Nieuwe kansen voor ID'ers
Centrum arbeidsverhoudingen
P E R S B E R I C H T
Nieuwe kansen voor ID'ers
Bijzondere aanpak voor met ontslag bedreigde Onderwijs-ID'ers van start
ID'ers in het primair onderwijs voor wie in 2006 ontslag dreigt, krijgen kans op een
reguliere baan. Het gaat om die ID'ers voor wie gemeente of school nog geen oplossing
heeft gevonden en die tussen de wal en het schip dreigen te raken.
Door in dienst te treden bij een mobiliteitsbureau kunnen de met ontslag bedreigde ID'ers
aan het werk blijven. Dit dankzij een constructie die is ontwikkeld door het
Sectorbestuur Onderwijsarbeidsmarkt (SBO) en het Participatiefonds (PF), twee
organisaties die werken voor de gezamenlijke werkgevers en werknemers in het onderwijs.
SBO en PF hebben hiertoe het Infopunt Van ID naar Werk opgericht. De ID-constructie is
tot stand gekomen met ondersteuning van het ministerie van OCW. Het ministerie heeft
eerder 50 miljoen structureel beschikbaar gesteld aan de scholen in het primair onderwijs
voor ondersteunend personeel.
De constructie
De ID'ers in het primair onderwijs krijgen de mogelijkheid om vanaf 1 augustus 2006 een
baan van twee jaar bij een mobiliteitsbureau te aanvaarden. In deze periode bemiddelt dit
bureau de ID'er intensief naar een nieuwe baan. Zolang deze niet gevonden is, blijft de
ID'er aan het werk op de school. De school betaalt hiervoor een vijfde deel van de
salariskosten.
Het mobiliteitsbureau garandeert aansluitend de doorstroom naar een reguliere baan van
minimaal een jaar voor 25 procent of meer van de ID'ers. Het bureau ontvangt een premie
die oploopt naarmate de ID'er sneller doorstroomt. Plaatst het mobiliteitsbureau minder
dan 25 procent, dan is het bureau verplicht ID'ers zelf in dienst te nemen. Ook de ID'er
ontvangt een premie bij het accepteren van een baan. Ook deze premie is hoger als hij of
zij sneller een reguliere baan accepteert.
Met deze constructie behouden scholen langer hun ID'er(s) tegen het beperkte tarief van 20
procent van de salariskosten. Voor de ID'er die een andere baan vindt kunnen school en
gemeente overeenkomen om een nieuwe gesubsidieerde medewerker in te laten stromen.
Daarmee blijft het aantal 'handen in de school' op peil.
Gemeenten dragen nog slechts 60 procent van de salariskosten van de ID'er. Daarnaast
hebben zij de zekerheid dat minstens 25 procent van de ID'ers een baan vindt, waarmee
het toekomstige beroep op de WW - en eventueel op de Wet Werk en Bijstand (WWB) - wordt
beperkt. Ten slotte krijgen gemeenten de mogelijkheid om elke plek die openvalt na het
vertrek van een ID'er te benutten als werkervaringsplek.
Deelnemende ID'ers behouden gedurende twee jaar een reguliere baan met een vergelijkbaar
inkomen als in het onderwijs. Zij worden daadwerkelijk bemiddeld naar werk. Ook gaan zij
er rechtspositioneel gezien niet op achteruit. Als de ID'ers na twee jaar toch werkloos
worden, behouden zij hun uitkeringsrechten.
Pilot Hengelo
De constructie om met ontslag bedreigde ID'ers in het onderwijs aan een reguliere baan te
helpen werkt. Dat heeft een pilot die vorig jaar werd gestart in Hengelo inmiddels
uitgewezen. De twee jaar durende pilot, die met financiële steun van het ministerie
OCW kon worden uitgevoerd, heeft in de eerste acht maanden al 25 procent ID'ers geholpen
aan een reguliere baan.