Gemeente Weert

Toespraak Jacques Niederer, burgemeester van Weert en voorzitter van de Vereniging tot Behartiging der Belangen van Burgemeesters, op vrijdag 31 maart 2006 in Weert.

HOE GEORGANISEERD BLIJVEN DE GEORGANISEERDE BURGEMEESTERS ?

Dames en Heren,

Welkom in Weert, de gemeente waarvan ik nu een jaar burgemeester mag zijn. Weert, een middelgrote stad met zo'n 49.000 inwoners, gelegen in westelijk Midden-Limburg aan de belangrijke autosnelweg A2. Weert, Poort van Limburg en Poort naar Brabant. Een gemeente met een regionale voorzieningenfunctie voor ruim 100.000 mensen. Een gemeente met stedelijke allure enerzijds en uitgestrekte natuurgebieden anderzijds. Een stad ook, rijk aan historie, folklore en evenementen. Zo organiseert Stramproy, één van onze dorpen, op 2 juli a.s. het zogeheten Oud Limburgs Schuttersfeest. Een sportief treffen tussen schutterijen, afkomstig uit Nederlands én Belgisch Limburg. Een evenement waar al gauw 60.000 mensen op afkomen. Straks maken wij een wandeling door het stadscentrum. U zult dan een eerste en goede indruk krijgen van wat Weert te bieden heeft.

Op 25 november vorig jaar presenteerde ik mij langs digitale weg als uw kandidaat-voorzitter. Ik wil nu nogmaals uitspreken, dat ik u erkentelijk ben voor mijn verkiezing tot uw voorzitter. Gelukkig hoef ik mij nu niet digitaal tot u te richten. We kunnen vandaag rechtstreeks met elkaar communiceren, van persoon tot persoon. Zoals dat hoort in een vereniging die zich belangenbehartiging ten doel stelt. Bij belangenbehartiging gaat het om mensen en hun toekomst. Het bestuur wil u terzijde staan, maar ook dicht bij u staan. Een luisterend oor bieden kan ook al heel betekenisvol zijn. De V.B.B.B. viert dit jaar een feestje: we bestaan 30 jaar. Met dit wapenfeit heeft de vereniging bewezen in een wezenlijke behoefte te voorzien. Met dank aan de oprichters van het eerste uur feliciteer ik een ieder die heeft bijgedragen aan het succes van deze periode. Op naar het volgende decennium. Maar hoe? Mijn centrale vraagstelling vanmiddag is: "Hoe georganiseerd blijven de georganiseerde burgemeesters?"

Natuurlijk, het blijft van belang dat burgemeesters krachtig georganiseerd zijn. Onze vereniging is een krachtige vereniging. We zijn succesvol geweest op dossiers als de continuering van de eindejaarsuitkering, de compensatie voor de duurder geworden ziektekostenverzekering en de blijvende deelname aan de IZA-regeling. We komen later in de agenda terug op deze en andere GO-aangelegenheden.

Meer kracht trekt meer leden aan. Meer leden betekent meer invloed. Maar toch, het is juist die invloed die richting de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties te gesegmenteerd is en daardoor naar mijn oordeel niet optimaal. De diverse burgemeestersbonden, zo ook de V.B.B.B., frequenteren, onafhankelijk van elkaar, de Schedeldoekshaven. Ik schat in, dat de Minister hiervan niet echt de spreekwoordelijke knikkende knieën krijgt. Net zo min overigens wanneer hij of zijn collega-kabinetsleden naar 's-lands hoogste controleur, de Tweede Kamer, wordt geroepen. Maar dit terzijde. Er zijn ook momenten waarop we elkaar als bonden gezamenlijk treffen in het georganiseerd overleg (GO). Maar hoe georganiseerd is dit overleg in feite nog? De Minister -of feitelijk juister, een ambtenaar- ontvangt de delegaties. De ontvangst is vriendelijk, dat wel! Maar hoe effectief is dit GO voor ons? Burgemeesters, in eenheid verbonden door het ambt met dezelfde rechtspositionele belangen, in verscheidenheid aan tafel op het departement, een eigen achterban representerend.

Ik vind, dat wij onze krachten meer moeten bundelen: meer samen, samen meer. Dit klemt te meer nu wij overgaan naar de Algemene Pensioenwet Politieke Ambtsdragers (APPA), al dan niet indachtig de mogelijke komst van de gekozen burgemeester. Het Nederlands Genootschap van Burgemeesters (NGB) ziet eveneens het belang van deze krachtenbundeling. Gisteren heeft het Genootschap zijn jaarvergadering gehouden en bij die gelegenheid zijn jaarprogramma 2006 gepresenteerd. Speerpunt in dat programma is de versterking van de samenwerking met de burgemeestersbonden. Het is veelzeggend, dat juist onze vereniging is gevraagd een vertegenwoordiging te leveren in het bestuur van het NGB. Tot dat bestuur is toegetreden de vice-voorzitter, mevr. Heleen van Rijnbach-de Groot (burgemeester van Bunnik). Dit is een felicitatie waard. Met uw instemming zal uw bestuur met de collega-bonden spreken over verdere krachtenbundeling. Deze gesprekken moeten worden gevoerd zonder voorwaarden vooraf. Ik stel voor, dat we hierop terugkomen op onze Najaarsledenvergadering, die overigens op 24 november te Driebergen wordt gehouden.

Dames en heren, onze vereniging telt ook een groot aantal post-actieve leden. Enige tijd geleden is door uw bestuur een werkgroep gevormd en een enquête onder de leden gehouden. De belangrijkste uitkomsten daarvan waren: men wilde graag ondersteuning in aangelegenheden als belastingaangiften en dergelijke, en daarnaast wilde men graag betrokken blijven bij de vereniging om zodoende contact met elkaar te kunnen blijven houden. Het bestuur heeft zich met de uitwerking van deze wensen beziggehouden. Het is voor onze vereniging evenwel moeilijk deze zaken goed te kunnen regelen. U weet, dat wij personele en financiële middelen te enen male ontberen. Wel heeft het NGB gisteren gesproken over de relatie met voormalige burgemeesters, zowel post-actieven als degenen die burgemeester zijn geweest maar nu een andere functie bekleden. Het bestuur zal zich hierover nog nader beraden en u een voorstel voorleggen.

Dames en heren leden, ik rond af. Met het uitspreken van deze rede is de Voorjaarsvergadering geopend. Ik wens ons allen een goede vergadering toe. Dank u wel.


---- --