Wet inrichting landelijk gebied (WILG)
Ministerie lnv
http://www.minlnv.nl
nr. 3431 maart 2006
WILG naar Tweede Kamer
Het wetsvoorstel inrichting landelijk gebied (WILG) van minister Veerman van Landbouw,
Natuur en Voedselkwaliteit is aangeboden aan de Tweede Kamer. De Raad van State heeft de
afgelopen maanden het wetsvoorstel beoordeeld en onderschrijft nu de strekking van het
wetsvoorstel. De enkele kanttekeningen van de Raad van State zijn verwerkt in het
definitieve wetsvoorstel.
Het wetsvoorstel is één van de hoofdonderwerpen van het beleid van het
ministerie. Het geeft invulling aan de kabinetslijn: .decentraal wat kan, centraal wat
moet.. Met deze decentralisatie kan meer maatwerk op het platteland worden geleverd en
komt het beleid dichter bij de burger. De provincies, gemeenten en andere gebiedspartijen
krijgen meer te zeggen over de ontwikkeling, de inrichting en het beheer van het
landelijke gebied. Het gaat dan om natuur, bos, landschap, landbouw, milieu, en water,
cultuurhistorie en om wonen, werken en recreëren. Het wetsvoorstel vereenvoudigt en
verkort de wettelijke landinrichtingsprocedures, zoals herverkaveling.
De regie bij de realisatie van het gebiedsgerichte beleid komt met de WILG in handen van
de provincies. Zij moeten daarbij samenwerken met gemeenten, waterschappen en andere
partijen in het gebied. Het Rijk beperkt zich tot het bepalen van de beleidsdoelen op
hoofdlijnen. Deze zijn voor de periode 2007-2013 vastgelegd in het
Rijksmeerjarenprogramma. Het Rijk maakt over de realisatie van deze doelen afspraken met
de afzonderlijke provincies in bestuursovereenkomsten. Daarbij verschaft het Rijk ook het
daarvoor noodzakelijke geld, in de vorm van het zogenoemde .Investeringsbudget Landelijk
Gebied. (ILG), ruim 3 miljard euro. De provincie zorgt met de andere partijen voor de
uitwerking en uitvoering op regionaal niveau. De provincie bepaalt ook welke instrumenten
worden gebruikt; subsidies, infrastructurele werken, grondverwerving en -ontwikkeling,
landinrichting en andere projecten. Daarbij maakt de provincie ook de planning voor de
komende jaren. Dit komt allemaal in de provinciale meerjarenprogramma.s voor het
landelijk gebied. In deze programma.s staan de maatregelen voor het verbeteren van het
woon-, werk- en leefklimaat. Bijvoorbeeld het verwerven en inrichten van nieuwe natuur,
het realiseren van stedelijk groen om de stad en het stimuleren van duurzaam waterbeheer.
Het overleg tussen het rijk en de provincies over de bestuursovereenkomsten gaat de
komende maanden plaatsvinden. Op 30 maart heeft minister Veerman het
rijksmeerjarenprogramma symbolisch aan de provincies aangeboden, die het in de persoon
van Jan Pieter Lokker (gedeputeerde Utrecht en voorzitter van de IPO commissie voor het
landelijk gebied) in ontvangst namen. De provincies hebben volgens planning hun
provinciale meerjarenprogramma.s op 15 mei gereed. Dan start het overleg tussen het rijk
en de provincies over de bestuursovereenkomsten.