen worden navenant verlaagd.
o Ten behoeve van de overheveling dienen met name:
o de beleidsregels WTG door de Zorgautoriteit (opschoning) te worden
aangepast;
o de risicoverevening Zvw te worden aangepast;
o de Zvw te worden aangepast en
o de uitvoeringsregeling ex Zvw te worden aangepast.
Een nader op te richten en/of aan te wijzen publiekrechtelijk orgaan
zal de betalingen verrichten aan de opleidende zorginstellingen. Ik
zal medio dit jaar een besluit nemen over de organisatie die de
betalingen uitvoert.
2. College beroepen en opleidingen in de gezondheidszorg (CBOG)
Eind november heeft de stuurgroep Modernisering Opleidingen en
Beroepen in de gezondheidszorg (MOBG) het voorstel voor een CBOG
gepresenteerd. Bij brief van 23 december 2005 (TK 29 282, nr. 25)
betreffende sturing van beroepen en opleidingen heeft het kabinet
ingestemd met het instellen van een CBOG door veldpartijen met de
volgende taken:
o ramen van en adviseren over benodigde opleidingscapaciteit van
opleidingen vallend binnen het opleidingsfonds;
o doen van voorstellen voor toewijzing van opleidingsplaatsen die
opgenomen zijn in het opleidingsfonds;
o doen en/of implementeren van voorstellen betreffende
innovatie/structuur beroepen en opleidingen.
Het op te richten CBOG is van belang in relatie tot het
opleidingsfonds, omdat ik het CBOG zie als het centrale aanspreekpunt
voor de beoogde - alom ondersteunde - noodzakelijke samenhang en
modernisering van beroepen en opleidingen in de zorg. In mijn brief
van
23 december 2005 heb ik het doen van voorstellen voor toewijzing van
opleidingsplaatsen van zorgopleidingen die opgenomen zijn in het
opleidingsfonds, dan ook benoemd als een taak bij uitstek voor het
CBOG.
Het voorbereiden en doen van voorstellen voor de toewijzing dient
prioriteit te krijgen. Om instellingen voldoende voorbereidingstijd te
geven, moet de toewijzing immers ruim voor
1 januari 2007 gerealiseerd zijn. Het is dan ook van groot belang dat
het CBOG op
1 juni 2006 operationeel is.
Om de oprichting van het CBOG te bevorderen heb ik mevrouw Sorgdrager
verzocht als informateur het initiatief te nemen om partijen te
stimuleren tot het gezamenlijk oprichten van een dergelijk college.
Kortheidshalve verwijs ik u voor verdere bijzonderheden naar de
bijgaande brief.
De Minister van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport,
H. Hoogervorst
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport