Huurliberalisatie heeft bizarre gevolgen
De nederlandse woonbond
Het liberaliseren van de huren (vrij geven aan de markt) heeft ingrijpende gevolgen. Dit
blijkt uit een brief die minister Dekker (VROM) begin februari aan alle colleges van
B&W heeft gestuurd. Als de plannen van minister Dekker doorgaan, wordt in 65 procent
van de Nederlandse gemeenten meer dan een kwart van de huurwoningen geliberaliseerd. De
problemen doen zich niet alleen in de randstad voor. Behalve in Noord-Holland en
Zuid-Holland worden ook de huurwoningen in Drenthe, Overijssel, Noord-Brabant en Limburg
veel duurder. In deze provincies wordt in zeven van de tien gemeenten meer dan 25 procent
van de woningen geliberaliseerd. Gevolg is dat deze gemeenten op slot gaan voor
woningzoekenden met een laag of bescheiden middeninkomen. Een coalitie van negentien
maatschappelijke organisaties heeft de Tweede Kamer vandaag dringend verzocht de
liberalisatieplannen van minister Dekker tegen te houden.
Dat de situatie op de Waddeneilanden scheef uitpakt was bekend. Niet bekend was dat het in
veel kleinere gemeenten bijna ondoenlijk wordt om huurders/woningzoekenden met een laag of
bescheiden middeninkomen te huisvesten. In het Gelderse Rozendaal wordt maar liefst 98
procent van de huurwoningen geliberaliseerd, in het Noord-Hollandse Blaricum 86 procent,
en in het Zuid-Hollandse Bergschenhoek 90 procent. In elke provincie zijn er gemeenten
die worden opgezadeld met een bizarre situatie. De liberalisatie maakt het bovendien
onmogelijk voor de vier grote steden Amsterdam, Den Haag, Rotterdam en Utrecht om
afspraken te maken met de regio over het huisvesten van huurders die zich geen woning met
een vrije markthuur kunnen veroorloven. De omliggende gemeenten gaan immers op slot en
worden onbereikbaar voor huurders/woningzoekenden met een laag of bescheiden
middeninkomen.
Woningen in gemeenten rondom de grote steden hebben vaak zeer hoge WOZ-waarden, waardoor
de liberalisatie juist daar een grote omvang heeft. Terwijl het aantal geliberaliseerde
woningen in de stad Utrecht bijvoorbeeld op 13 procent uitkomt, wordt in randgemeenten
als Doorn, Bunnik, Woudenberg en De Bilt ruimschoots meer dan 40 procent van de
huurwoningenvoorraad geliberaliseerd. Het beeld in Amsterdam en omgeving is nog
dramatischer. Terwijl in de centrumgemeente Amsterdam al 33 procent van de woningen wordt
geliberaliseerd, komen randgemeenten als Amstelveen (48%), Diemen (51%), De Ronde Venen
(56%) en Abcoude (67%) nog veel hoger uit. Ook rond de centrumgemeente Tilburg (19%
geliberaliseerd) ontstaan problemen in de randgemeenten Loon op Zand (61%), Hilvarenbeek
(60%) en Oisterwijk (73%).
Minister Dekker heeft de Kamer vorig jaar toegezegd dat op termijn ten hoogste 25 procent
van alle huurwoningen wordt geliberaliseerd. Ook aan die toezegging lijkt zij zich niet
te houden. Uit de door haar aan de Nederlandse gemeenten beschikbaar gestelde cijfers
blijkt het percentage geliberaliseerde woningen landelijk op 26,4 procent uit te komen.
Uitzonderingen wil Dekker niet of nauwelijks maken. In antwoord op kamervragen meldt zij
dat maatwerk op gemeenteniveau slechts in zeer uitzonderlijke gevallen wordt toegestaan,
'wellicht op één of meerdere Waddeneilanden', schrijft zij. Daarnaast zou
zij bereid zijn een uitzondering te maken voor een enkele centrumgemeente, maar alleen
als de gereguleerde voorraad kleiner dan 65 procent is. Niet-centrumgemeenten vallen
daarmee buiten de boot, terwijl de problemen zich juist dáár voordoen. In
de brief aan de colleges van B&W van begin februari stelt Dekker zelfs geen
aanleiding meer te zien om in bepaalde gemeenten afwijkende grenzen vast te stellen.
De situatie in de randstad laat zich illustreren met de cijfers voor de provincies
Utrecht, Noord-Holland en Zuid-Holland.
In de provincie Utrecht wordt 22,50 procent van de huurwoningen geliberaliseerd. In de
stad Utrecht 12,90 procent. Rekenen we de huurwoningen in de stad Utrecht niet mee, dan
wordt 26,66 procent van de huurwoningen in de provincie Utrecht geliberaliseerd.
In de provincie Noord-Holland wordt 31,45 procent van de huurwoningen geliberaliseerd. In
Amsterdam 32 procent. Rekenen we de huurwoningen in Amsterdam niet mee, dan wordt 30,96
procent van de huurwoningen in Noord-Holland geliberaliseerd.
In de provincie Zuid-Holland wordt 24,77 procent van de huurwoningen geliberaliseerd. In
Den Haag 15 procent en in Rotterdam 16 procent. Rekenen we de huurwoningen in Den Haag en
Rotterdam niet mee, dan wordt 31,69 procent van de huurwoningen in Zuid-Holland
geliberaliseerd.
V06.0743.PR, Amsterdam, 28 maart 2006
Noot voor de pers: voor nadere informatie kunt u bellen met Mária van
Veen,directeur Nederlandse Woonbond (tel. 06 53792303); René van Genugten,
beleidsmedewerker Woonbond (tel. 06 26334172. Harrie Lindelauff, voorlichter FNV (tel. 06
22790054) Cock Vermolen, directeur CSO (tel. 06 10926290); Bastiaan van Perlo,
beleidsmedewerker Huurdersvereniging Amsterdam (tel. 06 24616628).
Bijlage
Overzicht van gemeenten waar meer dan 25 van de huurwoningen wordt geliberaliseerd.
De tweede kolom is het aantal gemeenten per provincie, de derde het percentage gemeenten
waar meer dan 25 procent van de woningen wordt geliberaliseerd, de vierde geeft het
percentage gemeenten aan waar tussen de 25 en 50 procent van de huurwoningen wordt
geliberaliseerd en de laatste kolom het percentage gemeenten waar meer dan 50 procent
procent van de huurwoningen wordt geliberaliseerd.
Groningen 25 12% 8% 4%
Friesland 31 36% 23% 13%
Drenthe 12 75% 50% 25%
Overijssel 26 77% 62% 15%
Gelderland 54 61% 52% 9%
Utrecht 33 63% 4% 15%
Nrd-Holland 65 74% 46% 28%
Zd-Holland 86 76% 41% 35%
Zeeland 13 38% 23% 15%
Nrd-Brabant 68 74% 49% 25%
Limburg 47 72% 42% 23%
Flevoland 6 50% 33% 17%
Groningen
Haren (53%);
Marum (28%); Zuidhorn (27%);.
Friesland
Terschelling (95%); Vlieland (76%); Ameland (65%); Schiermonnikoog (61%);
Weststellingwerf (40%); Gaasterland-Sleat (31%); Lemsterland (29%); Opsterland (27%);
Wijmbritseradiel (27%); Wonseradeel (26%); Heerenveen (26%);
Drenthe
Westerveld (70%); De Wolden (61%); Noordenveld (52%);
Meppel (47%); Tynaarlo (46%); Aa en Hunze (41%); Couvorden (32%); Midden-Drenthe (29%);
Borger-Odoorn (28%);
Overijssel
Staphorst (64%); Dalfsen (62%);Tubbergen (58%); Hellendoorn (56%);
Drinkelland (49%); Ommen (46%); Raalte (46%);Haaksbergen (45%); Hof van Twente (44%);
Zwolle (43%); Wierden (42%); Overbetuwe (40%); Rijssen-Holten (38%); Borne (37%); Kampen
(37%); Losser (33%); Olst-Wijhe (30%); Twenterant (35%); Zwartewaterland (36%);
Hardenberg (26%);
Gelderland
Rozendaal (98%); Heerde (74%); Maasdriel (65%); Voorst (61%); Barneveld (50%);
Zaltbommel (48%);Geldermalsen (47%); Groesbeek (47%); Hattem (47%); Neder-Betuwe (47%);
Epe (46%); Heumen (45%); Brummen (44%); Ubbergen (43%); Lingewaal (41%); Neerijnen (41%);
Lingewaard (40%); West Maas en Waal (40%); Nunspeet (37%); Scherpenzeel (37%); Ermelo
(34%); Buren (33%); Renkum (33%); Bronckhorst (31%); Nijkerk (31%); Putten (31%); Rheden
(31%); Lochem (30%); Montferland (30%); West Maas en Waal (30%); Apeldoorn (29%); Druten
(27%); Duiven (26%);
Utrecht
Maarn (71%);Abcoude (67%); Loenen (66%);De Ronde Venen (56%); Eemnes (55%);
Bunnik (47%); Doorn (45%); De Bilt (43%); Montfoort (42%); Oudewater (42%); Woudenberg
(42%); Leusden (41%); Breukelen (40%); Renswoude (40%); Leersum (39%); Baarn (38%); Soest
(38%); Driebergen-Rijsenburg (36%); Amerongen (35%); Bunschoten (34%); Houten (33%);
Noord-Holland
Blaricum (86%); Laren (78%); Bergen (74%); Muiden (70%); Bennebroek (67%); Texel (67%);
Landsmeer (66%); Graft-de Rijp (64%); Bloemendaal (63%); Heiloo (61%); Aalsmeer (56%);
Castricum (61%); Heemstede (57%); Medemblik (53%); Harenkarspel (52%); Wijdemeren (52%);
Oostzaan (52%); Diemen (51%);
Schagen (49%); Amstelveen (48%); Obdam (48%);Haarlemmerliede (47%); Wervershoof (47%);
Haarlemmermeer (46%); Uitgeest (46%); Huizen (45%); Ouder-Amstel (45%); Zijpe (45%);
Beemster (43%); Heemskerk (40%); Uithoorn (40%); Waterland (40%); Niedorp (39%);
Venhuizen (38%); Naarden (35%); Wognum (35%); Zandvoort (35%); Velsen (34%); Hilversum
(33%); Amsterdam (32%); Opmeer (32%); Schermer (32%); Bussum (31%); Drechterland (30%);
Noorder-Koggenland (30%); Edam-Volendam (28%); Anna Paulowna (27%); Enkhuizen (26%);
Zuid-Holland
Bergschenhoek (90%); Barendrecht (80%); Albrantswaard (79%); Wassenaar (78%); Bleiswijk
(75%); Voorhout (72%); Berkel en Rodenrijs (70%); Brielle (70%); Goedereede (70%);
Midden-Delfland (70%); Noordwijkerhout (69%); Zevenhuizen-Moerkapelle (68%); Krimpen a.d.
IJssel (67%); Reeuwijk (64%); Vliste (63%); Warmond (63%); Westvoorne (62%); Cromstrijen
(60%); Noordwijk (59%); Zoeterwoude (56%);Alkemade (55%); Oud Beijerland (56%);
Oegstgeest (55%); Binnenmaas (54%); Korendijk (54%); Ridderkerk (54%);Bernisse (53%);
Pijnacker-Nootdorp (53%); Westland (52%)Nieuwkoop (51%);
Jacobswoude (49%); Hendrik-Ido-Ambacht (47%); Hillegom (46%); Ter Aar (46%); Voorschoten
(44%); Papendrecht (41%); Bergambacht (40%);'s Gravendeel (40%); Sassenheim
(40%);Bodegraven (38%); Graafstroom (38%); Zederik (38%); Rijnsburg (37%); Waddinxveen
(37%); Alblasserdam (36%); Leiderdorp (36%); Liemeer (35%); Liesveld (35%); Maassluis
(33%); Katwijk (31%); Zwijdrecht (32%); Leidschendam-Voorburg (31%); Nieuwerkerk a.d.
IJssel (31%); Giesenlanden (30%); Ouderkerk (30%); Boskoop (29%); Capelle a.d. IJssel
(29%); Moordrecht (29%); Oostflakkee (28%); Leerdam (27%); Nederlek (27%);
Hardinxveld-Giesendam (26%); Sliedrecht (33%); Strijen (28%); Zoetermeer (26%);
Zeeland
Kapelle (67%); Schouwen-Duiveland (50%);
Borssele (46%); Veere (45%); Goes (35%);
Noord-Brabant
Oisterwijk (73%); Oirschot (68%); Alphen-Chaam (66%); Sint Michielsgestel (64%); Nuenen
(63%); Maasdonk (62%);Loon op Zand (61%); Vught (61%); Schijndel (60%); Hilvarenbeek
(60%); Reusel-de Mierden (58%); Deurne (54%); Heeze-Leende (53%); Sint Anthonis (52%);
Son en Breugel (51%);Boekel (50%); Sint Oedenrode (50%);
Baarle-Nassau (49%); Woudrichem (48%); Heusden (47%); Bernheze (46%); Bladel (45%); Boxtel
(45%); Bergeijk (43%); Valkenswaard (43%); Asten (42%); Mill en Sint Hubert (42%); Aalburg
(41%); Eersel (41%); Uden (41%); Landerd (40%); Someren (39%); Best (37%); Laarbeek (37%);
Drimmelen (36%); Waalre (36%); Waalwijk (36%); Gilze en Rijen (35%); Boxmeer (33%); 's
Hertogenbosch (32%); Veghel (32%); Gemert-Bakel (31%); Cranendonck (28%); Veldhoven
(28%); Zundert (28%);Grave (27%); Lith (27%); Dongen (26%); Eindhoven (26%); Etten-Leur
(26%);
Limburg
Helden (62%); Meijel (62%); Gennep (61%); Meerssen (60%); Voerendaal (57%); Margraten
(56%); Eijsden (55%); Bergen (54%); Horst aan de Maas (54%); Nederweert (51%); Heel
(50%);
Sevenum (48%); Thorn (48%); Mook en Middelaar (44%); Venray (44%); Roggel en Neer (42%);
Ambt Montfort (41%); Echt-Susteren (41%); Schinnen (41%); Beek (40%); Heijthuijsen (40%);
Valkenburg a.d. Geul (40%); Arcen en velden (39%); Haelen (37%); Meerlo-Wanssum (37%);
Weert (37%); Hunsel (35%); Gulpen-Wittem (34%); Maasbree (34%); Onderbanken (34%);
Maasbracht (31%); Maastricht (32%); Stein (31%); Nuth (30%);
Flevoland
Zeewolde (71%);
Almere (31%); Urk (27%);