Toelichting rondom opening stadscentrum en noodzakelijke veiligheid
---HET GESPROKEN WOORD GELDT---
Toelichting rondom opening stadscentrum en noodzakelijke veiligheid
Geachte leden van de raad, belanghebbenden en geïnteresseerden,
De afgelopen dagen en weken is er veel gebeurd rondom de opening en de
noodzakelijke veiligheid van ons nieuwe stadscentrum. Van dag tot dag
is er conscentieus gewerkt om alle feiten en berekeningen in een
totaaloverzicht te krijgen. Het integrale beeld dat dit overzicht
heeft opgeleverd heeft geleid tot het besluit van het college op 24
maart jongstleden om de geplande openstelling vanwege onzekerheid over
de veiligheid van de constructie en de algehele brandveiligheid te
verdagen.
Ik neem vandaag graag de gelegenheid om u te informeren over de
aanloop naar het besluit van 24 maart. Ik ga daarbij specifiek in op
het Kanteel en de openbare ruimte en zal u daarbij inzicht geven in de
huidige situatie.
In mijn betoog zullen de vragen van de PvdA aan bod komen. Uiteraard
hebt u de mogelijkheid om na afloop van mijn uiteenzetting nadere
vragen te stellen.
Verantwoordelijkheidsverdeling
De gemeente is in deze verantwoordelijk voor het vergunningenproces,
de openbare ruimte en toezicht en handhaving. Laat ik u voor de
duidelijkheid en volledigheid eerst informeren over de afspraken die
binnen het college zijn gemaakt over de verdeling van de portefeuilles
op het gebied van het stadscentrum, vergunningen, handhaving en
toezicht.
Wat mijzelf betreft, ikzelf (mevrouw H.M. Visser- van der Weele) ben
verantwoordelijk voor de coördinatie toezicht en handhaving.
Daarnaast dragen binnen het college de volgende personen de
verantwoordelijkheid voor de volgende portefeuilleonderdelen:
Mevrouw A. Jorritsma-Lebbink
Is verantwoordelijk voor het totale veiligheidsbeleid waaronder de
openbare orde, de vergunningverlening openbare ruimte en
brandveiligheid.
De heer H.J.A.M. Smeeman
Is verantwoordelijk voor de bouwvergunningen bestaande stad (waaronder
het stadscentrum valt), beheer en ontwikkeling stadscentrum.
Tevens verantwoordelijk voor de coördinatie vergunningverlening.
De heer A.W. Bijl
Is verantwoordelijk voor bouwvergunningen nieuwbouw uitleggebieden.
De aanloop naar het besluit van 24 maart jongstleden
In het nieuwe stadshart van Almere verrijzen tal van prestigieuze en
veelal ook complexe bouwwerken.
Een daarvan, en daar is de laatste weken veel aandacht op gericht,
betreft het Kanteel.
Het Kanteel is geconstrueerd boven de winkels en de parkeergarage en
er onderdoor loopt de busbaan. Het Kanteel verkrijgt zijn stabiliteit
dus niet alleen uit het eigen bouwwerk, maar ontleent die ook aan de
onderliggende constructie. Dit is niet iets bijzonders, maar het maakt
het in bouwtechnisch opzicht wel complexer.
Veel mensen, zowel intern als extern, zijn al jaren intensief bezig
met het ontwikkelen van alle nieuwe bouwwerken in het stadscentrum.
Eén van onze collegas, van beroep constructeur was in zijn werk al een
aantal jaren bezig met onderdelen van het Kanteel en de onderliggende
constructies. Zijn taak was het goedkeuren van de door de constructeur
van de bouwer ingediende berekeningen. Niet met een enkel vraagstuk,
maar zoals dat gaat met dit soort bouwwerken, met steeds weer nieuwe
aanvragen en bijbehorende wijzigingen. Als constructeur was hij de
laatste maanden vooral belast met de aangevraagde wijzigingen door de
winkeliers en de mogelijke gevolgen daarvan voor de gehele
constructie.
Op enig moment is onze constructeur geconfronteerd met een
aangebrachte sparing. Dit is een gat, een opening in de betonvloer bij
één van de winkelruimtes onder het Kanteel. Juist op deze plaats loopt
een zogeheten trekband: dat is een stalen constructie in de betonvloer
om krachten over te brengen. Dit vormde een probleem.
Toen dit probleem aangepakt werd heeft onze constructeur, samen met de
constructeur van de bouwer, gesignaleerd dat er nog een probleem zat
in de constructie van de woontoren. Een probleem dat hij nog niet
eerder had gesignaleerd.
Om dit probleem op te lossen heeft onze constructeur overleg gevoerd
met de constructeur van de bouwer. Onze constructeur heeft in die
periode geconcludeerd dat dit vraagstuk niet in de eerdere vergunning-
aanvragen die hij had behandeld, was opgemerkt. Met de constructeur
van de bouwer is hij in overleg getreden over aan te brengen
hulpconstructies die nodig waren om de krachten door de wind op het
gebouw op te kunnen vangen.
Door het op tragische wijze van overlijden van onze constructeur zijn
ze daarover nooit tot een afstemming gekomen.
Na het overlijden van onze constructeur is door diens collegas gezocht
naar de door hem genoemde redenen voor de instabiliteit van het
gebouw. In meerdere overleggen en met een grote inzet, is getracht om
voor de opening van het Stadshart duidelijkheid te verkrijgen over de
stabiliteit van de woontoren. Nog tijdens deze overleggen is door de
bouwer een door de constructeurs bedoelde hulpconstructie aangebracht
voor zowel de stabiliteit van de woontoren als voor het compenseren
van het eigen gewicht op de funderingsconstructie.
Op 23 maart heeft er overleg plaats gevonden tussen het college en
Almere Hart CV. Op verzoek van Almere Hart CV is de beslissing over
het doorgaan van de opening toen met nog een dag uitgesteld om een
laatste poging te wagen om een eensluidend advies van de constructeurs
te verkrijgen. Die middag, avond en de volgende morgen is koortsachtig
door vele deskundigen gewerkt om tot dat eensluidende advies te komen.
Collegebesluit 24 maart
Na deze overleggen, steeds mede gericht op de vraag of tijdige
openstelling daadwerkelijk kon worden gerealiseerd, konden wij, het
college van B&W, eerst op 24 maart j.l. concluderen dat er nog steeds
op een aantal punten vragen open stonden. De berekeningen waarmee wij
die twijfels weg moesten nemen, waren op dat moment nog niet
beschikbaar en de constructie kon derhalve door de gemeente niet
worden getoetst. Door de experts werd op dat moment weliswaar de kans
dat er een reëel risico bestond als zeer gering ingeschat, maar de
benodigde schriftelijke, en dus toetsbare, onderbouwing daarvoor
ontbrak.
Tot zover mijn toelichting wat betreft het Kanteel.
Bij de beslissing van het college op 24 maart kwamen tevens enkele
andere zaken naar voren. Zo was de brandveiligheid niet in orde: op
een groot aantal plaatsen waren de brandpreventiemaatregelen nog
onvoldoende bedrijfszeker.
Van de 35 winkels die open zouden gaan waren er op dat moment 17
akkoord bevonden. De overige winkels konden niet open vanwege
constructieve, bouwtechnische en/of brandpreventieve tekortkomingen.
Bovendien waren er grote twijfels of op de maandag na de opening het
openbaar gebied wel veilig zou zijn vanwege het grote aantal aannemers
en werklieden die nog met de afbouw van de overige winkels bezig
zouden zijn. Verwacht werd dat maandag het gebied weer afgesloten zou
moeten worden vanwege de veiligheidsrisicos voor het winkelende
publiek. Dit heeft op dat moment geen directe rol gespeeld bij het
collegebesluit om het gebied niet vrij te geven, en daarmee de winkels
in het Stadshart niet open te laten gaan. Reden van dit besluit was
dat de stabiliteit van de woontoren en de brandveiligheid nog niet
aantoonbaar vastgesteld kon worden.
Wij het college van B&W- hebben dan ook besloten om op 24 maart het
openbare gebied in het nieuwe Stadshart niet vrij te geven en daarmee
de opening van het nieuwe Stadshart uit te stellen. Dit vanwege het
nog ontbreken van toetsbare berekeningen van de stabiliteit van de
woontoren en de toetsing van de brandveiligheid.
Wij hebben nog op diezelfde 24e maart opdracht gegeven aan een externe
constructeur (Prof. Vambersky, directeur van Corsmit raadgevend
ingenieursbureau BV) om zo snel als mogelijk te komen tot een toetsing
van de door de constructeur van de bouwer in te dienen nieuwe
berekeningen van de woontoren inclusief de hulpconstructies. Ook de
constructeur van de bouwer heeft een externe constructeur ingeschakeld
om deze berekeningen opnieuw uit te laten voeren.
Persconferentie naar aanleiding van collegebesluit
Op vrijdag 24 maart is direct volgend op de vergadering van het
College een persconferentie belegd. Tijdens deze persconferentie is
namens het college het woord gevoerd door mijzelf (mevr. Visser- van
der Weele) en mevrouw Jorritsma.
Ik heb het besluit toegelicht op de punten: onvoldoende zekerheid over
de veiligheid van de constructie (na aanbrengen tijdelijke
maatregelen) van het Kanteel (de toren op de Citadel) en als gevolg
hiervan de veiligheid van de openbare ruimte.
Mevrouw Jorritsma heeft tijdens deze bijeenkomst een toelichting
gegeven op de brandveiligheid en de onduidelijkheid hieromtrent.
Gang van zaken na het collegebesluit van 24 maart jl.
Alvorens ik in ga op de uitkomsten van het externe onderzoek en het
collegebesluit van vandaag wil ik stilstaan bij de berichtgeving rond
het overlijden van de medewerker van de gemeente.
Door de gemeente is bij de media steeds aangedrongen op respect voor
de wens van de familie van de overledene om publiciteit hierover
zoveel mogelijk te vermijden. Dit is helaas niet in alle media gelukt.
Voor de familie is dit uiterst pijnlijk. Ik hecht eraan u te zeggen
dat wij dit ten zeerste betreuren.
Dan ga ik nu in op de huidige stand van zaken en de bevindingen m.b.t.
de veiligheid Het Kanteel.
Rapport extern deskundige.
Dhr Vambersky heeft gisteren, 29 maart aan de gemeente gerapporteerd
met de volgende conclusie:
Met inachtneming van de aangebrachte stempels in het kerngebied en de
aangebrachte windschoor, voldoet de constructie bij een
referentieperiode van maximaal 1 jaar, aan de te stellen eisen voor
wat betreft veiligheid en standzekerheid. Dit betekent dat het Kanteel
met de aangebrachte tijdelijke voorzieningen voldoet aan de
veiligheidseisen.
Tevens wordt geconcludeerd dat voor goedkeuring van de definitieve
situatie aanvullende controles, berekeningen en
bouwkundige/constructieve voorzieningen nodig zullen zijn. Dit wordt
inmiddels uitgewerkt en vormt geen beletsel voor de veiligheid van het
openbare gebied. TNO neemt dit onderzoek voor haar rekening.
Wij hebben naar aanleiding van het externe rapport over het Kanteel
geconstateerd dat met de aangebrachte tijdelijke voorziening de
woontoren veilig is. Er wordt door alle betrokkenen met man en macht
gewerkt aan de afronding van en controle op de algemene veiligheid en
brandveiligheidsaspecten.
Besluit 30 maart 2006
Vandaag is door het College het volgende besloten
1.
2. Het besluit d.d. 24 maart 2006 tot verdaging van de openstelling
vervalt.
3. Het openbaar gebied van blok 1 in zijn geheel en blok 2 voor een
deel kan op zaterdag 1 april 2006 opengesteld worden, mits aan de
volgende voorwaarden wordt voldaan:
+ Succesvolle test brandwatervoorziening: te bepalen door de
brandweer
+ De afronding van de geïdentificeerde bouwkundige
voorzieningen: te bepalen door de afdeling VTH
+ Aan de voorwaarden voor openstelling zaterdag 1 april 2006
moet worden voldaan op vrijdag 31 maart 2006 op 13.00 uur.
4. De verdere werkzaamheden kunnen voortgang vinden onder
de voorwaarden te bepalen door de afdeling VTH.
Namens het college van burgemeester en wethouders
mw H.M. Visser- v.d. Weele
Gemeente Almere