Uit: BosBode
www.wouterbos.nl

Nieuwsbrief van Wouter Bos
Nr. 76; 1 april 2006

Neem hier een abonnement op de Bosbode http://www.wouterbos.nl/

Kort verslag Indiareis
Van 18 tot 25 maart ben ik samen met een aantal andere fractievoorzitters (Maxime Verhagen, Willibrord van Beek, Lousewies van der Laan, Femke Halsema en Andre Rouvoet) en de voorzitter van de Tweede Kamer: Frans Weisglas, op studiereis naar India geweest. Hier volgt een kort verslag, chronologisch aan de hand van enkele onderdelen van het programma dat van ochtend tot avond vol zat met reizen en bezoeken.

Het doel van de reis was te proberen iets van globalisering te begrijpen ("study the engine room of the globalising economy") door te kijken naar de economische groei van India.
Het programma bestond daarom, naast de onvermijdelijke representatieve activiteiten, vooral uit gesprekken met mensen uit het zakenleven, het bezoeken van bedrijven en het praten met allerlei deskundigen. Wat je dan meteen opvalt is dat alle grafiekjes (groei, werkgelegenheid, inkomen, beroepsbevolking etc.) eindeloos lijken te stijgen; en dat als je denkt het te begrijpen, je er goed aan doet alles met een factor 100 te vermenigvuldigen om het echt te begrijpen.
Daar staat tegenover de schrijnende tweedeling in het land die alleen maar toeneemt. Met ook daar de invloed van de enorme getallen. Dat 30% van de bevolking volop van de economische groei profiteert, terwijl de overige 70% van de Indiërs gemiddeld rond of onder de armoedegrens leeft, is maar een deel van het verhaal. Als je je bedenkt dat het gaat om 300 miljoen respectievelijk 700 miljoen mensen, begint het echt contouren te krijgen.

In kranten heeft het een en ander over de reis gestaan. Er waren dan ook maar liefst 15 journalisten meegereisd! Helaas waren dat allemaal Haagse journalisten (geen economie- of India-specialisten) die veelal iets meer in onze onderlinge verhoudingen, en de mythe dat op dit soort reizen het volgende kabinet in elkaar wordt gezet, waren geïnteresseerd dan in het boeiende verhaal van India. Toen bleek dat Verhagen en ik echt niet van plan waren formatie-besprekingen te gaan voeren (en Femke en ik dat natuurlijk al lang buiten het oog van de journalisten gedaan hadden...) was de teleurstelling bij sommigen zo groot dat ik de indruk kreeg dat zij vonden dat wij, omdat anders hún reis voor niets was geweest, toch echt die besprekingen móesten voeren...! Er waren gelukkig ook uitzonderingen. In Trouw en de Volkskrant kon ik na afloop van de reis iets van mijn indrukken en conclusies kwijt.

De eerste dagen waren we in Delhi. Naast het noodzakelijke representatieve werk en een enkel toeristisch bezoek op zondag, kregen we daar ook van deskundigen en consultants de nodige informatie. Hebben wij het in Nederland over een groei van 1 tot 3 %, in India gaat het om 8-10% groei per jaar, terwijl hun nationaal inkomen het Nederlandse nog maar net voorbij is gestreefd (en dus nog enorm kan groeien). De bevolking, en dus ook de beroepsbevolking, van India groeit in tegenstelling tot de Westerse. In India studeren jaarlijks 2,4 miljoen studenten af, waarvan 350.000 ingenieurs. Ingenieurs die net zo slim en goed opgeleid zijn als onze Westerse ingenieurs, maar die werken voor een salaris van ca. 600 euro per maand. Veel goedkoper dus. Daarnaast wezen de consultants ons op de criteria voor Westerse bedrijven om zich elders te vestigen: het aantal beschikbare en geschikte werknemers en de aantrekkelijkheid van de locatie (kosten, fiscaal klimaat, veiligheid etc) zijn daarbij bepalend. Het is niet moeilijk te begrijpen waarom veel bedrijven zich vestigen in (of bepaalde bedrijftakken outsourcen naar) landen als India, de Filpijnnen en Mexico; twee andere landen waar veel mensen Engels spreken en sprake is van een relatief jonge beroepsbevolking.
In Delhi bezochten we onder andere ook een callcentre van IBM. Daar werden aan de telefoon klanten van een Engels kabelbedrijf geholpen die vanuit Engeland de helpdesk voor internet hadden gebeld. Indiase werknemers helpen klanten hier aan de andere kant van de wereld alsof ze om de hoek wonen! Ze spreken Engels, soms met een Brits of Amerikaans accent en stellen zich desgewenst voor als Jill of Jerry. Het blijft een bijzonder gezicht en het is het type ervaring waardoor de Amerikaanse schrijver Thomas Friedman na een bezoek aan India schreef "The world is flat!", afstand speelt geen rol, de lokatie waar een bedrijfsactiviteit plaats vindt wordt nauwelijks meer bepaald door grenzen of tijdsverschillen.

Op dinsdag vlogen we door naar Calcutta. Daar brachten we eerst een bezoek aan een kindertehuis van Moeder Theresa: een aangrijpende plek. Hulpverleners, geholpen door de naam van de oprichtster, verrichten daar goed werk doen voor de honderden weeskinderen die er verblijven. Schokkend vond ik de hoeveelheid meisjes onder de weeskinderen (hulpverleners spraken soms over hen als "saved from abortion."). Voor de arme bevolking betekent het krijgen van een dochter namelijk dikwijls meer uitgaven dan inkomsten voor het gezin. Terwijl onder het rijke, hoogopgeleide deel vrouwen al wel meer lijken mee te tellen: een kwart van de studenten is vrouw. Alhoewel daarvan blijkbaar lang niet alle vrouwen uiteindelijk gaan werken: veel vrouwen mogen niet werken, vertelde iemand me.
Overigens is in Calcutta al 30 jaar lang de communistische partij aan de macht. Ze staan bekend als zeer pro-business. De 'burgemeester' van de stad legde me uit hoe het cumminsime in de stad samengaat met de economische groei: de Indiase communisten hebben bij de Russen en de Chinezen goed gekeken hoe het niet moet; dus niet alles centraliseren en via de staat. En van de val van de Berlijnse Muur hadden ze geleerd dat je burgerlijke vrijheden niet moet onderdrukken! Enja, zíj stimuleren dan wel het bedrijfsleven, maar bekommeren zich tegelijkertijd ook om de gewone mensen en het omliggende platteland. Ongevraagd zei hij dat dit hem nog geen sociaal democraat maakte. Immers, sociaal democraten waren voor kapitalisme met een menselijk gezicht maar hij weigerde te geloven dat het kapitalisme het eindpunt van de menselijke geschiedenis was! De gedachte aan de communistische heilstaat was kennelijk nog niet helemaal teloorgegaan.Right...

In Calcutta bezochten we ook een high-tech privaat ziekenhuis. Hier werd me duidelijk dat India naast IT ook in andere kennisintensieve sectoren topkwaliteit kan leveren en daarmee de zakelijke markt bestormt. Waar wij in Nederland de zorg zo veel mogelijk in de publieke sector willen behouden is de zorg in India pure business. Zo kost een MRI-scan 30 euro. Vele Westerlingen hebben zich al gemeld voor een behandeling om wachtlijsten thuis te omzeilen. Het ziekenhuis is van plan medische vakanties aan te bieden: een chirurgische ingreep ondergaan en vervolgens uitzieken in een luxueus oord. En dat voor een spotprijs. Ook wil het in andere landen, ook in de VS of Europa, ziekenhuizen opzetten en runnen. De medische sector is in India gewoon een speerpunt business sector, ongelooflijk maar waar. Het ziekenhuis maakt winst en niemand die er om maalt. Met zo'n grote groeiende middenklasse is het ook goedkoop én rendabel te houden, puur vanwege de enorme aantallen mensen.

Onze laatste stop was in Bangalore, in het zuid-Westen van India, het IT-centrum van India. In die sector zijn zo'n 550.000 mensen aan het werk, en lang niet alleen maar in de 'simpele'softwareontwikkeling, maar ook in de kennisintensievere onderzoek-en ontwikkelingstakken van de IT. In Bangalore zijn meerdere universiteiten gevestigd, waaronder de topuniversiteit van India op het gebied van IT waar we een bezoek aan brachten Philips heeft hier ook een vestiging, een innovatiecampus. Daar wordt al lang niet meer alleen software ontwikkeld maar ook veel R&D gedaan. We liepen twee Eindhovense ingenieurs tegen het lijf die schoorvoetend toe gaven dat hun Indiase collega's eigenlijk wel heel ver waren, misschien wel verder dan zij in Eindhoven.
In Bangalore zag je ook goed hoe werk ook weer nieuw werk genereert. Omdat er zoveel ingenieurs afstuderen die allemaal aan de slag willen in de IT is de concurrentiestrijd fel. Voor de bedrijven is het geen sinecure om uit de vele CV's die toegezonden worden de beste te selecteren, en soms wordt er ook gefraudeerd met CV's. Logisch dus dat er in Bangalore ook een markt is ontstaan voor dienstverleners die CV's verifieren!

We spraken ook met zakenlieden uit de farmaceutische industrie, onder andere met een firma die van plan is een medicijn tegen diabetes (insuline) in pilvorm op de markt te brengen. Naast IT en ziekenhuizen is ook pharmaceutica een speerpunt in India's eonomie. Niet toevallig dat ze zich richten op medicijnen tegen diabetes en kanker, welvaartsziekten waarvoor een koopkrachtige bevolking in India zelf aanwezig is. En dus ook niet toevallig dat er geen bedrijven zijn die zich richten op HIV-AIDS-medicatie, daar is domweg geen koopkrachtige markt voor. Dat zou niet eens zo erg zijn als er dan wel een initiatief vanuit de politiek zou zijn. Maar de indruk die we tijdens dit bezoek van de Indiase politiek kregen is dat dat meestal ontbreekt. Integendeel, de meeste goede 'sociale' programma's in India lijken eerder uit de private dan uit de publieke sector te komen. Zo heeft Philips oogmeetappratuur gemaakt, waarmee ze voor een luttel bedrag oogmetingen doen bij de plattelandsbevolking om slechtzienden een bril aan te meten. Niet gek in een land met 9 miljoen blinden. Philips doet dat niet uit liefdadigheid, het is business, ze doen het goedkoop en rendabel, wederom louter en alleen omdat het om zulke enorme aantallen mensen gaat.

Op de laatste ochtend ben ik er samen met Verhagen (nee, geen formatiebesprekingen!) even tussenuit gepiept en los van het programma nog een school in een sloppenwijk bezocht waar zo'n 300 kinderen met behulp van NGO's, bedrijven en goedwillende mensen een kans krijgen op een beter leven. Terwijl de gezinnen van waar deze kinderen uit komen moeten rondkomen van ca. 18 dollar per maand, leren deze kinderen als eerste van hun familie lezen en schrijven, krijgen ze boeken en eten waardoor de kans dat deze groep later ook mee kan profiteren van de enorme groei van dit land toeneemt. Ons bezoek aan India draaide niet om ontwikkelingssamenwerking en dit soort initiatieven maar ik ben blij dat we er toch even geweest zijn. Die directiekamers met al die stijgende grafieken heb je op een gegeven moment ook wel een keer gezien...!

Als ik mijn indrukken moet samenvatten kom ik eigenlijk tot de conclusie dat je met een begrip als concurrentie nauwelijks iets aan kunt om te begrijpen wat we als Nederlanders met onze economie moeten in het licht van wat in India gebeurt. Tuurlijk, concurreren waar je kan, altijd doen maar laten we vast stellen dat de Indiers voorlopig op tal van gebieden goedkoper, minstens zo slim en met veel meer mensen kunnen werken dan wij. Een beter begrip dan concurrentie is dan ook misschien meedoen: de vraag is hoe wij als Nederlandse economie optimaal mee kunnen profiteren van het economisch wonder dat zich daar voltrekt. Een begin van een antwoord op die vragen heb ik in de interviews met Trouw en de Volkskrant, waar ik in het begin van dit verslag al op wees, proberen te geven.

Nieuw op de site
Wij veranderen niet - interview Parool
Een linkse lente - artikel van de Volkskrant
Voorwaarts! - column Rood
Nederland te afhoudend tegenover buitenland - interview Volkskrant
Oude zekerheden zijn van vroeger - interview Trouw

Contact
http://www.wouterbos.nl/