Dexia Bank
Press
Dexia Bank houdt de ziekenhuissector onder de scanner
31-03-2006
Financiële verbetering van de sector in een context van onderinvesteringen
en nieuwe financieringsregels
Om een zicht te krijgen op de financiële structuur en gezondheid van
de Belgische ziekenhuissector maakt Dexia Bank sinds 1993 jaarlijks
een sectorstudie (MAHA - Model for Automatic Hospital Analyses).
Hierbij houdt zij een onderscheid aan tussen de Algemene Ziekenhuizen
(Private en Publieke), de Universitaire ziekenhuizen en de
Psychiatrische instellingen. Om haar studie te verfijnen en up tot
date te houden, werkt Dexia Bank nauw samen met de ziekenhuizen zelf.
Zo worden elk jaar meer en meer relevante boekhoudkundige en
buitenboekhoudkundige gegevens verwerkt. Meer dan 90 % van de
ziekenhuizen neemt deel aan deze studie en voor de psychiatrie neemt
ongeveer 60 % van de instellingen deel.
Dexia Bank heeft nu recentelijk de gegevens voornamelijk over de
periode 2001 tot 2004 verwerkt. Zeer duidelijk komen de recente
wijzigingen in de financiering van de ziekhuizen tot uiting in de
studie.
* De nieuwe ziekenhuisfinanciering heeft als doel de patiënt zo
efficiënt mogelijk te verzorgen. Ziekenhuizen krijgen slechts een
forfaitair bedrag uitbetaald, berekend volgens de nationale
ligduur, wat betekent dat ziekenhuizen met langere ligduren
financieel worden gepenaliseerd ;
* De financiële middelen komen voortaan meer voorspelbaar terecht
bij de ziekenhuizen, wat een gunstig effect heeft op hun
thesauriepositie ;
* Er is in Wallonië het TONUSplan voor de publieke algemene
ziekenhuizen waardoor Waalse gemeenten om de structurele verliezen
weg te werken, onder bepaalde voorwaarden, extra kapitaal kunnen
inbrengen ;
* Voor de Psychiatrie was er de vrijwillige reconversie, tijdens de
jaren 90, van bedden in de richting van psychiatrisch
verzorgingstehuis en beschut wonen, waarbij de instellingen ter
stimulatie van de reconversie een gunstige financiële regeling
hebben gekregen .
Gevoelige verbetering
De balansstructuur van de ziekenhuizen is globaal gesproken verbeterd.
Dit gegeven wordt getoetst aan het bedrijfskapitaal dat de laatste
vier jaar gunstig is geëvolueerd. Alle segmenten vertonen een positief
bedrijfskapitaal en correcte balansstructuur. De solvabiliteit bevindt
zich op een aanvaardbaar niveau. Voor de publieke ziekenhuizen is dit
nog steeds het zwakke punt, maar het Tonusplan in Wallonië heeft daar
zijn ondersteunend effect gehad. De financiële schuldgraad, de mate
waarin de banken de ziekenhuizen financieren, is gedaald, met als
gunstig effect dat ook de financiële kosten zijn teruggelopen.
Opmerkelijk zijn de verbeterde resultaten na het historisch zwak jaar
2001. Dit hangt nauw samen met het meer en meer onder controle zijn
van de personeelskosten. De personeelskosten stijgen nauwelijks meer
dan het inflatieritme. Een hierbij samenhangend gegeven is de stijging
van de cashflow. Deze is meer dan voldoende om de lopende schulden
terug te betalen. De sector realiseert een belangrijke vrije marge op
die cashflow na terugbetaling van de vervallen schulden.
Het resultaat van de publieke sector is voor het eerst positief. Het
is verklaarbaar dat resultaten binnen dit segment lager uitvallen dan
in de private sector. Dit komt omdat door de onderkapitalisatie de
openbare instellingen meer vreemd vermogen moeten aantrekken en hogere
financiële lasten torsen. De personeelkosten zijn vanwege het
statutair karakter nog minder stuurbaar en de beslissingprocessen
verlopen anders. Bijkomend is er het sociaal profiel van de patiënten
dat voor hogere kosten zou zorgen. Hiertegenover staan ook wel
bijzondere inkomsten binnen het "Budget der Financiële middelen" en de
mogelijkheid tot aanzuivering van negatieve resultaten via de
deficitregeling.
Een en ander is te relativeren qua positief resultaat
* De ziekenhuizen moeten kunnen instaan voor stabiliteit in hun
financiëel huishouden. Dit kunnen ze enkel doen door hun eigen
vermogen op peil te houden via positieve resultaten. Ondertussen
worden de artsenhonoraria maximaal belast door de ziekenhuizen om
de gevolgen van de onderfinanciering via het budget financiële
middelen (lees: werkingsmiddelen ) te ondervangen. De overheid
heeft voor 2005 belangrijke besparingen doorgevoerd op vlak van de
artsenhonoraria en maatregelen aangekondigd in verband met de
inkomsten faramaceutische producten (forfaitarisering). Een en
ander doet Dexia Bank besluiten dat 2005 zich minder gunstig zal
aandienen.
* Als minpunt ziet Dexia Bank het uitblijven van een voldoende hoog
investeringsritme en hiervoor zijn veel (eigen)middelen nodig. Aan
de hand van de ouderdoms- en de continuïteitsindicator wordt dit
te laag investeringsritme zichtbaar. De vaste activa zijn voor
meer dan de helft afgeschreven. De ouderdomsindicator neemt verder
af voornamelijk voor de private instellingen. De alternatieve
financiering via de CRAC (Centre Regional d'Aide au Communes) is
in Wallonië opgestart en zorgt geleidelijk aan voor de aanbreng
van bijkomende investeringsmiddelen. In Vlaanderen halveerde de
tussenkomst van het VIPA (Vlaams Infrastructuurfonds voor
Persoonsgebonden Aangelegenheden) tussen 2001 en 2004. De overheid
werkt momenteel wel aan een alternatief financieringsmechanisme.
Sinds het begin van de studies is op het vlak van het
activiteitsniveau de verkorting van de ligduur en een daling van de
bezettingsgraad een duidelijke tendens. Zo daalde de bezettingsgraad
voor de diensten heelkunde en inwendige geneeskunde in de periode van
1995 tot 2004 van 83,5 % naar 76,0 % terwijl de gemiddelde ligduur
daalde van 8,3 naar 6,7 dagen per opname. Deze daling is nog
spectaculairder als men bedenkt dat de daghospitalisatie, die in
sterke opgang was in deze periode, reeds grotendeels de behandeling
van de lichte pathologie op zich neemt.
Besluit
De uitdaging voor de ziekenhuizen is dan ook in de eerste plaats de
veroudering van de infrastructuur verder tegen te gaan. Door de nieuwe
ligduurfinanciering zullen de ziekenhuizen zich verder dienen te
specialiseren en samen te werken.
* brochure PDF Maha-analyse - De ziekenhuissector onder de scanner
Februari 2006 (6 pagina's)
---
Persdienst Dexia Bank
Pachecolaan 44 (GI 9/32), 1000 Brussel
Tel. 02 222 45 33 - Fax. 02 222 90 90 - pressdexia@dexia.be