WOB-verzoeken
Speech bij de presentatie van het Tweede Meerjarenplan Platteland
Speech door de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, dr.
C.P. Veerman, bij de presentatie van het Tweede Meerjarenplan
Platteland, Leiden, 30 maart 2006
Dames en heren,
Ik ben geboren en getogen tussen de nuchtere mensen van de Hoeksche
Waard, één van de Zuid-Hollandse eilanden. Het is een nuchter volk dat
niet zo gauw met zijn hoofd in de wolken loopt; maar met beide voeten
stevig in de klei staat. De uitdrukking: 'Doe maar gewoon, dan doe je
al gek genoeg' - de uitdrukking is in de Hoeksche Waard uitgevonden.
Maar soms loopt zelfs een polderjongen wel eens een trots rond;
daartoe misschien geïnspireerd door de fraaie Hollandse lucht op de
uitnodiging voor deze bijeenkomst. De luchten geven al inspiratie om
iets met Holland te doen. De reden: vandaag kan ik u, na een jaar van
hard en intensief werken, onderhandelen en vooral samenwerken, het
Tweede Meerjarenplan voor het platteland 2007-2013 voorleggen.
We verloochen onze afkomst niet: ik blijf met beide voeten op de grond
staan. Want ik constateer dat de tijd van praten, wikken en wegen ver
achter ons ligt. We zijn samen al een tijd aan de slag in de
plattelandsgebieden, met de provincies als belangrijkste regisseur.
Via Jan Pieter Lokker, Utrechts gedeputeerde en voorzitter van de
IPO-commissie Landelijk Gebied, zeg ik dan ook tegen de provincies nu
en straks: blijf de handen uit de mouwen steken!
Dat betekent natuurlijk niet dat de provincies er alleen voor staan.
Want samenwerking is cruciaal op alle terreinen. Samenwerking tussen
het rijk, provincies, gemeenten, waterschappen, maatschappelijke
partijen en ook het bedrijfsleven. Alle dienen ze een gezamenlijk
belang: een vitaal platteland is een vitaal Nederlands belang. Het
gaat om een vitale natuur, een sterke economie en een stevige sociale
basis, waarbij betrokken burgers en ondernemers een belangrijke rol
spelen.
Waar het ook om gaat is schoon water, een schone bodem, behoud van
biodiversiteit, een goede balans tussen agrarisch-economische belangen
en milieu- en landschapsbelangen, een voorbeeld is de
veenweidegebieden. Ik geef ook bijzonder de nadruk op de relatie
tussen stad en platteland, een platteland is de 'achtertuin' van 16
miljoen Nederlanders, een ontmoetingsplaats tussen stedelingen en
'buitenlui'.
Ik stel me voor het bestuurlijk overleg ook in de komende jaren mede
te wijden aan dit soort inhoudelijke kwesties. Het is de taak om die
de baas te worden. Vaak overschrijden die departementale grenzen; denk
aan een onderwerp als biodiversiteit. Ik zal, waar nodig, mijn
collega-bewindslieden mobiliseren om met alle betrokkenen om de tafel
te gaan zitten.
Dames en heren!
Het eerste bedrijf van van het MJP-blijspel is nu achter de rug. Het
Rijksbod ligt er. Het doek gaat nu op voor het tweede bedrijf. Daarin
spelen de provincies de hoofdrol. Daarom overhandig ik het script, het
MJP2, aan Jan Pieter Lokker; en dat is meteen de aftrap van het proces
om in de loop van dit jaar 12 ILG-convenanten in elkaar te zetten en
te bekrachtigen. En er is de commissie-Verheijen, die uiterlijk op 1
april aanstaande duidelijkheid moet verschaffen over de balans tussen
doelen en middelen voor de periode 2007-2013, al volop aan het werk.
Het wordt voor alle betrokkenen, inclusief de provincies en het aan
het Rijks Coördinatie Team, nog een hele klus. Maar als zij op 31
december klaar zijn ligt er ook wel wat: een afspraak tussen elke
provincie en het rijk over de uitvoering van het plattelandsbeleid in
de periode 2007-2013.
Het voertuig om gestalte te geven aan deze afspraken te geven is het
Investeringsbudget Landelijk Gebied (ILG), dat is verankerd in de Wet
ILG. Met dit instrument kunnen de provincies veel sneller en
flexibeler dan voorheen zichtbare resultaten in het landelijk gebied
boeken. En dat moet voor de plattelanders als een verademing worden
ervaren, want het werd ze toch wel erg moeilijk gemaakt. Te vaak
liepen projecten vast in het moeras van verstikkende regelgeving; en
dan zwijg ik nog maar over het effect van de hoeveelheid voorschriften
en regeltjes.
Ik stel vast dat het een voor de hand liggende oplossing is, maar ja,
werk dat maar eens uit. Dat is, en ik constateer het met grote
tevredenheid, nu de ILG-sturingsfilosofie. Daarmee geven we de
provincies de ruimte en de instrumenten om de komende zeven jaar in
bepaalde gebieden met een vastgesteld budget snel in actie te komen.
En zo voldoen we aan één van de pijlers onder het kabinetsbeleid:
centraal wat moet, decentraal wat kan.
Dames en heren!
Het rijk trekt zich in het tweede bedrijf terug uit de schijnwerpers.
Maar we zijn niet helemaal uit beeld. Ik heb het Rijks Coördinatie
Team al genoemd. Dat heeft een aantal belangrijke ondersteunende taken
op het gebied van advisering, het afsluiten van bestuursconvenanten,
de rapportage en de communicatie. Ik benadruk nogmaals dat de cultuur
belangrijk is. Ik zou bijna zeggen: 'It's the culture stupid'. Het
gaat om het organiseren van vertrouwen.
Genoeg hierover. Ik begrijp dat u staat te trappelen van ongeduld om
samen aan het werk te gaan. In mijn ervaring gaat dat beter als de
maag gevuld is; en daarom zullen gedeputeerde Lokker en ik u langs een
creatieve kooksessie voeren en laten zien hoe de vruchten van
samenwerking kunnen smaken.
En dat is nog niet alles. Want Lokker en ik geven zodadelijk ook het
startschot voor de Tour de la Campagne 2006. We bezoeken - wat mij
betreft te voet of op de fiets, maar in elk geval met een klein
ambtelijk gevolg - vier regio's om ons bij te laten praten over wat ze
van plan zijn om een vitaal platteland te creëren en in stand te
houden. De samenstelling van het programma laat ik graag aan de
regio's over. Vast staat wel dat het publiek de digitale
televisieregistratie van onze rondreis via internet zal kunnen volgen.
De tour eindigt medio december in het Openluchtmuseum te Arnhem, waar
we de bestuursconvenanten ondertekenen. En ja, we gaan ze daar
ondertekenen; we gaan niet heel Nederland door om aan het eind te
constateren dat we het niet gaan ondertekenen.
Behalve via internet wordt het brede publiek bediend door een reizende
tentoonstelling van het museum Naturalis, onze gastheren vandaag. We
zullen zodadelijk het eerste object onthullen.
Dus voordat u aan het werk gaat met het MJP2 moeten we hier nog het
een en ander doen. Maar eerst geef ik - in het vaste vertrouwen en de
wetenschap dat het goed gaat én met dank voor de inzet - het
Meerjarenprogramma aan Jan Pieter Lokker.
Ik dank u voor uw aandacht.
Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit