Persbericht
Toegang tot gesubsidieerde rechtsbijstand vereenvoudigd
30 maart 2006
Met ingang van 1 april dit jaar zal de toegang tot de rechtsbijstand
sterk vereenvoudigen. De Raden voor de Rechtsbijstand kunnen voortaan
aan de hand van het sofi-nummer van een cliënt de adres- en
inkomensgegevens rechtstreeks opvragen. De tot nu toe verplichte
verklaring omtrent het inkomen en vermogen komt te vervallen.
In het huidige systeem moet degene die om gesubsidieerde
rechtsbijstand verzoekt een uitgebreide verklaring omtrent inkomen en
vermogen als bewijs van diens minvermogendheid inleveren bij de Raad
voor de Rechtsbijstand. Ook moeten daar zogeheten bewijsstukken bij
worden aangeleverd. Dit is niet alleen omslachtig voor de verzoeker,
maar vraagt ook een aanzienlijke administratie bij de
rechtsbijstandverlener.
Op 1 april treedt een wijziging van de Wet op de rechtsbijstand, ook
wel genaamd het wetsvoorstel VIValt in werking. De afkorting staat
voor het alternatief voor de Verklaring omtrent inkomen en vermogen.
De nieuwe regeling is van toepassing op aanvragen voor gesubsidieerde
rechtsbijstand die door de Raden voor Rechtsbijstand op of na 1 april
2006 worden ontvangen.
Het belangrijkste gevolg van het wetsvoorstel is dat de door gemeenten
afgegeven Verklaring omtrent inkomen en vermogen met ingang van 1
april 2006 vervalt. De Raden voor Rechtsbijstand zullen voortaan
rechtstreeks aan de hand van het sofi-nummer (burgerservice-nummer)
van de rechtzoekende diens persoon- en adresgegevens verifiëren bij de
Gemeentelijke Basisadministratie, en de draagkrachtgegevens opvragen
bij de Belastingdienst. Dit zal gebeuren met behulp van het
elektronisch berichtenverkeer.
Dit betekent allereerst minder administratieve lasten voor de
rechtsbijstandverleners die de toevoeging namens de rechtzoekende
aanvragen bij de Raden voor Rechtsbijstand. Daarnaast wordt hierdoor
de aanvraagprocedure voor de rechtzoekende vereenvoudigd en versneld,
hetgeen de toegang tot de gesubsidieerde rechtsbijstand zal
verbeteren. Bovendien wordt het recht op rechtsbijstand afhankelijk
gemaakt van het fiscale inkomen en vermogen, zoals dat ook bij andere
inkomensafhankelijke voorzieningen het geval is.
In het wetsvoorstel wordt uitgegaan van het fiscale inkomen en
vermogen van de rechtzoekenden van twee kalenderjaren voorafgaand aan
het jaar waarin de aanvraag wordt ingediend. Hierdoor is het systeem
bestendig tegen inkomensfluctuaties. Binnen dit nieuwe systeem zal ook
rekening worden gehouden met een merkbare terugval in het inkomen in
het jaar van de aanvraag.
Wie een bruto jaarinkomen heeft beneden de 22.000 euro
(alleenstaanden) of 31.100 euro (gehuwden, samenwonenden en
eenoudergezinnen) kan een beroep doen op door de overheid
gesubsidieerde rechtsbijstand. De overheid vergoedt dan (een deel van)
de kosten van een advocaat of mediator. Wel moeten er voldoende
inhoudelijke redenen zijn om in aanmerking te komen voor
gesubsidieerde rechtsbijstand.
In de nieuwe publieksbrochure Hoe vraagt u gesubsidieerde
rechtsbijstand of mediation aan? staat hoe vanaf 1 april de aanvraag
van gesubsidieerde rechtsbijstand of mediation in zijn werk gaat.
Ministerie van Justitie